Net als in 2014 rijdt Jorrit Bergsma dit olympische seizoen onder de vleugels van Jillert Anema. De twee hebben weinig geheimen meer voor elkaar, ondanks een kortstondig uitstapje van Bergsma. Van 2022 tot 2024 schaatste de rijder uit Oldeboarn twee winters voor de ploeg van Jac Orie. Het bracht hem geen topresultaten, wel betitelt hij het avontuur achteraf als ‘een verrijking’. Inmiddels is hij terug op zijn oude niveau, zoals hij het zelf omschrijft. Vol vuur, ambitie en nog niet van plan zijn schaatsen op te bergen.

Want als je de 39 aantikt, volgen automatisch de vragen over stoppen. “Ik ervaar dit beroep nog steeds als het mooiste wat er is. Het is een voorrecht dit te doen, absoluut geen moeten.” Maar ook Bergsma voelt een verschil met elf jaar geleden. “Richting Sotsji was ik de opkomende man, nu hoor ik bij het meubilair.”

Dat ‘meubilair’ is intussen vader van twee kinderen. Door de vele trainingskampen en buitenlandse wedstrijden mist hij een stukje van hun ontwikkeling. “Heather draagt de zorg voor de kinderen. Ze worden nu ouder en soms ook lastiger. Dat is niet altijd even makkelijk voor haar, maar ze steunt me volledig. Bovendien is het leuk dat de kinderen steeds meer mee krijgen. Brent is bijna zeven jaar en wil hetzelfde doen als ik. Hij is aan het schaatsen, skeeleren en fietsen. Soms gaat hij mee naar sprinttrainingen, dan zit hij op een bankje langs de kant.”

Brent volgt zelf schaatslessen bij de Sven Kramer Academy en is daarnaast fanatiek fan van zijn vader. “Ik heb afgelopen jaar niet veel gewonnen, maar de keren dat het lukte was het leuk om met hem te delen. Toen ik goud pakte op de mass start in Milwaukee, lag hij op bed. Later heeft hij de beelden teruggekeken en stonden de tranen in zijn ogen. Heel bijzonder dat de kids dit meemaken.”

Wat is er mooier dan sportgeluk delen met je kinderen? | Foto: Soenar Chamid
Jorrit Bergsma
Jorrit Bergsma

Wat zou er mooier zijn voor Bergsma om in het bijzijn van zijn gezin wederom olympisch succes te boeken, twaalf jaar na dato? Mocht hij het felbegeerde ticket bemachtigen, worden het zijn vierde Spelen. Er komen is een lastig verhaal met onder anderen Beau Snellink en Chris Huizinga als geduchte concurrenten, een gooi doen naar de medailles is eveneens een zwaar karwei met een breed internationaal veld. “Vroeger kon je je met een slechte dag kwalificeren en zelfs met een mindere tien kilometer wereldkampioen worden. Dat is nu absoluut niet meer aan de orde. Zowel nationaal als internationaal is het niveau ontzettend gestegen. Je hebt een goede rit nodig om in de buurt van de medailles te komen. Het maakt het lastiger voor mij. Maar als ik het voor elkaar krijg, geeft het mijn prestaties meer glans.”