Beter laat dan nooit, maar je hebt eindelijk een paar ploegmakkers aan je zijde in de laatste race van de Reggeborgh Cup!
Jordy Harink: “Ja, dat is wel mooi. Ik heb Sjoerd en Ids niet te veel gepusht, want ik wilde dat de jongens zelf zouden willen rijden en niet dat het bij mij vandaan zou komen. Dat werkt namelijk niet. Eerder deze week zeiden Sjoerd en Ids dat ze zich hadden opgegeven. Voor de organisatie is het sowieso erg leuk te zien dat er alsnog wat animo is voor de finale. Ik waardeer dat ook, omdat ik tenminste een keer een tactische race kan rijden, in plaats van alleen te moeten achtervolgen.”
Dat wilde ik vragen: hoe heb je de gehele Reggeborgh Cup beleefd? Het is algemeen bekend dat je verschrikkelijk hard kunt rijden, maar wanneer je met machtsblokken hebt te maken (Jumbo-Visma, Reggeborgh, A6.nl) valt er weinig eer te behalen.
“Dat klopt. Ik zie het wel als goede training voor het marathonseizoen. Zolang ik moe word van de wedstrijden, heb ik een prikkel gehad. Alleen, ik heb deze zomer niet het grootste plezier kunnen halen uit het skeeleren, omdat winnen er niet inzat. Ik moet zeggen: in Boxmeer vorige week had ik voor de eerste keer een kans op de zege – ik zat vooraan met twee Jumbo’s en Crispijn Ariëns van Reggeborgh, totdat er in de slotronde een motard me in de weg reed – verder heb ik in de tang gezeten dit seizoen."
"Voor het NK in Achterveld had ik m’n best gedaan om er goed voorbereid aan de start te verschijnen. Die wedstrijd liep voor mij in de soep door de regen, want onder dergelijke omstandigheden kan ik minder m’n ei kwijt. In die zin is het een beetje een frustrerende zomer geworden. Ik trek me er niet al te veel van aan. Ik voel me goed en uiteindelijk kun je ook zeggen: ’t is maar skeeleren. We worden betaald om marathons in de winter te schaatsen, daar houd ik me aan vast. Dan hebben we met Royal A-ware in de breedte een prima ploeg die zijn mannetje staat.”
Je bent en blijft wel de sportman pur sang, die er nauwelijks bij stilstaat dat er in de zomer niets valt te verdienen op wieltjes. Daarom rijd je ‘de ballen uit je broek’ om zo goed mogelijk te presteren.
“Ja, tuurlijk. Ik kwam geweldig uit afgelopen winter waarin ik drie keer een marathon won en een derde plaats pakte. Het eerste dat je dan wilt is die lijn voortzetten. Dat is me deze zomer nog niet gelukt, daar baal ik van. Tegelijkertijd weet je: als sporter verlies je over het algemeen meer dan dat je wint. Daar zijn we óók goed in: relativeren.”
Je zei eerder dat je de andere jongens uit je team niet hebt gepusht in Poederoijen erbij te zijn, maar wanneer je gezamenlijk traint wordt er ongetwijfeld gepraat over de skeelercompetitie.
“Dan probeer ik hen wel te stimuleren erheen te gaan, maar ik vind dat ze het zelf moeten willen. Ik ga niemand iets opleggen. Ik moet niet de motivatie zijn voor het feit dat ze zich inschrijven.”
Dit is sowieso een speciale wedstrijd voor je: je vrouw (Clarissa van Maaren, red.) zit in de organisatie, de race is om de hoek bij je (Zaltbommel, red.). Het maakt het toch wat anders.
“Ik denk dat Sjoerd en Ids dat ook wel voelen. Ze hebben waarschijnlijk zoiets van; ‘De familie van Jordy is er druk mee, laten we maar even meerijden, dat is wel zo leuk’. We zullen ons best doen. Ik ben blij dat we ons nu een keer als ploeg kunnen mengen in het tactisch spel, na al dat achtervolgen wat ik heb gedaan.”
Dat heeft een voordeel: daar ben je nóg sterker van geworden.
“Precies. Voor de winter is het niet slecht geweest hoe ik de wedstrijden heb geskeelerd. Maar het zou leuk zijn om ook eens te winnen. Waar dat gebeurt maakt me eigenlijk niet uit. Een sportman wil overal en altijd als eerste de streep passeren.”
Kun je ervan profiteren dat je als local parcourskennis hebt?
“Ik ken het rondje, maar ik heb er nog niet gereden. Ik heb een keer een lusje gemaakt toen ik in de buurt was, verder heb ik niet de moeite genomen daar te trainen. Dus ben ik niet in het voordeel. We gaan gewoon hard rijden met z’n allen. Als ik hier thuis train, kan ik me net zo goed voorbereiden. Parcourskennis zal niet het verschil maken zaterdag.”