Media-aandacht, commerciële verplichtingen en flink wat druk: het overkwam Joep Wennemars na zijn onverwachte wereldtitel op de 1000 meter vorig seizoen. Toch staat de Dalfsenaar onbevangen aan de start van het NK afstanden volgende week.
Afgelopen weekend trapte Joep Wennemars (23) het schaatsseizoen sterk af. Met een tijd van 1.07.88 was de sprinter de snelste van de dag op zijn geliefde 1000 meter. Vorig seizoen kende Wennemars allesbehalve een goede start: een knieblessure zette hem al vroeg in het seizoen buitenspel. Na deze zomer staat hij vol vertrouwen op het ijs. “Ik heb het gevoel dat ik nu veel sterker kan beginnen.”
Naast dat Wennemars nu wél fit is, is er nog een groot verschil met vorig jaar. Wanneer Wennemars aangekondigd wordt bij het NK volgende week, zal de toevoeging wereldkampioen voor zijn naam door de speakers van Thialf klinken. De wereldtitel op de 1000 meter in Hamar heeft de rijder rust gebracht. “Ik heb niet meer het gevoel dat ik moet bewijzen dat ik óók goed kan schaatsen”, doelend op de eeuwige vergelijking met zijn vader Erben Wennemars.
“Ik had wel een manier gevonden om daar niet mee bezig te zijn, maar als je wereldkampioen wordt ga je wel beseffen dat het heel lekker is dat ik dat van me af kan laten glijden en dat ik nu zelf naam gemaakt heb. Dat ik mijn carrière nu mág uitbouwen, in plaats van dat het moet tegenover mezelf.” Toch is Wennemars zelf altijd de grootste boosdoener geweest als het gaat om hoge verwachtingen: “De druk van buitenaf is voor mij nooit groter geweest dan de druk vanuit mezelf.”
In de ploeg-in-opbouw van Essent is Wennemars dit seizoen de enige met een individuele wereldtitel op de langebaan. “Ik merk natuurlijk wel dat ik één van de kopstukken ben. Ik kan best wat dingen invullen zoals ik het graag wil en mensen zullen misschien iets sneller naar me luisteren.” Maar of er nu echt iets is veranderd? Nee, vindt Wennemars. “Ik heb niet het idee dat de hiërarchie hierdoor enorm verschoven is binnen de ploeg. Ik denk dat ik voor afgelopen seizoen ook al werd gezien als één van de topmannen, ondanks dat ik de prestaties er niet voor had”, vertelt de schaatser.
Dat Wennemars voor zijn wereldtitel al zo’n rol kon vervullen, komt mede door het gebrek aan kampioenen binnen Essent. Nog niet zo lang geleden had de ploeg, toen nog als Jumbo-Visma, grote namen als Thomas Krol in haar gelederen. “Er is altijd een soort natuurlijke verhouding tussen rijders binnen zo’n ploeg en ik heb niet het gevoel dat die nu heel erg veranderd is”, besluit Wennemars.
De randzaken die op een wereldkampioen afkomen na zo’n overwinning heeft de rijder grotendeels proberen af te houden. “Het is niet zo dat mijn leven helemaal op de kop gegooid is en dat ik nu alleen nog maar commerciële verplichtingen heb. Ik zou het mezelf niet vergeven als ik voor iedere euro het land door zou rijden”, zegt de schaatser lachend.
Wel heeft de wereldkampioen besloten om een manager te nemen. “Dat is vrij nieuw en ik heb wat dat betreft altijd mijn vader gehad als leermeester, dus we hebben het tot op heden altijd goed met z’n tweeën kunnen doen. Maar het was nu wel goed om ergens aan te sluiten.” Toch wil Wennemars van marketingstrategieën en commerciële rataplan nog niets weten: “Mijn enige zakelijke plan is dat ik gewoon mezelf ben.”
