Beetje genoten van de wereldbekers, Ben?
Ben van der Burg: “Ik heb álles gezien. Ben, zei ik pas tegen mezelf, dan ben je wel gek dat je al die tijd aan het schaatsen besteedt. Nee, het was heel gaaf, ik heb er ontzettend van genoten, omdat er zo goed wordt geschaatst. Dat vind ik lekker. De techniek van Joy Beune, het genieten van Kok en die linkerhand van Jutta, waar ik me kapot aan erger. Dat je op dit niveau niet je balans kunt houden en je linkerhand niet normaal kunt doen. Ik bedoel: die remt haar hoor, als die er op het rechte eind als een malle bij hangt. Maar ik noem nu meteen drie vrouwen, dat is toch geweldig?”
Ik had verwacht dat je onmiddellijk de loftrompet zou blazen over Jordan Stolz.
“Ja, zoals die man de duizend meter schaatste…zó mooi! Hij dacht volgens mij: Ik ga het nu maar even laten zien….al die voorgaande keren was het van laat maar zitten, laat maar zitten. Nu wilde hij het De Boo in de binnenbocht laten voelen, van hè, ik kom er niet naast, ik kom er niet naast. En dan: laat ik hem doortrekken tot tweehonderd meter zodat ik achter hem zit. Zó grappig. Wat een machtsvertoon.”
Waren Stolz’ optredens dan het hoogtepunt?
“Ik denk het. Dat spelen van hem is zo prachtig. De overmacht, of de mass start waarin hij met zijn handen op de rug naar de finish reed. Dan maar niet meesprinten. Je zag dat hij spelenderwijs meedeed. Aan de andere kant, even kritisch nu, ik merkte dat hij zijn topsnelheid miste op de 500 meter. Op dat nummer reed hij niet zo gemakkelijk naar de 61 km/uur toe. Dat vond ik opvallend.”
Wint deze man ook van het supersonische wereldrecord dat Femke Kok reed in Salt Lake?
“Als ik naar het geheel van de wereldbekers kijk wel, ja. Maar Femke heb ik zo hoog zitten, qua techniek. Ik houd ook van esthetiek, van mooi schaatsen. Ik kan er niet tegen als het er niet goed uitziet. Dat klinkt heel ouderwets, dat weet ik, en het is absoluut niet van belang meer. De standaard die Femke neerzet, bijvoorbeeld door met het bovenlichaam zo diep te zitten, is fenomenaal.”
Verwacht jij op het OKT nog verrassingen?
“Ik denk dat er niet zoveel zullen zijn. We krijgen dadelijk dat toernooi waarop Chris Huizinga 6.03 zal rijden. Dan hoor je de commentator op tv roepen: ‘Yo, wat goed. Dit is een wereldtijd. Huizinga!' Ja, vast, maar die wordt geen olympisch kampioen. Zinloos om mee te nemen naar de Spelen. Ho, nou word ik te grof. Nee, maar wat ik ermee bedoel: het is leuk voor de ervaring van iemand. Misschien moet ik een ander voorbeeld pakken: Wesly Dijs, uit mijn dorp. Stel: die wint de 1500 meter op het OKT. Dat kan hè. Dan mag hij mee naar Milaan. Alleen heb je dan niets aan hem, want hij wordt daar honderd procent zeker geen olympisch kampioen. Ik moet hem eigenlijk verdedigen omdat hij bij de club in ons dorp trainde, maar ik ben ook realist.”
De afgelopen weken ging het veel over startplekken verdienen voor TeamNL. Na drie World Cups ziet het ernaar uit dat we met negen mannen en negen vrouwen naar Milaan reizen. Met Jenning de Boo, Kjeld Nuis en mogelijk Joep Wennemars is er voor de mannen kans op een medaille. Maar wat moet je met negen plaatsen?
“Voor de breedte. Laat jonge schaatsers meedoen om ervaring op te doen. Tim Prins, dat soort mannen. Jorrit Bergsma meenemen voor de vijf of tien kilometer heeft qua topsportgedachte totaal geen zin. Dat is voor zijn eigen plakboek leuk, maar ik vind dat hij het dan zelf moet betalen. Op de mass start past hij uitstekend bij. Wat mooi hoe hij weet te winnen! Voor deze discipline kun je hem best in de ploeg opnemen.”
Op de lange afstanden wordt het een kansloze missie voor TeamNL. Vroeger heersten de Nederlandse stayers. Doet je dat pijn?
“Nee, want de verklaring is logisch. Door Nils van de Poel is er een nieuwe trainingsmethode voor de lange afstanden gekomen. Dat is de manier om de lange afstanden veel, veel harder te rijden dan we ooit hebben gedaan. Dat strookt niet met de Nederlandse school, en daar hebben we nu last van. In de Nederlandse aanpak zit heel veel legacy, heel veel ouderdom in, heel veel oud denken in. De mensen uit het buitenland, omdat ze altijd achterliggen, zijn meer bereid om te vernieuwen, te innoveren, te veranderen. Daarom kunnen zij zo'n nieuwe trainingsvorm wel omarmen. Bij ons Nederlanders duurt dat een paar generaties.”.
Bij de vrouwen ligt er over twee maanden een clean sweep klaar: winst op alle onderdelen.
“Inderdaad. Kok goud op de 500 en 1000, en zilver op de 1500. Beune wint de 1500, drie kilometer en vijf kilometer. Oorspronkelijk twijfelde ik over de vijf, maar ik geloof dat ze in Milaan in een flow zit en daarom kan toeslaan. Dan hebben we de mass start met Groenewoud en de team pursuit die goud wordt.
“Jutta verliest de duizend meter in Milaan op 0,05, waarna er allerlei berekeningen volgen die uitwijzen dat ze heeft verloren door dat linkerhandje. Je zou de duizend meter eens moeten terugkijken die ze won in Heerenveen. Het was geen gezicht. Jutta is Westlandse, ik ook, ik heb haar hoog zitten en vind het fantastisch hoe ze het doet. Maar ze rijdt wel met een lam handje.”