“Het gaat verschrikkelijk”, grapt Ket. “Ik ben niet vooruit te branden. Nee hoor, het gaat goed, maar in juli gaat het met iedereen goed. Dus dat zegt niet zoveel.” Toch heeft Ket een aanwijsbare reden om tevreden te zijn met zijn vorm. Hij brak in mei zijn sleutelbeen bij het inline-skaten, maar heeft eigenlijk maar twee weken niet kunnen trainen. “Ik merk niet dat ik een achterstand heb op de groep. Sterker nog, op het ijs ging het beter dan vorig jaar.”

Ook coach Jan van Veen is tevreden. Hij maakt wel hetzelfde voorbehoud als zijn pupil Ket. “Niemand zal je vertellen dat hij slecht is op dit moment.” Dus doet Van Veen dat ook niet. Hij is wel duidelijk erg blij dat zijn team niet veranderd is en hij verder kan werken met dezelfde schaatsers die hij sinds vorig jaar onder zijn hoede heeft.

Zoals bij veel schaatsers is de blik van Van Veen al gericht op de Olympische Spelen van Sotsji in 2014. Dat betekent dat de sporters met meerjarenplannen werken en Van Veen kan rustig het tweede jaar in op weg naar de winterspelen. Renz Rotteveel, de jonge allrounder, beaamt dat het positief werkt dat er geen wisselingen zijn geweest in de bezetting. “Er is veel rust in de groep, want iedereen weet wat hij kan verwachten.”

Wat het schaatspubliek van zijn ploeg kan verwachten, daar wil Van Veen geen harde uitspraken over doen. Hij blijft het liefst een beetje bescheiden. “Het heeft weinig zin om van tevoren te zeggen dat we wereldtitels gaan pakken, want dat weet je niet. We weten niet wat de concurrentie doet en hoe goed ze zijn. Wel weet ik dat de ploeg met de wereldtop mee kan. En dat we ook zouden kunnen winnen.”

Van Veen houdt zich doorgaans iets meer op de achtergrond dan coaches als Gerard Kemkers van TVM en Jac Orie van Control. Hofmeier staat niet bekend als de ploeg van Van Veen, maar als de ploeg van Koen Verweij en Marrit Leenstra. Met hun opvallend goede rijden werden de twee de belangrijkste boegbeelden van de ploeg.


Vlnr: Yvonne Nauta, Rhian Ket, Marrit Leenstra, Pim Cazemier, Roxanne van Hemert en Koen Verweij

“Het is leuk dat we als gezichten van Hofmeier worden gezien”, legt Leenstra bij de lunch uit. “Niet omdat we zo graag in de belangstelling staan, maar omdat het aangeeft dat we goed rijden.” “Toch zie ik ons niet echt als kopman en kopvrouw van de ploeg”, vult Verweij aan. “De verhoudingen zijn bij ons anders dan bij bijvoorbeeld TVM. Wij zijn geen Sven en Ireen. We zijn een relaxte groep en daarom loopt het zo goed.”

Verweij gaat mee naar het trainingskamp in Inzell, maar gaat eerder terug naar Nederland. Hij rijdt het EK Inline-skaten. “Skeeleren is echt mooi. Mooier dan schaatsen, zeker nu”, lacht Verweij. Leenstra reageert verbaasd. “Beweer je nou dat het inline-skaten mooier is dan schaatsen?” “Nou ja, het is niet zo dat ik echt sta te popelen om op het zomerijs te staan. In deze periode van het jaar hoef ik het ijs niet op”, antwoord Verweij.

In het begin van het skateseizoen stond Verweij er goed voor. “Ik stond veel op de skeelers en mijn techniek ging goed vooruit.” Met zijn goede optreden op het KPN NK Weg verdiende hij zijn selectie voor het EK Inline-skaten, maar zijn verwachtingen voor het toernooi zijn bescheiden.

“Als ik terugkom uit Inzell heb ik drie weken schaatstraining gehad. Dan ben ik niet meteen in staat om een super EK te skeeleren. Ik zal in dienst van de ploeg rijden en de wedstrijden zwaar maken.”