Hekman was eerder nationaal kampioen in 2006 en 2008. Vooraf zag het er niet naar uit dat de race na 42 kilometer zou uitmonden in een pelotonsprint, omdat het merendeel van het 1240 meter lange parcours uit klinkers bestond.
"Maar er werd te veel naar elkaar gekeken om te kunnen ontsnappen", aldus Hekman.
Titelverdediger Ariëns: "Ik zat in een kopgroep met Jorrit Bergsma en Niels Mesu, maar ze wilden niet rijden. 'Okee', zei ik, 'dan maken we er een sprint van'." De wereldkampioen op de marathon had de Nederlandse titel in 2011 en 2013.
Olympische tienkilometerkampioen Jorrit Bergsma ging met lichte voorsprong de laatste ronde in met Sjoerd den Hertog in zijn spoor. Maar daarachter had Hekmans ploeg de opstelling voor de eindsprint al met vier man georganiseerd. Ariëns: "Het was de bedoeling dat ik als eerste de laatste bocht uit kwam; dat lukte." Hekman maakte daarna het karwei vakkundig af. "We worden hier eerste, derde en vierde, dat is hartstikke mooi."
Horsten (Luigino/Proskating.nl) wist zich tussen de Van Wervenmannen naar de tweede plaats te wurmen. Een beetje teleurgesteld was hij wel: "Ik moest drie man passeren. Jan van Loon heeft geweldig werk gedaan, in de finale moest ik het zelf doen. Maar ik ben toch wel blij met een tweede plaats, want klinkers liggen mij helemaal niet."
Hekmans ploegmaat Rick Smit, vorig jaar tweede, eindigde nu als vierde vóór Niels Mesu. Karlo Timmerman maakte zijn rentree op de zesde plek.
Koen Verweij, voorheen tweevoudig kampioen, en Jan Blokhuijsen meldden zich ook nog voorin de koers, maar moesten genoegen nemen met respectievelijk de 13e en 15e plaats.