Hij is er het type niet naar om zichzelf op de borst te kloppen met zijn goede resultaten, Harink dankt zijn goede vorm aan anderen, zo legt hij uit. "Ik heb vorig jaar onder Frank Fiers enorm veel geleerd en stappen gezet. Vervolgens ben ik door de Van Werven-ploeg gevraagd en daar kan ik met allemaal toppers als Crispijn Ariëns en Gary Hekman trainen. Ik merk dat die extra training zijn vruchten afwerpt."

Maar niet alleen in de trainingen heeft Harink veel aan zijn ploeg, ook zijn zege in Ommen kon hij boeken dankzij zijn teamgenoten, benadrukt hij. Toch kon hij ook niet ontkennen dat er op het NK veel van hem verwacht werd. "Ik kreeg een beetje het idee: ik moet hier nu ook winnen. Ook al moet uiteindelijk natuurlijk niets."

Het zou ook helemaal niet eenvoudig zijn, want op de afvalkoers bij de junioren-A had Harink geen Ariëns of Hekman om op te kunnen leunen. Hij moest anders rijden. "In de A-wedstrijden hoef ik de koers niet te maken, maar hier moet ik dat wel. Tegelijkertijd moet ik de andere jongens niet op sleeptouw nemen. Dat maakt het moeilijk. Ik kan niet zomaar alles op kop rijden."

Over de rest van het toernooi is Harink voorzichtig. "Het is wel het streven om meer medailles te pakken, maar of dat gaat lukken weet ik niet", zegt hij. Maar hij zal er vooral op de puntenkoers zeker voor strijden. "Ik vind de puntenkoers op de baan het leukst. De afvalkoers vind ik eigenlijk wat moeilijker, ook al betekent dat niet dat ie me minder goed afgaat."