Een eerste plaats had er ook nog in gezeten, maar de spanning speelt haar parten: “Het gaat toch om een nationale titel en dan ben ik super nerveus. Stond net helemaal te trillen. Mag ik eenmaal van start, dan gaat dat wel over. Zolang ik onderweg maar goed na kan denken... door de knieën, mooi strekken en denk aan de techniek. Toch blijft het spannend, maar het voordeel boven natuurijs is wel dat je hier niet naar beneden hoeft te kijken of er niet toevallig een oneffenheid of een scheur in het ijs zit.”
Schoonrijden doet Alie Hakkert al sinds 1987. “Ik ging een keer mee naar de landelijke training op maandagavond en was meteen ‘om’, ook door de goede begeleiding. En als je denkt ‘ik kan wel aardig kunstrijden, dit doe ik ook wel even’, heb je het mis: schoonrijden is iets heel anders.
Het gaat erom dat je eerst je schaats mooi recht neerzet, dan een kanteling naar buiten maakt en daarbij zover mogelijk overhelt naar buiten. Daarna maak je dezelfde beweging naar binnen: de kantwissel. Daar gaat het om. De techniek is erop gebaseerd een goede balans in je lichaam te vinden. En zit ik eenmaal in die goede cadans, dan is dat zo’n heerlijk gevoel, die schwung. Dan zou ik zo naar de andere kant van de wereld kunnen schaatsen!”
Behalve bij de dames individueel rijdt Hakkert sinds kort ook samen met Piet Heneweer bij de paren. “We hebben allebei eerst met iemand anders gereden, maar toevallig stopten die er tegelijk mee. We zijn samen gaan rijden en dat voelde al snel goed: we hadden meteen een klik. We zijn bij de gewestelijke wedstrijd in Breda al eerste geworden en sindsdien noemt Piet me ook ‘zijn toppertje’.” Bij het NK wordt het paar tweede, mede door een klein foutje in het laatste figuur. Zenuwen...
In het veld van schoonrijders rijdt ook een zus van Hakkert mee: Joke v.d. Scheur. “Het is leuk om samen over een wedstrijd te kunnen napraten, het is echt ‘ons ding’. En hoewel we op het ijs concurrenten zijn, gunnen we elkaar ook de overwinning. Dat past ook helemaal in de sfeer van de sport: er zijn veel vriendschappen op het ijs.”
Foto´s: Martin de Jong