Noorwegen, met Sverre Lunde Pedersen, Havard Lorentzen, Siemen Spiler Nilsen en Kristian Fredriksen, eindigde tweede. Ze waren goed op koers voor het goud, maar Frederiksen kwam ten val. Nederland, dat zelf moeite kende, profiteerde dankbaar.
Oda Takuro, Nakamura Shota en Miwa Junya pakten voor Japan het brons.
Voor het eerst sinds 2002 pakten de dames geen goud bij de ploegenachtervolging. Pien Keulstra, Lotte van Beek en Irene Schouten werden in de kwalificatie gediskwaliceerd nadat tot twee keer toe de lijn werd overschreden.