Geen van de twee gunde zichzelf, of nam heel lang niet de tijd om verder te kijken dan naar rondetijden, trainingsschema’s en de jaarkalender. Het bestaan draaide om topsport en alles wat zich afspeelde rond of op het ijs was hun leven. Tot het moment kwam voor Lotte van Beek en Jos de Vos dat ze aan iets anders toe waren. “Maar wat hè?”, zegt Van Beek, die onder meer olympisch goud, zilver en brons bij elkaar schaatste. “Ik maakte me er nooit druk over. Voor het befaamde zwarte gat was ik niet bang, want ik geloofde dat er altijd iets op mijn pad zou komen. Ergens in mijn hoofd zat wel een droom die ik als klein kind al had: ooit ski-instructrice worden, maar niet toen ik contact zocht met Annette. Schaatsen was superleuk en bood me alle denkbare hoogte- en dieptepunten. Alleen, het wereldje werd na al die jaren wat klein voor me”, vertelt ze.
Jos de Vos’ levenskroniek vertoont veel overeenkomsten. Bij hem begon het al tijdens zijn actieve schaatsperiode te dagen dat er meer op de wereld moest zijn. Hij reed bij TalentNED, merkte dat de progressie in zijn resultaten te wensen overliet. “Hoe lang kan ik dit nog blijven volhouden? Dat was een gedachte die me bezighield. Daarbij kwam dat ik vader werd, iets dat het idee versterkte dat de toekomst ook van belang werd.” De Vos gleed niettemin stug door; sterker nog, hij verdiende op wilskracht zelfs een contract bij de commerciële ploeg van Albert Heijn Zaanlander/ Royal A-ware.
“Het eerste seizoen was niets, vanwege corona schaatsten we nauwelijks. Ik had geen contract, maar wilde wel doorgaan. Daarom draaide ik een jaar volledig op eigen kosten. Zo heb ik de teamleiding kunnen overtuigen dat ik een overeenkomst verdiende. Mijn vriendin vond het prima: zij heeft me altijd volledig gesteund”, verklaart hij.