De twee ploeggenoten hadden ’s ochtends bij het ontbijt, thuis bij de ouders van Slendebroek in Zuid-Scharwoude, hun plan voor de laatste etappe al besproken. “De afgelopen dagen liep het nog niet heel lekker”, moest Slendebroek toegeven. “Het was best frustrerend, want ik was heel gretig en wilde heel graag winnen. We hadden vandaag twee belangen en dat het allebei lukt is wel heel lekker.”
Voor Gelling deed het ontbijtje in Zuid-Scharwoude blijkbaar ook wonderen. Huize Slendebroek bleek voor hem een prima uitvalsbasis voor de Vier van Noord-Holland. “We hebben het er bij hem thuis uitvoerig over gehad en hier kwam het wel een beetje op neer. Dat hij dan nog de dagzege pakt is helemaal mooi.”
De twee roomies voor een weekend moesten daarvoor wel op slinkse wijze afrekenen met de concurrentie. Die gaf zich namelijk niet zomaar gewonnen. Het duurde tot over de helft van de wedstrijd voordat Slendebroek zich definitief wist los te weken van het peloton. Toen hij eenmaal de aansluiting weer had gevonden, ging hij even later nog een keer rond in een groep van tien man. Daarbij ook Gelling.
“Jorian en Harm (Visser, red.) waren heel erg met elkaar bezig. Daar probeerde ik gebruik van te maken”, vertelde Gelling. “Ik hoopte dat de wedstrijd op een gegeven moment zo zwaar zou worden dat ze zouden gaan twijfelen om het dicht te rijden. Halverwege de koers had ik het idee dat er steeds meer ruimte ontstond en toen kwamen we ook weg.”
De kopmannen van Reggeborgh en Essent keken inderdaad vooral met name naar elkaar, moest ook Ten Cate toegeven. “Het was de afspraak om bij Harm te blijven, alleen daar heb ik me misschien iets te goed aan gehouden. Een rookie mistake”, kon hij alweer snel analyseren. “Mijn relativeringsvermogen is misschien ook wel mijn kracht, want uit dit weekend kan ik ook weer heel veel vertrouwen halen. Ik win twee koersen en word derde in het klassement. Daar had ik vooraf ook zeker voor getekend, al is het natuurlijk jammer van de laatste dag.”
Toen Gelling eenmaal weggereden was, moesten de groene en roze kemphanen alle zeilen bijzetten om de groep nog weer bij te halen. Dat was echter ook het moment dat de vier in zwaarte oplopende wedstrijden hun tol begonnen te eisen. De knechten van beide ploegen hadden immers al veel werk verzet en moesten dat in de slotfase bekopen. Visser en Ten Cate besloten wel zelf nog op avontuur te gaan, maar konden slechts sprinten om de plekken elf en twaalf.
Vervolgens was het afwachten of Gelling genoeg punten zou halen om het klassement te winnen. Dat rekenwerk vertrouwden de rijders collectief toe aan de mannen langs de kant. “Onderweg kon ik dat echt niet bijhouden”, sprak Gelling achteraf. “Van tevoren wist ik wel wat het gat met Jorian was, maar met tien man rond en vijf punten extra voor de ronde voorsprong was het best ingewikkeld. Evert Hoolwerf (ook mee in de kopgroep, red.) stond bijvoorbeeld ook maar een paar punten achter mij.”
Uiteindelijk bleek de vijfde plaats in de daguitslag voor Gelling voldoende om ook het eindklassement in de wacht te slepen. “Heel lekker om te winnen, maar niet heel leuk om voor te rijden”, vond de Groninger. “Je wil ook gewoon voor de dagzege rijden en nu werd er soms fel gereageerd of juist niet met me doorgereden vanwege het klassement. Gelukkig was het alle moeite waard, maar als je verliest is het niet leuk. Zeker als je het door je vingers ziet glippen, zoals Jorian. Maar met twee overwinningen mag hij ook zeker trots zijn.”
Naast de strijd om het vissenpak was er ook de strijd om het tussensprintklassement, dat gewonnen werd door Kevin van der Horst. In zijn ondersteunende rol moest Crispijn Ariëns, zijn enige echte concurrent voor dat klassement, teveel werk voor Ten Cate opknappen om ook nog oog te hebben voor de sprints. Van der Horst stelde op die manier redelijk eenvoudig de eindzege in dat klassement veilig.
Bekijk hier de uitslagen.
De grote verrassing van de slotetappe was Nino van Dijk. De 27-jarige rijder beleefde dit seizoen zijn debuut in de topdivisie en voelde zich tijdens deze vierdaagse competitie steeds sterker worden. In de laatste etappe wist hij ook tot zijn eigen verbazing zelfs als derde te finishen. Hij moest enkel de onhoudbare Wisse Slendebroek en hardrijder Niels Overvoorde voor zich dulden.
“De afgelopen weken zat er al een stijgende lijn in”, sprak hij tevreden nadat hij zijn momentje op het podium had gehad. “Dat er zo’n goede uitslag in zou zitten had ik echt niet verwacht, ook al weet ik dat mijn kracht in de laatste dagen van zo’n meerdaagse wedstrijd zit.”
Daarbij had Van Dijk, afkomstig uit Driebergen-Rijssenburg, nog wat opgekropte frustraties van de wedstrijd van zaterdag, die eindigde in een massasprint. Niet bepaald het type koers waar een rijder als Van Dijk van opleeft. “Gisteren was een gekke wedstrijd. Ik had ook niet het idee dat ik mezelf verrot had gereden, dus ik had voor vandaag nog wel wat over.”
“Toch merkte ik aan mijn benen dat het de vierde wedstrijd op rij was. Gedurende de koers zag ik alleen wel dat ik nog makkelijker mee kon springen met de groepjes dan op andere dagen. Ik zag mijn moment in de finale, voor het eerst dat ik dat kan doen in de topdivisie, en dat eindigt meteen met een podiumplaats!”
Voor de jonge en ambitieuze ploeg Hamco is het een mooie opsteker. De formatie moet het met beperkte middelen opnemen tegen de grote ploegen, maar weet toch elke week een aantal mooie aanvallen te plaatsen. In de reguliere competitie wist bijvoorbeeld ploeggenoot Arjen van Damme al korte uitslagen te noteren en reed hij sinds de openingswedstrijd in Amsterdam in het witte pak voor de beste jongere.
“De grote ploegen spelen het spel en daar moet je in mee”, vertelde Van Dijk in Hoorn. “Dat gaat elke week steeds beter. Als ploeg zijn we echt groeiende, en ik zelf doe ook steeds beter mee. Het is heel leuk om in een ploeg te zitten waar iedereen steeds beter gaat en waar zo’n mooie stijgende lijn in zit.”