“In feite is dit een OKT, een olympisch kwalificatieternooi”, zegt de Tilburger een uur of achttien voor zijn eerste race in de lobby van het hotel in Gdansk waar vrijwel alle deelnemende teams aan de World Tour verblijven. “Want stel dat ik bij de eerste vijf rijd, dan ga ik naar Milaan.”

De Italiaanse metropool is nog mijlenver van hem vandaan, na de openingsdag van de World Tour. De kwartfinale-rit blijkt de halte waar hij al moet uitstappen. "Het kon beter, het kon slechter. Ik denk dat ik nog een stukje race-ervaring moet oppakken, want het is zoals ik donderdag zei bijna een jaar geleden dat ik internationaal heb gereden", is zijn droge commentaar.

Emons heeft niet voldoende kunnen anticiperen op de demarrage waarmee de Canadees Steven Dubois het spel in de kwartfinale van de 1500 meter compleet heeft veranderd, en hij is gezien. De vijfde plek betekent dat Emons via de herkansingen (twee races) moet proberen alsnog de halve finale te bereiken van het hoofdtoernooi. Dat is een enorme domper voor iemand die een dag eerder blakend van zelfvertrouwen vooruit heeft gekeken. Hij ziet het iets anders: "Misschien is het niet verkeerd dat ik nu nog twee ritten meer moet rijden, want die kunnen me wat extra ervaring opleveren." En hup, op naar de dag van morgen.

Top-5 op de 1500 meter hier in Gdansk en je kunt mee naar de Spelen! Het is nog steeds mogelijk. Die gedachte is de afgelopen maanden nooit door je hoofd geschoten.
“Nou, dat wil ik niet zeggen…”

Oké, je bleef uiterst rustig in september bij de time trials en de Dutch Open, toen je elke keer naast de punten greep en zo de eerste World Tours hebt moeten missen. Wat ik hoorde was: 'Het komt wel goed'. Maar niet dus.
“Daarom ben ik ontzettend blij dat ik nu hier ben. Die rust kwam ook omdat ik veel vertrouwen in mezelf heb. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik thuishoor in de World Tour, maar dat ik dat ben misgelopen.”

Een baaldag van jewelste in Gdansk

Van wisselvallig tot een ‘k..dag’. Niels Kerstholt, de bondscoach van de shorttrackers die meestal veel woorden gebruikt om de prestaties van zijn ploeg toe te lichten, is na de eerste dag van World Tour 3 in een handvol zinnen klaar met de beoordeling. Alle ritten op een hoop geveegd is het vooral balen geworden, van:

- De even domme als dure penalty waar Jens van ’t Wout tegenaan is gelopen op de 1500 meter.

- De ploeterende sprinter Teun Boer voor wie diezelfde 1500 meter een soort drijfzand is gebleken waaruit hij niet kan ontsnappen.

- De herkansing voor Friso Emons – ook al op de 1500 meter - omdat hij niet heeft gebracht wat hij de voorbije weken in de training wel kon.

“Je hoopt op een stabiele racedag waarop we we onze startplekken (voor de Winterspelen, red.) binnenharken, en dan verder zien wat er mogelijk is”, zegt Kerstholt na het kwalificatiecircus. “Het is helaas een dag van ups en downs geworden. Niet fijn, nee.”

De goede dingen? De zussen Velzeboer doen wat ze kunnen en rollen soepel door de schiftingen; de volgende ronde van de vrouwenrelay en mixed relay zijn bereikt. Oh, en de Van ’t Wout-broers en Kay Huisman op de 500 meter hebben op dat nummer naar behoren gepresteerd. Kerstholt wil het snappen maar begrijpt het niet dat Jens, kopman Jens van TeamNL, het zo vergooit op de ene afstand en even later de sterren van de hemel schaatst bij de volgende opdracht.

“We zijn continu bezig met hem om die scherpte erin te krijgen. Het is in onze sport wel vaak van you snooze, you lose.” Wat hij bedoelt: als je niet oplet, ga je voor gaas. Dat geldt in dit geval zeker voor de jongste Van ’t Wout die te gemakkelijk heeft gedacht over een passeermanoeuvre bij een geslepen Koreaan en zich zo vergaloppeerde. De penalty betekent dat er geen gelegenheid is om zich te revancheren, in tegenstelling tot Emons en Boer (al wordt dat voor hem een utopische klus op zaterdagmorgen). “Jens moet het nu maar op de 500 en 1000 meter laten zien. Dat zou ook goed voor zijn zelfvertrouwen zijn.”

Alle uitslagen van de eerste kwalificatiedag staan hier

Jens van 't Wout
Jens van 't Wout: niet bij de les op de 1500 meter, kort daarna messcherp en de snelste op de 500 meter. | Foto: KNSB - Shapevisions

Maar het is ook niet zo dat Friso Emons voortdurend een vaste waarde in de Nederlandse shorttracktop is geweest die overal en altijd A-finales heeft gereden.
“Nee, maar ik heb een periode gehad waarin dat wel lukte. Afgelopen seizoen heb ik nog een A-finale gehaald. Het is niet zo dat ik me vasthoud aan uitslagen uit het verleden, meer aan de vorm die ik heb. En hoe goed ik ben, beter dan ik eerder dit seizoen was. Maar er is het een en ander veranderd in de World Tour; voorheen zat er een afstand twee keer in het programma, waardoor je soms het geluk had een iets minder sterk veld te hebben. Nu is het elke keer een strijd van de besten tegen elkaar. Het niveau van deze competitie is door de jaren heen hoog geweest. Om te presteren moet je zelf continu verbeteren. Ook als je World Tour-wedstrijden moet missen, kun je daarop trainen. Ik denk dat ik het niveau heb om het weer te laten zien.”

Top-5 eindigen betekent dat de deur naar de Winterspelen opengaat. Is dat dan ook de gedachte waarmee je hier in Polen het ijs opstapt?
“Ik weet dat het een beetje een valkuil is wanneer ik begin te rekenen. Daarom probeer ik me er wat van los te koppelen, en elke race opnieuw goed te kijken wat ik moet doen. Maar tuurlijk, het zit in m’n achterhoofd wat pas echt aan de orde komt als ik de finale bereik.”

Voor je gevoel ben je er niet heel dichtbij?
“Niet per se. Het moet allemaal gebeuren, hè. Dat ik niet aan de eerste World Tours heb meegedaan is misschien niet eens zo verkeerd, omdat ik me in de periode daarna heel erg heb ontwikkeld. Tegen mezelf zei ik: zo ga ik niet ten onder, en vanaf dat moment ben ik er voor 110 procent tegenaan gegaan. De wedstrijdervaring heb ik, want ik doe al acht jaar mee aan de wereldbekers. Ik ben geen nieuweling.”

Dus kan ik zeggen: het zou een blamage zijn als je niet slaagt?
“Dat is wat kort door de bocht. Er zullen mensen zin die veel meer World Cups hebben gereden. Ik weet alleen dat dit iets is wat ik wil, omdat het zo mooi is. Als ik het echter niet haal, word ik er geen minder persoon van. M’n gevoel vertelt me dat ik het kan. Daarnaast wil ik mezelf bewijzen in de relay, per slot van rekening ligt op dat onderdeel een van de grootste medaillekansen voor de mannen.”

Hoe heb je de bondscoach overtuigd dat je mee moest naar Gdansk?
“Door heel hard te rijden in de trainingen. Ik zou heel teleurgesteld zijn geweest als ’t niet zou zijn geworden, want ik heb heel goede stappen gemaakt in de periode dat TeamNL onderweg was. Ik heb een plan met Niels (Kerstholt, red.) opgesteld waarin ik helder was wat hij van mij vroeg. Hij gaf aan op welk vlak hij mensen nodig had, ik moest zorgen dat ik zoveel mogelijk dingen onder de knie zou krijgen en daarin uitblink.”

Hard op kop rijden is een van de dingen, want dat is je specialiteit.
“Ja, dat moet je ook kunnen in de relays, omdat de selectie niet wordt bepaald op een afstand. Ik heb veel gewerkt aan mijn topsnelheid, mijn vermogen om mensen in te halen, maar ook om niet zo gemakkelijk te worden ingehaald, m’n algemene conditie en de felheid die ik vorig jaar een beetje had verloren. Die is terug.”

Friso Emons en Haralds Silovs
Napraten met assistent-bondscoach Haralds Silovs (r) over de race die meer had moeten opleveren. | Foto: KNSB - Shapevisions

En dat heeft ervoor gezorgd dat je een uitnodiging hebt gekregen voor de World Tour, de rode loper naar de Spelen.
“Haha, was het maar zo gemakkelijk. Ik heb stap 1 gezet: in de World Tour geraken. Daarin moet ik nu mezelf laten zien. Stap 2.”

Maar welke is het moeilijkst? Die eerste lijkt me, omdat je het niet volledig in eigen hand hebt.
“Je rijdt liever dan op de bank te moeten afwachten. Het zou prachtig zijn als het me lukt. Het ijs hier is niet zo goed, dat vind ik in mijn voordeel. Bovendien blijkt uit het verleden dat deze baan goed voor mij is geweest. Al mijn Europese kampioenschappen heb ik hier gereden, in alle gevallen won ik goud met de mannenrelayploeg. En ik heb hier mijn eerste wereldbekermedaille op de 1500 meter gepakt. De sterren staan goed. Het moet alleen nog even gebeuren.”