In 2002 kreeg een Duitse man voor het laatst een olympische schaatsmedaille omgehangen. De Spelen van Salt Lake City werden het hoogtepunt van Jens Bode, die brons haalde op de vijf kilometer. Zijn mogelijke opvolger was op dat moment nog niet eens geboren. Pas vijf jaar later, in maart van 2007, zag Finn Sonnekalb in Thüringen het levenslicht.
Voor de jonge Sonnekalb, afkomstig uit een wielerfamilie, was het allerminst vanzelfsprekend dat hij de ijzers zou onderbinden. Op jonge leeftijd trapte hij vele kilometers op de fiets en was hij soms maanden onderweg voor een tocht op de tandem. Hij was echter nog te jong om zich aan te sluiten bij een wielerclub. De energieke jongen kon niet wachten en koos daarom voor atletiek. Helaas was die sport zo populair, dat er geen plek voor hem was bij de plaatselijke vereniging. Het toeval wilde dat hij vervolgens langs de ijsbaan van Erfurt liep, waar hij een kerstmannetje van chocola kreeg. Het kleine gebaar was voldoende om Sonnekalb naar het ijs te lokken. Een schaatscarrière was begonnen.
In Thialf leerden ze Sonnekalb voor het eerst kennen tijdens de Vikingsrace, een toernooi voor talentvolle junioren waar bijna de gehele Nederlandse schaatstop in het verleden aan heeft deelgenomen. In 2019, 2020 en 2023 was hij de beste van zijn leeftijdscategorie (wegens de coronapandemie werden de edities van 2021 en 2022 geschrapt). Sonnekalb boekte meer successen. Zo pakte hij drie gouden plakken op de Jeugd Olympische Spelen en veroverde hij afgelopen seizoen drie wereldtitels tijdens het WK voor junioren.
Bondscoach Aart van der Wulp, voorheen juniorencoach, vertelt dat Sonnekalb al snel boven zijn leeftijdsgenoten uittorende, zowel letterlijk als figuurlijk. “Al bij de C junioren was Finn een grote kerel die alles won. Het was de vraag of hij dat kon volhouden wanneer zijn leeftijdsgenoten een groeispurt zouden doormaken. Maar elk jaar draaide hij weer mee in de top. De stappen die hij deze winter gemaakt heeft, zijn zelfs groter dan ervoor.”
Als een van Sonnekalbs krachten noemt Van der Wulp zijn mindset. De achttienjarige schaatser weet wat hij wil en waar hij toe in staat is. Zo had hij tijdens de eerste race van deze winter, de 1500 meter in Salt Lake City, het doel om het juniorenwereldrecord van Jordan Stolz uit de boeken te rijden. “Het eerste wat hij zei na de finish, was: ‘Shit, niet gelukt’.” Uiteindelijk bleek zijn missie toch geslaagd, omdat de snelste tijd van Stolz niet erkend was. “Finn heeft wel respect voor zijn concurrenten, maar geen ontzag.”
Hoewel de inmiddels 21-jarige Stolz ver voor ligt op zijn concurrentie en record na record breekt, is ook de ontwikkeling van Sonnekalb het vermelden waard. Zo schaatste hij deze winter nationale records op de 1000 en 1500 meter, verbrak hij zoals eerder gezegd het juniorenwereldrecord op de 1500 meter en verpulverde hij zijn eigen persoonlijke records. Op de kilometer is hij dit seizoen drie seconden sneller dan vorig jaar (1.09,31 werd 1.06,48), op de schaatsmijl haalde hij er zelfs vijf tellen af (1.46,33 werd 1.41,33).
De afgelopen weken zag Van der Wulp dat het talent niet onvermoeibaar is. “Voor een junior zijn dit veel wedstrijden, ook al ben je zo goed als hij.” Sonnekalb was vanuit het juniorencircuit niet gewend om naar andere werelddelen te reizen, waardoor de jetlag na de World Cups in Noord-Amerika er extra inhakte. Op sinterklaasavond belandde hij daardoor net naast het podium op de 1500 meter, voor het eerst deze winter. Een dag later was hij echter alweer hersteld van zijn inspanningen en schaatste hij naar zijn eerste podiumplek op de 1000 meter. Een seconde achter Jordan Stolz, maar voor Tim Prins en Jenning de Boo. In Hamar eindigde hij nipt naast het podium op de schaatsmijl, hij werd vierde achter de gevestigde namen.
Zo vierde hij zijn eerste plak op de 1000 meter in Thialf.
Sonnekalb verbaast zichzelf met de enorme opmars van deze winter. “Ik heb in de zomer veel problemen gehad met mijn knie en mijn rug. Ik kon niet veel trainen, daarom begrijp ik niet dat ik zo snel ben.” De komende weken gebruikt Sonnekalb om voor zijn lichaam te zorgen en de geblesseerde lichaamsdelen te ontzien. Alles om straks zo fit mogelijk aan de start te staan in Milaan. “Ik wil Duitsland terugbrengen in de schijnwerpers van het schaatsen”, zo verwoordt Sonnekalb zelf zijn doel, niet bang voor de druk die vanuit zijn thuisland op zijn schouders rust.