Met zijn 31 jaar was De Vries één de van oudste Nederlandse debutanten ooit op een Europees kampioenschap. Hij besloot dat debuut met een zevende plek op de tien kilometer, de afstand waar De Vries, van oorsprong marathonrijder, op had willen excelleren.

Het was juist het allroundaspect dat hem op zijn favoriete afstand op de knieën dwong. "Na de 1500 meter zat het zuur tot boven mijn oren", vertelde hij. "Na acht ronden ging ik al, och. Elke ronde kwam er wat vermoeidheid bij. Ik kon hem niet meer vlak houden en op het einde klapte ik ook nog een beetje in elkaar. Als ik had geweten dat de 1500 meter zoveel impact zou hebben dan had ik er rekening mee gehouden", zei De Vries.

Nu had de TVM-rijder zich vol overgave op de schaatsmijl gestort met het oog op het klassement. "Maar misschien had ik hem beter wat kunnen laten lopen."

Na dit seizoen houdt de sponsor van zijn ploeg het voor gezien en dus weet De Vries nog niet wat de toekomst hem zal brengen en of hij nog eens zal proberen om het EK te rijden. "Tot het KKT heb ik alleen maar aan de Spelen gedacht en daarna kwam meteen dit EK. Ik moet nu maar even bedenken wat ik wil."

"Misschien kan ik volgend jaar weer bij een langebaanploeg of meldt er zich een marathonploeg. Dat is een afweging die ik nog moet maken." Echt eenvoudiger is dat niet geworden na zijn optreden in Hamar. "Als ik hier heel slecht gereden had, dan was het gemakkelijker geweest."