“Ik wil vooral een completere schaatser worden”, was het antwoord van Jordy Harink toen trainers Jillert Anema en Arjan Samplonius hem vroegen naar zijn doelen voor dit seizoen. “Want als je alleen maar goed bent op natuurijs en niet op kunstijs, heb je maar een heel klein deel van het seizoen dat je goed moet zijn.” Eigenlijk stond zijn overgang naar de formatie van Anema ruim twee jaar geleden al in het teken van die verbetering.  En dat betaalt zich nu uit.

Nog niet uitgeleerd
“Die stap naar Jillert was heel bewust”, vertelt hij. “Nu merk ik gewoon, doordat ik met supersnelle rijders rijd, met twee coaches op het ijs, het technisch beter gaat en het allemaal op z’n plek begint te vallen. Het eerste jaar was het echt nog wel heel erg aanpoten in de training, maar dat wordt steeds iets makkelijker. Maar ik kan technisch gewoon nog heel veel stappen maken”, legt hij uit. Dat hij nog niet uitgeleerd is, wordt wel duidelijk uit de trainingen met ploeggenoot Bergsma, vertelt hij. “Als je dan met Jorrit meerijdt en die zet de brommer aan, dan is het voor iemand als ik nog steeds lastig. Ook nu nog.”

Altijd goed op het NK
Een completere schaatser mag hij intussen wel genoemd worden, met twee overwinningen en acht toptien-noteringen in de eerste negen wedstrijden dit seizoen. Het rechtvaardigt de vraag of hij niet al met een schuin oog kijkt naar het NK, dat al over iets meer dan twee weken in Alkmaar wordt verreden. “Ik heb de laatste jaren op het NK altijd goede uitslagen gereden. Op de een of andere manier ben ik dan altijd wel in orde. Maar het is voor mijzelf niet per se een hoofddoel. Ik denk dat wij in de ploeg wel andere mannen hebben die meer kans hebben dan ik. De situatie moet wel zo zijn, het moet wel een aparte wedstrijd worden, wil het voor mij een grote kans opleveren”, licht hij toe, maar houdt er uiteindelijk toch gewoon rekening mee. “Je moet het niet uitsluiten, dan ben je bij voorbaat kansloos”, zegt hij beslist.

Foto: Neeke Smit

Natuurijs blijft ‘mooiste wat er is’
En ja, dat natuurijs blijft ondanks zijn successen op kunstijs nog wel ‘het grootste doel’, vertelt hij. “Ik wil gewoon in de breedte een betere schaatser te worden”, zo benadrukt hij nogmaals. “En dat gaat me dan ook weer helpen op het natuurijs. Ik vind natuurijs het mooiste wat er is, maar je moet er maar net even in orde zijn.”

Van een kopmanschap op dat natuurijs wil hij overigens niet spreken, al is hij bij Royal A-ware / ZiuZ de meest uitgesproken specialist. “Wij rijden altijd voor degene die in de kopgroep zit, dat is onze kopman. Het zal vast voorkomen dat ik kopman ben, maar niet bij voorbaat. Sjoerd reed mij er een paar jaar geleden op de Aart Koopmans Memorial al af, dus die kan ook heel behoorlijk op natuurijs. Ik denk dat we ook op natuurijs in de breedte een goeie ploeg hebben. Jos de Vos ontwikkelt zich bijvoorbeeld supersnel op de marathon en heeft ook een grote motor. Ik ben heel benieuwd wat hij dan kan.”

6 jaar gewacht
Intussen geniet Harink nog volop na van de prima resultaten in de landelijke marathonwedstrijden op kunstijs. “Ja, het is onwijs gaaf”, zegt hij tevreden. “Het valt gewoon de laatste weken best wel mijn kant op en dat is best wel fijn natuurlijk. Ik heb altijd gedacht: ik heb niet heel veel talent, dus ik moet er heel veel voor doen, dan gaat het vanzelf een keer goed vallen. Daar heb ik 6 jaar op gewacht en nu is het direct al twee keer raak.”