De SKN, dan hebben we het vooral over de grandes dames van het Nederlandse kunstrijden: Sjoukje Dijkstra en Joan Haanappel. Waar onze goudenmedaillewinnares van 1964 de laatste decennia vooral op de achtergrond is gebleven, liet Haanappel geen mogelijkheid onbenut om invloed uit te oefenen op het wel en wee van haar sport. Als commentator voor onder andere de NOS en Eurosport wist zij op haar unieke wijze van verslaggeving van de grote toernooien veel kijkers aan de sport te binden.
Maar de ambities van Joan in het kunstrijden reikten verder. We moeten in deze sport weer terug in de wereldtop! Vol passie nam Haanappel zitting in het Bondsbestuur maar zag al gauw in dat haar vlammende pleidooien snel doofden in de koele hardrijderscultuur.
Ok. Poging twee. Dan maar een eigen bond oprichten. Die hardrijders snappen immers toch niets van onze sport. Maar ja, een eigen bond... Waar haal je dan je financiering vandaan? Bij de ISU dicteerde kunstrijden lange tijd de geldstromen maar in Nederland is dat precies andersom. Geen cent te makken dus en zonder erkenning van NOC*NSF kwam het idee van de kunstrijbond op een dood spoor terecht.
Maar er is toch kunstrijtalent genoeg in Nederland? Het laatste initiatief werd geboren: een stichting die al deze talenten opleidt en begeleidt. En 'waar de KNSB het kunstrijden links laat liggen' (fijne mediapartner, die Telegraaf), gaat de stichting SKN nu dus vier trainingskampen per jaar organiseren onder leiding van de Canadese toptrainster Manon Perron. Fiscaal ook best handig voor de gulle gevers trouwens. Het ene na het andere interview gaf het duo Dijkstra/Haanappel ten beste en ook het Comité van aanbeveling van SKN mag er zijn.
Intussen is de KNSB bezig een tienjarenplan uit te rollen voor het kunstrijden. In het Adviesrapport van de werkgroep topsport kunstrijden staat te lezen dat veel factoren in Nederland ongunstig zijn en deze zullen niet op korte termijn veranderen. Denk aan het relatief lage aantal kunstijsbanen en de hoge ijsprijs. En we willen onze talenten continu kunnen begeleiden en niet alleen vier weken per jaar een injectie geven.
Vandaar dat ik net als Karen Venhuizen het initiatief van SKN van harte toejuich, maar het zie als on top of wat de KNSB zelf al doet. Met enige fantasie kunnen we SKN wellicht zien als een merkenteam kunstrijden avant la lettre. Maar aan de andere kant ontstaat het gevoel van een 'staat binnen de staat' en daar maak ik me zorgen over. Wat als een talent door SKN gepusht wordt maar niet aan de criteria van de KNSB voldoet?
Er is maar één orgaan dat rijders een licentie geeft, wedstrijden organiseert, en rijders uitzendt naar internationale toernooien, en dat is de KNSB. Nauwere samenwerking met de KNSB zou de effectiviteit van het initiatief van SKN zeker bevorderen. Tenslotte hebben we allemaal hetzelfde doel, Joan: het Nederlandse kunstrijden weer mee laten tellen in de wereld.
Jeroen Prins is ISU-jurylid, ISU-scheidsrechter, ISU Technisch Controller bij het solorijden en paarrijden en commentator bij Eurosport.