Want Epke was niet de enige met een sixpack in de zaal. Iedereen in de turnhal had een sixpack. Met uitzondering van de trainers en acht kunstrijmeisjes. Zonder sixpack geen salto lijkt het motto dat hier heerst. Sixpack is in dit kader natuurlijk symbolisch bedoeld, want het hele lichaam is bij de turners op en top getraind. Het is de basis van waaruit ze hun technische elementen kunnen uitvoeren.
En juist in die basis lopen de Nederlandse kunstrijders jaren achter. Hoe vaak zien we niet rijders en rijdsters de meest moeilijke sprongen proberen terwijl duidelijk te zien is dat het kind het fysiek niet aan kan. Is het dan heel vreemd dat veel schaatsers afhaken vanwege blessures? Oké, bij het turnen haken er ook veel af door blessures. Maar niet vanwege ondertraining, eerder vanwege overtraining. En zelfs met een gebroken been of elleboog zijn ze nog iedere dag in de turnhal te vinden. Er zijn toch nog genoeg oefeningen die je wel kunt doen?, zie je ze denken.
Dat is een topsportmentaliteit die we eigenlijk in het kunstrijden niet kennen. Het moet ons allemaal zo makkelijk mogelijk gemaakt worden. Moe willen we vooral niet worden. Toen de acht dametjes aan de buikspiersessie begonnen werd de muziek van de vloeroefening bijna overstemd door het gekreun en gesteun. Dit waren ze niet gewend. Om het nog erger te maken kwam een leeftijdsgenootje even langs om te laten zien hoe het moest. Ik dacht dat de ouders op de tribune niet meer bijkwamen van het lachen.
Haarfijn werd blootgelegd waarom het Nederlandse turnen op dit moment olympisch kampioenen aflevert en het Nederlandse kunstrijden niet. Het gebrek aan basis. Het gaat niet om die topsportfaciliteiten waar je alles binnen handbereik hebt.
Misschien wel om dat laatste stapje naar de absolute wereldtop te maken, maar niet om een topsporter te worden. Dat vergt gewoon heel veel fysieke training, ook buiten het ijs. In plaats van klagen over te weinig ijsuren, kunnen we ook een voorbeeld nemen aan het turnen. Die klagen ook niet dat de rekstok niet 24/7 beschikbaar is. Minstens de helft van hun training bestaat uit fysieke training. En specifieke training doen ze deels ook nog buiten de toestellen.
Basis heet niet voor niets basis. Dat is iets waarmee het fundament gelegd wordt voor de toekomst. En niet iets waarmee begonnen moet worden als de keuze voor topsport uiteindelijk is gemaakt. We willen graag topsport bedrijven, maar dat kan niet zonder basis. En die basis moet gelegd worden bij de verenigingen. Een combi-vereniging waarin turnen en kunstrijden een plek hebben, zou weleens interessante resultaten kunnen opleveren. Eerst een sixpack, dan een axel?