Aan de vooravond van het Essent ISU WK Allround vertelde Jan Blokhuijsen dat hij een beetje zijn eigen route had bepaald op weg naar het toernooi. Op zich was dat voor de journalisten geen direct nieuws. Al bij de eerste persconferentie van TVM in dit seizoen liet Blokhuijsen weten dat hij meer eigen inbreng had gekregen op zijn programma en meer verantwoordelijkheid.
De verwarring ontstond in Hamar pas toen één van de journalisten de eigen route van de TVM-rijder terloops ter sprake was. Coach Gerard Kemkers reageerde bozig. Wij, de verslaggevers, moesten niet denken dat zijn schaatsers zelf konden bepalen wat ze wilden doen. Hij zette de lijnen uit en buiten die lijnen mocht Blokhuijsen zelf aan de slag met zijn voeding, maar er was geen sprake van een eigen programma. Vervolgens weidde Kemkers uit over de grote saamhorigheid in zijn ploeg. Een saamhorigheid die hij in de aanloop naar de Spelen van Vancouver had gemist, probeerde hij de plooien glad te strijken.
Deze week bleek dat de boze reactie van Kemkers voortkwam uit ergernis over Blokhuijsen. Ergernis juist omdat de schaatser veel meer eigen inbreng heeft dan zijn coach zou willen. Tegenover de NOS verklaarde Blokhuijsen namelijk dat hij met de ziekte van Pfeiffer te kampen had gehad, maar dat had hij volgens Kemkers niet mogen zeggen. En het 'externe team' dat Blokhuijsen om zich heen gebouwd heeft, wil de coach 'wegsnijden'.
De pogingen van Kemkers in Hamar en daarna om een gordijn van gezelligheid rond zijn sporters op te trekken zijn op deze manier extra potsierlijk.
Een zelfde proces was er afgelopen dagen rondom Jan van Veen en Koen Verweij. In een persbericht vanuit het management werd gemeld dat Verweij per direct de ploeg zou verlaten, terwijl het team juist een sponsor had gevonden. Een telefoontje naar de schaatser zorgde ineens voor verwarring, want volgens Verweij was er helemaal geen sprake van een breuk met de ploeg.
Die uitspraak werd voorgelegd aan Van Veen zelf. Hij reageerde op zijn beurt verbaasd op de uitspraken van zijn (ex-)pupil. Vervolgens blijkt dat er wel degelijk een breuk is tussen de schaatser en de coach.
Ik begrijp niet waarom daar zo moeilijk en ingewikkeld over gedaan wordt. Als de betrokkenen met elkaar een keurig persberichtje afstemmen en dan de journalisten inlichten komt er één artikeltje in de krant en is de kous af. Nu volgt bericht op bericht en volgt miscommunicatie op miscommunicatie.
Had elke ploeg maar Jeroen Otter als coach en als manager. Dan was het allemaal niet zo ingewikkeld. De shorttrackcoach heeft begrepen dat je niet ingewikkeld moet doen over de zaken die je met je sporters bespreekt. Ik sprak Otter een keer bij een langebaantoernooi. Hij was daar kritisch over Niels Kerstholt, zijn eigen rijder.
Een half uurtje later kwam Kerstholt langs. Omdat ik verbaasd was geweest over de openheid van Otter confronteerde ik Kerstholt met de uitspraken van zijn coach. Hij voelde zich aangevallen noch in zijn hemd gezet. "Ja, ik weet dat hij dat vindt", zei hij laconiek. "En hij heeft gelijk."
De volstrekte vanzelfsprekendheid waarmee Otter en Kerstholt over elkaar spraken was een verademing en zou in veel langebaanteams ook welkom zijn, want irritaties ontstaan juist vaak in geheimzinnigheid. Het is daarom in de langebaanwereld tijd voor een lesje openheid van Otter.
Erik van Lakerveld is chef-redacteur bij schaatsen.nl