Bos deed als schaatser vier keer mee aan de Winterspelen (1998, 2002, 2006 en 2010). In 1998 en 2002 veroverde hij zilver op de 1000 meter. In 2004 kwam hij tijdens de Zomerspelen van Athene als baanwielrenner in actie. Samen met zijn broer Theo en Teun Mulder eindigde hij op dat onderdeel als zesde.
Na terugkomst van een vakantie merkte Bos dat hij de intrinsieke motivatie miste om het avontuur op de piste daadwerkelijk aan te gaan: "Het leek me heel erg leuk om te doen, maar ik mis de ambitie om tot het uiterste te gaan. De pure drive is er niet." Na zijn afscheid als topschaatser opende zich voor Bos een nieuwe wereld met diverse andere uitdagingen. Zo wil hij een kenniscentrum voor de schaatssport opzetten, doet hij de trainerscursus bij de schaatsbond KNSB en is er plots tijd voor een sociaal leven. "Sommige sporters hebben het soms over een zwart gat, nadat ze gestopt zijn. Ik heb juist het idee dat ik uit een zwart gat kom", zegt hij. "Mijn blikveld is veel ruimer geworden."