Op het KPN NK had hij opvallend goed in het spoor van Kramer kunnen blijven, maar bij het EK was dat niet zo. Daar heerste Kramer. Daar heeft Blokhuijsen een les uit getrokken. "Voor het EK had ik een hoog verwachtingspatroon. Nu wil ik terug naar de basis, naar het schaatsen en dan zien we wel wat dat voor tijden op gaat leveren."

Hij is niet alleen voorzichtiger omdat hij op het EK minder goed was dan gehoopt, maar ook omdat hij bij de Essent ISU World Cup in Inzell, de week voor het WK Allround, niet naar verwachting presteerde. "Het gaat wel beter", zei hij, "maar Inzell was geen goede wedstrijd. Ik moet deze week vooral goed uitrusten."

Ook op het ijs in het Vikingschip voelde het nog niet zo fijn bij de TVM-rijder. "Ik moest hier nog wel wat wennen. Het ijs is hard en de hal was koud", legde Blokhuijsen uit. "Maar ik heb nog tijd genoeg om te wennen", verzekerde hij.

Het zit hem duidelijk een beetje dwars dat het niet zo soepel loopt in de voorbereiding. "Het is nooit lekker om niet goed te schaatsen." Toch verwacht hij in de komende dagen zijn gevoel weer terug te krijgen. "Op het NK had ik supervorm. Op het EK was ik fysiek wat minder, maar ik hoop dat ik nu toch weer meer naar die NK-vorm ga."

"Ik hoop op het podium te rijden op hetzelfde niveau als op het NK. Daarvoor moet ik mijn slagen op het rechte stuk goed raken en druk houden in de bochten. Fysiek ben ik in orde, maar het zit hem in de uitvoering. In de houding en de timing. Het moet gewoon kloppen."

Van de concurrentie om de podiumplaatsen achter Kramer verwacht Blokhuijsen het meest van Koen Verweij, maar ook Håvard Bøkko en Sverre Lunde Pedersen zijn wat hem betreft gevaarlijk. "Bij het EK dacht iedereen dat Sven en ik wel even één en twee zouden worden, maar dat viel nog best tegen om dat voor elkaar te krijgen en Bøkko en Pedersen zijn nu ook gewoon weer goed."

"Ik verwacht veel van hen. Ze zijn aan elkaar gewaagd en aan mij", zei Blokhuijsen. "Ik denk dat de concurrentie er goed voor staat."

Met Kramer op het ijs lijkt de zege bij voorbaat buiten het bereik van Blokhuijsen te liggen. Hij is daar zelf dan ook niet mee bezig, beweerde hij. "Om zo’n titel te winnen moet je boven jezelf uitstijgen. Het is te voorbarig om daar nu al over na te denken. Maar ik ben topsporter en dat is de droom."

"Eerst moet ik maar schaatsen", besloot hij. "Dat ging in Inzell immers niet zo best."