Toch bezette Bergsma de eerste plaats na het duel met Blokhuijsen, maar Sven Kramer moest toen nog rijden. Met een scherp slot reed de TVM-rijder de tijd van Bergsma van het bord. En hoewel het verschil klein was, keek de BAM-rijder met een goed gevoel terug op zijn rit.
“Ik was een stuk vlotter weg dan vorige week. Ik ben meteen gaan schaatsen”, analyseerde Bergsma zijn rit. Met zijn optreden in Thialf kijkt hij met vertrouwen naar de toekomst. “Ik zit nog in een opbouwende fase, denk ik. Ik denk dat dit een heel goede training was.”
Een goede training, maar wel op het scherp van de snede. “Op het einde moest ik nog wel erg aan de bak. Dan kom je jezelf wel tegen”, zei Bergsma.
In zijn rit kwam Bergsma niet alleen zichzelf tegen, maar ook zijn tegenstander Blokhuijsen. “We hebben het wel spannend gemaakt, denk ik. Spannender dan dat ik gewild had”, gaf Bergsma toe. “Ik ging vrij vlot over hem heen. Daarna kwam hij terug. Dan ga je tegen elkaar racen.”
Die race tegen Blokhuijsen leverde één van de mooiste ritten van dit prille seizoen op. Blokhuijsen: “Na vier à vijf ronden begon ik met jagen. Ik heb eraan gewerkt om in mijn races in het tweede deel af te kunnen bouwen op de lange afstanden. Het is een leerproces om zo te racen, want ik heb dat nooit zo gedaan. Daarom heb ik wedstrijden zoals dit nodig. Dit was een mooie stap.”
Bergsma was er niet van overtuigd dat de tweestrijd met Blokhuijsen in zijn voordeel had gewerkt. “Misschien ging ik daardoor wel langzamer. Je ziet hem en je voelt hem bij die wissels. Dat haalt me uit mijn concentratie. Je denkt: wanneer komt ie?”
Hij, Blokhuijsen, kwam in de laatste binnenbocht, maar wist toch niet voor Bergsma te finishen. “Ik finish altijd met links voor, maar kwam nu met rechts uit. Misschien dacht ik dat ik hem wel had”, zei Blokhuijsen.
Ook Bergsma finishte niet heel scherp. “We gingen in de laatste ronde tot het einde en dan heb je de energie niet om nog echt ver uit te strekken.” Toch was Bergsma op de streep zeker dat hij de rit gewonnen had. “Ik had meteen het gevoel dat ik voor hem zat.”