Blokhuijsen reed naar de winst in een tijd van 13.07,22. Verweij, die voorafgaand aan de rit een voorsprong van 5,12 seconden verdedigde op Blokhuijsen, klokte 13.13,45 en moest genoegen nemen met het zilver.
"Ik wist dat ik de race zou moeten maken. Ik moest vijf seconden goedmaken en dus aanvallen", aldus Blokhuijsen tegen de NOS. "Dit bewijst dat allrounden heel spannend is. Ik ben onwijs blij dat ik deze op mijn erelijst kan bijschrijven."
Het was voor Blokhuijsen zijn eerste winst als senior en dus ook zijn eerste Europese titel. In 2011 pakte hij het zilver achter de Rus Ivan Skobrev en in 2012 en 2013 werd hij tweede achter Sven Kramer. Verweij behaalde in 2011 het brons.
Het brons ging in Hamar naar de Noor Håvard Bøkko. Hij verloor weliswaar zijn rit van zijn landgenoot Sverre Lunde Pedersen, maar behield uiteindelijk genoeg marge ten opzichte van de nummer vier van het klassement.
Die nummer vier werd Bart Swings. De Belg noteerde op de tien kilometer de derde tijd, maar moest in het klassement genoegen nemen met de vierde plaats.
De pupil van trainer Bart Veldkamp rekende in zijn rit af met Douwe de Vries, die Swings niet kon volgen. Swings noteerde de derde tijd in 13.17,41 en werd daarmee dus uiteindelijk vierde. De Vries reed 13.28,99, waarmee hij zevende werd op de tien kilometer en zevende in het eindklassement.
Renz Rotteveel was in zijn rit veel te sterk voor de Pool Jan Szymanski. De 24-jarige rijder van Team Corendon verpulverde Szymanski (die 13.53,34 reed) met een persoonlijk record van 13.26,75. Daarmee werd hij uiteindelijk zesde op zowel de tien kilometer als in het klassement.