"Ik ben blij dat het na een paar jaar eindelijk een keer gelukt is", zei Ter Mors na de huldiging. "Ik heb solide gereden. Elke afstand punten gepakt en dan word je Europees kampioen."

In 2011 ging het in eigen huis mis. Ter Mors stond niet eens in de superfinale. Vorig jaar vertrok ze als één van de gegadigden voor het goud naar Mälmo en verspeelde ze het al in de eerste ronde van de 1500 meter. "Voorgaande jaren was ik misschien te gretig, wilde ik te graag. Nu heb ik meer per moment gekeken en daarna pas naar het geheel. Daardoor kon ik beter de ontspanning houden", verklaarde ze haar succes. 

De drie kilometer werd voor Ter Mors uiteindelijk een makkie. De viervoudig Nederlands kampioene ging voor de tussensprint na negen ronden, niemand reageerde waardoor Ter Mors met een ronde voorsprong kon aansluiten.

"Ze lieten me gewoon schaatsen. Elise Christie had nog kans om te winnen,  maar ik denk dat de coaches de punten misschien niet helemaal goed hadden gecheckt. Dat maakt het voor mij alleen maar makkelijker natuurlijk."

En dus wist Ter Mors met zeventien ronden te gaan dat haar eerste Europese titel én de eerste titel voor een Nederlandse vrouw binnen was. "Dat is toch lekker", lacht Ter Mors. "Toen ik een ronde had gepakt, zei Jeroen: 'Ga nou achteraan rijden. Geen risico’s nemen.' Natuurlijk denk je dan wel even: ik heb ‘m binnen, maar je moet wel geconcentreerd blijven."

Met het optimale resultaat verliet Ter Mors uiteindelijk Dresden. Ook in de afsluitende aflossingsfinale schaatste ze, samen met Lara van Ruijven, Sanne en Yara van Kerkhof, naar het goud. Voor de vierde keer op rij. "Om het nog een vierde keer te doen is heel gaaf. Dat maakt het extra mooi."

De grote concurrenten voor de zege, de Italiaanse vrouwen, gingen halverwege de race onderuit. "Dat kwam een beetje door mij", moest Ter Mors bekennen. "Iedereen rijdt sneaky en probeert elkaar dwars te zitten. Zij probeerden dat al de hele tijd bij de wissel", aldus Ter Mors, die geheimzinnig bleef. "Dat trucje ga ik natuurlijk niet vertellen aan de pers. De Italianen weten wel waardoor ze gevallen zijn."

Ter Mors is content met haar eerste Europese titel. Misschien wel meer dan ze vooraf had verwacht. Toch blijft Sotsji haar schaduw vooruit werpen. "Liever heb ik natuurlijk een olympische plak", antwoordt Ter Mors, als haar naar de waarde van het goud werd gevraagd. "Dat is een keer in de vier jaar, hè. Volgend jaar is er weer een EK."

De shorttrackster, die straks bij de Olympische Spelen ook op de langebaan in actie komt, sprak vol passie over haar sport. "Ik blijf shorttrack mooier vinden. 'How low can you go', dat is toch gewoon het mooiste."

"Ik zei van de week tegen Jeroen dat je in een wedstrijd eigenlijk net zo plat zou moeten kunnen gaan als je in cirkels schaatsen doet. Dat is toch wel het ultieme. Dat is waar je naar streeft. Kijken hoever je kunt gaan. Dat geeft zo’n kick."