Typerend verhaaltje uit de ploeg van De Haan Westerhoff: zelfs Niels Mesu, de benjamin van de ploeg, probeerde Crispijn Ariëns al op stang te jagen. "Moest in aanhoren dat zelfs hij al een keer een overwinning had geboekt. En wanneer ik eens iets ging doen", vertelt Ariëns.
Geen nieuwe situatie voor de tegenwoordig in Wolvega wonende Brabander. Zodra het verhaal over zijn eindzege in de Marathon Cup ging, kwam zijn erelijst ter sprake. "Het eerste wat ik dan te horen kreeg, was dat ik nog steeds geen wedstrijd had gewonnen. Dat zat me echt dwars. Ik ben een schaatser die altijd rijdt om te winnen, en dan ben je het op een gegeven moment zat als het steeds net niet lukt."
Maar na deze dag is alles anders. Ariëns heeft nu niet alleen meer een grote klassementszege op zijn naam staan, maar ook een echte natuurijskoers. En dan zal niemand ooit meer iets te zeuren hebben. Ook Ariëns zelf niet. Want hij baalde er nog steeds van dat door een val het cupseizoen voor hem veel sneller voorbij was dan gepland. "Maar dit is een mooie pleister op de wond. Een heel mooie."
En dat ook nog in een koers die de moeite meer dan waard was. Met een bijzonder peloton, dat wel. Want daarin ontbraken niet alleen de mannen van Telstar/Primagaz, maar ook nog eens de rijders van BAM. Ariëns wilde daarover geen oordeel vellen. "Afgelopen zaterdag was ik ook zelf niet in Goingarijp, vond ik het beter even rust te nemen. Waarschijnlijk hebben nu die jongens van BAM hetzelfde gedacht. Ik vind niet dat het aan mij is daarover iets te zeggen."
Maar het ontbreken van het oppermachtige groenoranje veranderde wel degelijk iets aan de wedstrijd. Opeens kwam het gewicht van de koers op de schouders van De Haan Westerhoff en Van Werven. Ariëns: "Dat zijn na BAM en Telstar toch de grootste ploegen in het peloton. Opeens moesten wij de koers maken." Daar had de ploeg geen problemen mee. "Vanaf het begin hebben we attent gereden, steeds met veel mensen voorin gezeten en geprobeerd de wedstrijd hard te maken."
Dat lukte behoorlijk. Al vlot in de honderd kilometer lange koers werd het peloton in stukken uiteen gereten. Niet alleen het tempo was daar debet aan, maar ook de toestand van het ijs. "Het was verschrikkelijk", verzuchtte Ariëns. "Zeker aan de buitenkanten van het parkoers. Aan de binnenzijde was het wel in orde. Maar ik heb er onderweg echt een paar keer over gedacht mijn skeelers aan te trekken, dan zou ik er makkelijker overheen gaan."
Uiteindelijk vormde zich een omvangrijke kopgroep met een flink aantal sterke mannen, waarbij diverse pogingen werden ondernomen om weg te rijden. Jouke Hoogeveen nam daarbij de grootste voorsprong, maar hij werd in de laatste kilometer ingerekend. "Dat hij wegreed, was ideaal", vond Ariëns over de actie van zijn ploeggenoot. "De rest moest zich vervolgens eerst inspannen om het gat dicht te rijden en ik kon mee."
Ariëns koos vervolgens in de finale de rug van Rick Smit. "Hij was in mijn ogen de snelste man in de groep. Was geen verkeerde keuze. Ik kwam vervolgens als eerste de laatste bocht uit en dan is het nog maar een klein stukje. In die meters gingen ze me echt niet meer terughalen. Man, wat ben ik daar blij mee. Ook voor de ploeg is dit een geweldige beloning. We hebben met z’n allen keihard gewerkt en dan lukt het ook nog. Dit is echt genieten."