Koops had, nadat Theo de Rooij zich begin september als eindverantwoordelijke van Team Nederland terugtrok, de rol van manager van Team Nederland al tijdelijk op zich genomen. De Zuid-Hollander was ondertussen ook op zoek naar een opvolger, en voerde daartoe vergevorderde gesprekken met Joop Alberda, de gouden coach van het Nederlands volleybalteam in 1996. 

Ondertussen ging het ingezette proces rond de ploegenachtervolging door. Het plan van aanpak richting het eerste optreden van de dames- en herenploeg van Team Nederland in Tsjeljabinsk afgelopen weekeinde leidde niet alleen tot goud (mannen) en zilver (vrouwen), maar ook tot tevreden- en eensgezindheid bij coaches en schaatsers. ’Duidelijke organisatie, voorbereiding en strategie’, was de gemeenschappelijk conclusie.

Het was voor de coaches Van Veen, Orie en Kemkers reden Koops te vragen of hij manager van Team Nederland wilde blijven. Jan van Veen is daar duidelijk over: “Hoewel er in het begin van het proces veel ruis was, heb ik mijn mening na de eerste World Cup bijgesteld. Toen het er in Tsjeljabinsk echt om ging, verliep alles boven verwachting. Dan moet je het niet ingewikkelder maken dan het is. Vandaar ons verzoek aan Arie om Theo op te volgen.”

Jac Orie en Gerard Kemkers zitten op dezelfde lijn. “Soms moet je ergens naar toe groeien. Voortschrijdend inzicht, zeg maar”, verwoordt Orie zijn keus voor Koops, om te vervolgen: “Arie is vroeger schaatstrainer geweest en heeft ook een wetenschappelijke achtergrond. Persoonlijk vind ik dat heel prettig, want daardoor snapt hij wat wij bedoelen.”

Kemkers bekent dat hij, Jan en Jac al in de zomer aan Arie hebben gevraagd om manager van Team Nederland te worden. “Toen bedankte Arie voor de eer. Nu hij, na het vertrek van Theo, de taak tijdelijk op zich heeft genomen, zie je dat de samenwerking tussen ons en Arie werkt. Hij benut onze kracht, maar houdt ons tegelijkertijd uit de wind door ons werk uit handen te nemen en zaken voor te bereiden, waardoor wij ons kunnen concentreren op onze eigen schaatsteams. Want dat is al een taak op zich.”  

Joop Alberda begrijpt de keus van de trainers om na de goede samenwerking in Tsjeljabinsk voor Arie Koops te kiezen: “Om in Sochi tot het beste resultaat te komen is het het beste om gebruik te maken van de kennis en kunde uit de sport zelf”, benadrukt Alberda. “Ik versta het proces om tot goud te komen, maar ik ben ook zo eerlijk om toe te geven dat ik ’het ijs niet meester ben’.”

Koops was verrast door het hernieuwde verzoek: “We hebben een turbulente periode achter de rug, dat weet iedereen. Maar misschien is dat wel de winst in dit proces. We zijn immers al maanden bezig met het plan van aanpak en dat begint, zo bleek in Tsjeljabinsk, inmiddels zijn vruchten af te werpen. Ook de KNSB was erg tevreden over de wijze waarop de coaches samenwerking verleenden aan de ploegenachtervolging. Super ook om te zien hoe de reserves Sjoerd de Vries en Linda de Vries honderd procent waren voorbereid voor hun invalbeurt en volledig bij het proces betrokken waren.”

Om af te sluiten met: “Om rust te creëren en het proces niet opnieuw te hoeven starten, heb ik ingestemd met het verzoek van de coaches.”

Ook Doekle Terpstra, voorzitter van het Algemeen Bestuur van de KNSB, heeft het volste vertrouwen in de nu ingeslagen weg: “Ik kan me voorstellen dat Arie extra gemotiveerd raakt door de resultaten en werkwijze van afgelopen weekend. Dat geeft veel vertrouwen voor de toekomst.” 

Koops zal in overleg met de rijders(sters) en coaches van alle betrokken merkenteams de definitieve opstelling en strategie met betrekking tot de ploegenachtervolging voor de wedstrijden bepalen. Op het ijs zullen de teams worden gecoacht door trainers van de merkenteams. Op het gebied van analyses en de (sport)wetenschappelijke kant zal de manager van Team Nederland worden ondersteund door Jos de Koning, Erben Wennemars en mogelijke andere experts.