Oud-shorttracker Alex Velzeboer leidt een leven dat bijna voelt als een filmscenario. In de winter staat hij op het ijs als assistent-trainer van de langebaanploeg van Essent; in de zomer werkt hij als noodhulpverlener. Afgelopen zomer leefde en werkte hij onder extreme omstandigheden in Zuid-Soedan, als Urban Water Supply Specialist voor IOM WASH, een tak van de Verenigde Naties. Twee totaal verschillende werelden, zou je denken, maar voor Alex zijn ze verrassend verbonden: zijn schaatsachtergrond vormt in beide rollen een stille motor.
Om te begrijpen hoe een topsporter in de humanitaire hulp belandt, gaan we terug naar 2011. Alex werkt dan bij Arcadis, maar besluit een sabbatical te nemen. Zijn zus Monique, ambassadeur voor het Liliane Fonds, neemt hem geregeld mee naar ontwikkelingslanden. Het contrast met zijn eigen leven blijft knagen. Een voorlichtingsavond van Artsen zonder Grenzen volgt, daarna een intensieve selectieprocedure. “Ze willen geen mensen uitzenden die er na twee weken doorheen zitten,” vertelt hij. Zijn eerste missie, een half jaar Tsjaad, verandert alles. “De eerste weken waren heftig, maar ik merkte: ik kan dit. En het is mooi werk.” Het is het begin van een reeks uitzendingen naar noodgebieden in onder meer Turkije, Ethiopië, Afghanistan, Oekraïne en recent Zuid-Soedan.
In Zuid-Soedan zijn vluchtelingenkampen volledig afhankelijk van schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen. Het IOM vraagt Nederland om experts en sinds 2012 maakt Alex deel uit van de pool WASH-specialisten. Zijn rol: leidinggeven aan waterprojecten, drinkwatersystemen ontwerpen, lokale teams aansturen en zorgen dat voorzieningen toegankelijk blijven.
Een gemiddelde dag bestaat er niet. Vooral de eerste weken zijn intens: van ’s ochtends vroeg tot diep in de nacht analyseren, praten, data verzamelen, het gebied verkennen. “Je komt binnen zonder het team, de context of de problemen te kennen. Dan draai je zeven dagen per week.” Pas later ontstaat er structuur: prioriteiten bepalen, plannen uitzetten, aannemers aansturen. Een groot drinkwaterproject waar hij deze zomer aan werkte, gaat in december de uitvoeringsfase in. “Techniek blijft belangrijk, maar ik sta ook gewoon met mijn lokale collega’s in de modder.”
Hoe ga je om met maandenlang leven en werken in een gebied waar conflicten, tekorten en ziektes dagelijkse realiteit zijn? Velzeboer: “Je bent zo gefocust op je taak, dat je soms vergeet hoe stressvol het is.” Hij herkent dezelfde druk als in topsport: een doel, beperkte tijd en de drang om impact te maken. “Je kunt niet iedereen redden, maar als je alles geeft binnen de tijd die je hebt, kun je ’s avonds zeggen: dit was waardevol.”
Zijn manier om met die druk om te gaan komt rechtstreeks uit zijn sportcarrière. Waar anderen instorten, gaat Alex sporten. Zelfs in de heetste omstandigheden creëert hij een mini-gym: bodyweight, rondjes rennen en ‘typisch Alex’ collega’s optrommelen voor schaatspassen. “Eerst kijken ze je aan alsof je gek bent. Na een week doet iedereen mee.” Die sportmomenten worden een mentale reddingslijn voor het hele team.
Terug in Nederland stapt Alex eind augustus weer het ijs op. Sinds 2015 is hij verbonden aan de langebaanploeg van Essent. “Ik zei tegen Jac Orie: misschien kan ik iets voor je team betekenen met mijn kennis van bochtentechniek.” Wat begon als iets kleins, groeide uit tot een vaste winterrol. Soms werkt hij acht maanden mee, soms vier; elk jaar bekijkt hij wat past naast zijn werk voor IOM.
Van buiten lijken topsport en noodhulp totaal verschillend, maar Alex ziet vooral parallellen. Oog voor techniek: in het kamp gaat het over leidingdiameters, ontwerp van latrines en pompdruk; op het ijs over lichaamshoeken en krachtverdeling. Doelgerichtheid: een groot einddoel opdelen in behapbare stappen. Drukbestendigheid: presteren wanneer het móét. Teamdynamiek: elkaar vertrouwen, snel schakelen, helder communiceren. Doorzettingsvermogen: “Velzeboer-DNA misschien?” grapt hij. “We geven niet snel op.”
Schaatsers merken het als Alex terug is van een missie. Klein leed wordt dan weer klein. “Als ik net terug ben en ze beginnen te klagen, zeggen ze soms al: ja oké, ik moet niet zeuren.” Hij dringt zijn ervaringen niet op, maar deelt af en toe een anekdote om perspectief te bieden. In topsport, waar spanning soms knelt, is relativering goud waard.
Zijn eigen topsportcarrière eindigde abrupt door een zware blessure, net toen hij zich volledig wilde richten op de Spelen van 2002. Hij had zijn studie Civiele Techniek afgerond en wilde nog één keer vol voor de sport gaan. Twee weken later lag hij in het ziekenhuis. “Dat was pittig, maar je moet door. Ik had geluk: mijn opleiding lag klaar.”
In zijn familie is omgaan met tegenslag deel van het leven; zijn zus Monique belandde door een val op de shorttrackbaan in een rolstoel. Haar verhaal plaatste zijn eigen teleurstellingen in perspectief. Veerkracht werd vanzelfsprekend. Misschien is dat wel waarom hij nu floreert in twee veeleisende werelden: hij kent de kunst van doorzetten én van loslaten.
Waar noodhulp letterlijk over leven gaat, is de druk in topsport abstracter, maar niet minder intens. De ploeg werkt richting de Spelen; op korte termijn is dat het grootste doel: zoveel mogelijk schaatsers laten pieken. De energie rondom zo’n olympische aanloop voelt voor hem net zo uitdagend als een nieuw water- en sanitatieproject.
En daarna? “Aan het eind van het seizoen kijk ik weer wat ik doe. Misschien een project, misschien even niet. Het is een luxe dat ik elk jaar opnieuw kan en mag kiezen.” Of hij nu in een vluchtelingenkamp de waterdruk verhoogt of een schaatser door de bocht stuurt: Alex wil bijdragen. Zeker niet als redder, maar als schakel; iemand die met technische kennis, sportmentaliteit en relativering net dat duwtje geeft waardoor iets beter wordt.
Twee totaal verschillende rollen, maar dezelfde geest: gefocust, energiek en taakgericht. Misschien is dat precies de kracht van oud-schaatsers als Alex Velzeboer: ze weten hoe het voelt om alles te geven voor iets dat groter is dan henzelf.
Lees hier deel 1: Diane Valkenburg: van topschaatser tot trainer en inspanningsfysioloog
Lees hier deel 2: Van schaatsen naar yogamat: hoe Yvonne Nauta rust vond in Yin yoga
Lees hier deel 3: Van ijsbaan naar tv: mediapersoonlijkheid Rob Hadders
Lees hier deel 4: Van ijs en asfalt naar de lucht: helikopterpiloot Elma de Vries
Lees hier deel 5: Daan Olivier: van schaatser naar wielrenner en politicus
Lees hier deel 6: Annita van Doorn: van shorttrack naar fysiotherapie