Van ’s ochtends 9 uur tot ’s middags 17 uur werd er vrijwel non-stop getraind door ongeveer zestig rijders. Normaal gesproken leggen we het in aantal af tegen de langebaners en de shorttrackers, maar dit keer niet.
Eerlijk toegegeven: op de 400-meterbaan lag geen ijs, dus dat scheelde al een stuk concurrentie, met uitzondering dan van een aantal langebaanschaatsers die genoegen namen met wat scherpere bochten en kortere rechte stukken. Die waren al blij dat ze even weer de schaatsen onder konden binden. De shorttrackers waren iets minder blij met ons, omdat ze deze week vroeger hun bed uit moesten.
Toch hadden de kunstrijders en kunstrijdsters van de Go-for-Gold week ook niet de luxe om lang uit te slapen, want de warming-up van de Hongaarse coach Andras Szaras begon op tijd. Ze werden letterlijk en figuurlijk even goed wakker geschud. Voor rijders die nog nooit met buitenlandse coaches hadden gewerkt, kreeg het woord ‘warming-up’ een andere betekenis deze week. Je bleek het opeens warm te krijgen van een warming-up. De meeste rijders vertelden dan ook enthousiast aan hun ouders dat ze ‘off-icetraining’ hadden gehad.
Totdat Andras de laatste twee dagen ook een off-icetraining had ingepland. Van een afstand klonk het alsof er een marteling gaande was. Dat viel best mee. De rijders die zich het hardst lieten horen, waren nu ook net de rijders die de training het hardst nodig hadden. Nu heb ik wel vaker aangegeven dat kunstrijden bestaat uit techniek en entertainment, maar drama tijdens de off-icetraining is geen onderdeel van het trainingsprogramma.
Het is niet altijd leuk om te doen wat nodig is om jezelf te verbeteren. Eén van mijn collega schaatsers verwoordde dat een aantal jaren treffend toen hij zich beklaagde over een ochtendtraining: "I hate it, but I need it". De wedstrijd begon om 10 uur, de enige training voorafgaand aan de wedstrijd was om 6 uur. Zelfkennis om goed te presteren. Afzien is minder erg als je resultaat ziet.
Resultaten waren zichtbaar aan het einde van de week, maar gelukkig was het niet alleen maar afzien. Lachende gezichten overheersten aan het einde van de week. Moe maar voldaan keek iedereen uit naar het zonnige weekend, maar ook alweer naar volgend jaar.
Eerst maar eens beginnen aan het nieuwe seizoen. Nog een paar weken hard werken en dan staat dat alweer voor de deur. Altijd weer spannend om te zien of de vele trainingsuren in de zomer zich gaan uitbetalen in resultaten, en of het afzien de moeite waard was.