De ISU werd in 1892 opgericht en had tot 1895 onze eigen sportpionier Pim Mulier als president. Van de unie zijn 77 landen lid. Sinds 1994 maakt Jan Dijkema deel uit van de Council. In 2016 werd hij gekozen tot president van de ISU. Tijdens het congres treedt Dijkema af en de KNSB vindt het belangrijk weer een Nederlander in de council te krijgen.
“Bij de langebaan horen wij al tientallen jaren tot de wereldtop en intussen is dat ook bij shorttrack het geval”, zegt Herman de Haan, directeur-bestuurder van de KNSB. “We hebben veel kennis opgebouwd, wat je bijvoorbeeld terugziet in de hoge kwaliteit van de internationale toernooien die wij in Nederland organiseren. Die know-how benutten we graag om de schaatssport wereldwijd verder te ontwikkelen. Daarvoor is het goed om binnen het ISU-bestuur een ervaren Nederlander te hebben die hier kennis van heeft en mee kan denken en praten bij belangrijke beslissingen.”
Albert Hazelhoff is gezien zijn staat van dienst een logische kandidaat voor de ISU Council. Hij is ruim 25 jaar actief als bestuurder binnen de schaatssport. Zo was hij van 2006 tot 2014 vice-voorzitter van de KNSB en maakt hij sinds 2016 deel uit van de Disciplinaire Commissie van de ISU. Hazelhoff is jurist en bekleedde diverse belangrijke functies binnen het Openbaar Ministerie, voordat hij in 2018 algemeen directeur werd van het Centraal Justitieel Incassobureau.
Zijn belangrijkste drijfveer voor het bestuurswerk in de schaatswereld?
Hazelhoff: “Onze mooie sport verbindt mensen op alle niveaus en is in Nederland cultuurgoed. Atleten zijn rolmodellen voor de jeugd. Het schaatsen brengt jong en oud in beweging, wat goed is voor hun gezondheid en om te groeien als persoon. De schaatssport - langebaan, shorttrack en kunstrijden - heeft zich internationaal sterk ontwikkeld en groeit nog steeds. Daar draag ik graag mijn steentje aan bij en ik wil daarin dicht bij de landen en de sporters staan.”
In een beknopt manifest, dat bedoeld is voor de andere bij de ISU aangesloten bonden en hun vertegenwoordigers op het Congres, noemt hij drie speerpunten, waarvoor hij zich in de ISU Council sterk wil maken. Dat zijn: ontwikkeling van de schaatssport, marketing en promotie en goed sportbestuur.
Wat bedoel je met ontwikkeling van de sport?
Hazelhoff: “We moeten het goede werk dat al gebeurt voortzetten en uitbreiden. Samenwerking tussen de ISU, bonden én atleten is daarbij cruciaal. De ISU moet goede initiatieven versterken en nieuwe landen extra impuls geven. De focus moet daarbij onder meer liggen op talentontwikkeling en versterken van opleidingen, onder andere via de ISU Centers of Excellence. De sport moet daarnaast aantrekkelijk blijven voor deelnemers van alle leeftijden. Nieuwe formats kunnen dan heel belangrijk worden. En ik vind het verder ook waard te onderzoeken hoe de schaatssport een paralympisch onderdeel kan ontwikkelen.”
En wat kan er beter met de promotie van de schaatssport?
Hazelhoff: “Ik denk dat er een langetermijnstrategie moet zijn, waarbij we de sport onder meer via de grote toernooien nog beter promoten. Dat kan zowel via bestaande marketingstrategieën als via nieuwe formats om fans in de vele landen te binden. Marketing en promotie zijn ook belangrijke aanjagers van de verdere ontwikkeling van de sport en het ontsluiten van de sport voor nog meer landen. Dit punt staat hoog op mijn agenda en ook hier is een nauwe samenwerking tussen alle betrokken partijen van groot belang.”
Laatste speerpunt. Wat versta jij onder goed sportbestuur?
Hazelhoff: “Ik vind dat de ISU, als olympische sportfederatie, een voorbeeldrol moet blijven spelen als het gaat om good governance. De standaarden die hiervoor wereldwijd zijn afgesproken zijn de basis voor goed sportbestuur. De ethische code van de ISU leven we daarin na. Daarbij staan voorop: fair play, transparantie, integriteit, respect en het nemen van verantwoordelijkheid.”
Oud-schaatser Douwe de Vries, voorzitter van de Atletencommissie bij de ISU: “Ik heb Albert leren kennen als een groot liefhebber van de schaatssport, die in verbinding staat met de schaatsers. Hij beschikt over een zeer grote hoeveelheid juridische kennis, zowel vanuit zijn beroep als op sportgebied. Hij zou een heel grote aanwinst voor de ISU Council zijn.”
Binnen de ISU Council heeft Speed Skating (Langebaan en Shorttrack) vijf zetels. Hiervoor zijn zeven kandidaten in de race, van wie Hazelhoff er een is. De kans dat hij in Phuket verkozen zal worden, is dus niet klein. “Maar je zult de benodigde stemmen eerst moeten binnenhalen”, zegt hij. “Ik ben hoopvol, maar het is zeker geen gelopen koers.”
