Want dat is de 24-jarige in Amsterdam geboren hardrijder van Team Jumbo-Visma, geen enkele twijfel. Hij legde de basis voor zijn persoonlijke primeur in twee races van de vier: zaterdag een uitmuntende 1000 meter (die de dagprijs opleverde), zondag een spetterende én winnende 500 meter (34,88) die bij de concurrentie al tot acht tellen rust leidde. Het toernooi mocht zijn onthoofd van de grote namen, Snel benutte de gelegenheid om aan te tonen dat hij de beste van de rest was. Vóór Janno Botman (Team Reggeborgh) en Serge Yoro, eveneens afkomstig uit de stal der geel-zwarten. "Wie er niet is, kun je niet verslaan, zei ik tegen mezelf."

Op grond van zijn prestaties in de sprintvierkamp verdient hij dan ook uitgezonden te worden naar de wereldkampioenschappen Allround en Sprint die een paar weken na de Winterspelen op het programma staan in Hamar. Zaterdagavond wierp Dai Dai N’tab een balletje op richting KNSB, die misschien wel oren zou hebben om te kijken naar de ellendige situatie waarin de ploegmaat van Snel zich bevond na de akelige uitglijder in zijn 1000 meter. Op dat moment was met geen mogelijkheid te zeggen wie er als beste uit de bus zou komen. Niettemin nam N’tab een voorschot op de ontknoping, door te pleiten voor een aanwijsplek. Hij was daarbij zo eerlijk te zeggen dat wel meer jongens aanspraak zouden kunnen maken op zo’n ‘vrijkaart’.

Foto: Soenar Chamid

“Nou”, oordeelde Snel, “daar is nu geen sprake meer van. Ik vraag me überhaupt af of zoiets wel zou kunnen. Het is heel vervelend voor Dai Dai dat hij zaterdag onderuit is gegleden en dat hij daardoor zijn wedstrijd verknalde, maar dat hoort ook bij een sprinttoernooi. Voor hetzelfde geld zou ik hem ook hebben verslagen als hij overeind zou zijn gebleven. Dat weet echter niemand. Ik ben er niet te lang over blijven nadenken; mijn kampioenschap ging verder en ik moest weer zien te presteren. Dat is vrij goed gelukt."

"Ik had graag de tweede duizend meter net zo willen rijden als die van zaterdag", vervolgde hij zijn nabeschouwing. "Om een of andere reden trok ik de rit niet zo goed op gang en gaandeweg merkte ik al dat het niet liep zoals een dag eerder. Op dat moment koos ik ervoor de race naar huis te rijden met een respectabele tijd. Rim voldoende voor de titel die niemand mij meer kan afpakken. Het is bovendien lekker dat ik mijn seizoen wat kan verlengen. Normaal gesproken zou het na vandaag voorbij zijn met wedstrijden, nu kan ik me voorbereiden op de WK. Hopelijk kan ik in Noorwegen vier goed races laten zien, in tegenstelling tot de twee van dit weekend. Dat wordt het doel.”

De uitslagen? Ze staan hier