Tickets
Shop
Nieuws 10 feb 2022

Wordt het straks kwartetten met Irene Schouten?

Olympisch record en daarmee goud, Nederlandse toptijd, eerder deze week al de beste, de hele winter niet te vangen, én, goed haar trainers beluisterend, het belangrijkst: nog zoveel marge naar de toekomst toe. In een lange regel het wonderseizoen van Irene Schouten vastgelegd. Je zou bijna zeggen: nog twee gouden medailles te gaan.

Foto : Vincent Riemersma

Even in het hoofd van die andere vorstin van de langebaan in Beijing gekropen. Geen Ireen, maar Irene. Oh ja, daar zijn die journalisten weer. Ik moet nog rijden, maar de uitslagen hebben ze voor me alvast ingevuld. Kan niet missen. Want als ik alle drie en vijf kilometers win, is het logisch dat ik die lijn ook doortrek op de ploegenachtervolging en de mass start. Geen probleem hoor. Punt. Terug naar de werkelijkheid.

Het is aannemelijk dat er deze donderdag, weer een prachtdag voor schaatsminnend Holland, ook wel zo geredeneerd. Of gedagdroomd. Mensen genoeg in de mixed zone van de Ice Ribbon voor wie de rekensommetjes op bijna de helft van de 24e Winterspelen beperkt blijven tot 1+1 = 3 of 2+2 = 4. “Het kan, het kan zeker”, dat durft de overgelukkige Noord-Hollandse best te beamen in de elf minuten bijpraten met de Nederlandse media. Ze heeft wederom toegeslagen in vlekkeloze stijl. Isabelle Weidemann viert het feest mee als nummer twee, good-old Martina Sablikova meldt zich voor plek drie. Aan de voornaamste voorwaarde voldoet Schouten: ze verkeert in bloedvorm. Dan noemt ze zelf een volgende meevaller. De andere Ireen, Wüst. Die schaatst ook als de brandweer. “Voor de ploegenachtervolging is het heel mooi dat we dat kunnen meenemen. We hebben een heel goed team, dus zeker kans op goud. Daar moeten we ook voor gaan, want met zilver of brons zullen we niet heel blij zijn.”

Er rest nog de minimarathon, als mass start aangeduid op de olympische kalender van komende week. Eerst een overbodige mededeling. “Ik ben goed.” Heeft iedereen op de ijsbaan geconstateerd. “Maar in die wedstrijd heb ik het niet volledig zelf in de hand.” Is geen woord van gelogen, omdat het dan een pelotonsrace betreft. Schouten draagt geen andere argumenten aan die goud in de weg kunnen liggen. Er wordt evenmin een vraag over gesteld. Nou, dan toch de factoren die haar juist kunnen helpen, zelf maar opgelepeld. In Marijke Groenewoud, de wereldkampioene van 2021 op het onderdeel, heeft ze een maatje dat van wanten weet. Plus, en dat kan ze niet ontkennen: mevrouw is gezien haar erelijst in dit genre net zo goed the lady in charge.

Niet altijd even geconcentreerd, maar in deze gouden vijf kilometer was er niets van te merken. | Foto : Vincent Riemersma

Er is geen reden te veronderstellen dat ze stilvalt. “Nee, ze moet alleen bij de les blijven”, kraakt een glunderende coach Arjan Samplonius een kritisch nootje over de weg naar het tweede goud. “Gelukkig heeft Weidemann aardig geholpen met haar tijd (6.51,76).” “Nou, zeg dat” reageert Schouten, “ik zag die tijd op het bord en onmiddellijk schoot door mijn hoofd ‘zo Irene, je mag aan de bak'. Niet zo lang ervoor maakte Jillert  (Anema, de andere coach, red.) nog een opmerking. Hij vond dat ik wat te relaxt werd voor de rit. Ik was meer ontspannen dan voor mijn drie kilometer, dat klopt wel.”          

En scherp genoeg. “Dit was een heel mooie rit. Niet perfect, dat gebeurt me niet zo snel, omdat ik zo nu en dan kan verslappen of niet altijd even efficiënt afzet. Ik pakte deze vijf kilometer aan zoals ik ze het hele seizoen heb gereden.” Volgens een strak aflopend schema: beginnen met 31,89, besluiten met 31,18. Langzaamste ronde: de derde waarin ze 32,46 klokte. Moment van onachtzaamheid, kennelijk. “Inderdaad, ik ging plotseling tweetiende omhoog. Deed me niets hoor, daar schiet ik allang niet meer van in de stress. Om eerlijk te zijn ben ik niet zo bezig met die rondetijden. Het gaat me om de gehele race.”

Met de ringen op de achtergrond schaatst de koningin van Hoogkarspel in ijltempo voorbij. | Foto : Vincent Riemersma

Wanneer je die voltooit in 6.43,51, daarmee het beste resultaat op de vijf kilometer realiserend, ben je geneigd te roepen: op het gebied van de stayernummers is er niets meer te leren. Zowel Schouten als Samplonius ontkent dat. “Ze kan harder, het moet sneller.” Nee, dat beschouwt de Fries niet als de grootste uitdaging. “Dat is de 1500 meter onder de knie krijgen. Kan Irene ook. Samen met die andere meiden uit de ploeg hebben we een schitterend groepje om daaraan te werken. Marijke, Melissa Wijfje….” Gemakshalve vergeet Samplonius de namen van Elisa Dul en Maaike Verweij.

“Maar wij hebben het niet voor het zeggen, vind ik. Irene moet plezier beleven aan het schaatsen, wat ze ook doet. Voor hetzelfde geld wil ze straks een marathon winnen over tweehonderd kilometer. Dan zal ze zich toch weer meer moeten toeleggen op het marathonschaatsen. Daar gaan Jillert en ik dan in mee; het is onze taak alleen te zorgen dat ze blijft winnen. Hopelijk gebeurt dat volgend seizoen opnieuw met ons.”

Daar lijkt het wel op. Schouten: “Wat ik precies zal doen, weet ik nu niet. Joh, daar ben ik nou toch niet mee bezig? Eerst de Spelen, daarna zullen we plannen maken voor de toekomst. Die ligt hier, ja, volgens mij wel.”

Alle uitslagen, programma's, meeschrijflijsten en het laatste nieuws van de Olympische Spelen vind je hier


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan