Tickets
Shop
Nieuws 08 feb 2022

Kjeld Nuis en Thomas Krol, wie anders?

Kjeld Nuis prolongeerde dinsdag zijn olympische titel op de 1500 meter en Thomas Krol nam alvast een voorschot op dezelfde prijs die pas aan het eind van de 24e Winterspelen wordt vergeven. Logische verdeling van de belangrijkste medailles, kun je zeggen, na een avondje schaatsen in de Ice Ribbon van Beijing dat een echte spanningsboog had van net drie minuten.

Foto : Vincent Riemersma

Daar konden de mannen die de show maakten natuurlijk weinig aan doen. Nuis (32) en Krol (29) beleefden puur cijfermatig bekeken niet de beste wintermaanden van hun carrière, ze timmerden de verzamelde concurrentie wel kinderlijk eenvoudig van het ijs met hun rake klappen op het enige moment dat telde. Hoe hard knapen als Joey Mantia, Zhongyan Ning, Connor Howe en Takuro Oda eerder in de World Cups hun rondjes ook reden, ze maakten er op het door corona sfeerloze olympisch feest een ware knoeiboel van. Voor de net genoemde namen werd de schaatsmijl een pannenkoeken-partijtje waar ze genoegen moesten nemen met de opgewarmde exemplaren.

En zo was in een handomdraai de hiërarchie op de schaatsmijl weer in ere hersteld. Krol, Nuis, en dan de rest, of de twee Nederlanders in omgekeerde volgorde. Beiden deden precies hetgeen waarvoor ze naar China waren gevlogen. Kneiterhard schaatsen, mooie tijden neerzetten en winnen wat er te winnen viel. Krol, de debutant, mocht zoals hij zelf zei drie minuten kennismaken met het gevoel dat een olympisch kampioen ervaart. Hij raasde in het tiende paar naar het eerste spaarzame hoogtepunt (1.43,55), dat tot zijn afgrijzen alweer gauw van ieders netvlies verdween door het smetteloze optreden van zijn ‘eeuwige’ rivaal Nuis (1.43,21). Een minivoorstelling van hoog niveau. Show gedaan. Zakelijk. Vakkundig. En vooral volgens plan.

De buit is binnen, zou je kunnen zeggen. | Foto : BSR Agency/Orange Pictures

Nou ja, niet in de ogen van Krol, al kon hij vrede hebben met de uitslag. “De grootste winst voor mij is niet de zilveren medaille, maar mijn tijd over de eerste duizend meter. Nooit ben ik sneller geweest, en die wetenschap neem ik mee naar volgende week wanneer we hier de 1000 meter mogen rijden. Zonder de winnaar van vandaag. Heel vervelend voor Kjeld, maar op het Olympisch Kwalificatie Toernooi schaatste hij niet hard genoeg. Vandaag had hij een superdag, zoals hij die vaker kent. Ik kon niet beter dan wat ik heb laten zien, dus moet ik me neerleggen bij deze uitslag. Ik heb jaren toegeleefd naar dit moment, meedoen aan de Spelen. Dat is fantastisch, maar tegelijk ook jammer. Het was mijn droom hier te schaatsen; het was evengoed de droom van mijn familie me te zien schaatsen. Dat is er niet bij. Het zij zo. Laten we blij zijn dat we kunnen rijden.”

Zijn hele verhaal was doorspekt met vertrouwen. Deze nederlaag tegen Nuis deed natuurlijk zeer, maar het vooruitzicht van de volgende kans op goud houdt de spirit erin. Krol heeft gelijk: niemand reeg de topresultaten op de dubbele sprint makkelijker en overtuigender aaneen dan hij. Er bestaan geen wetmatigheden in de sport, maar het is volstrekt ongevaarlijk te veronderstellen dat Krols finest hour als schaatser aanbreekt voor het olympisch vuur in Beijing wordt gedoofd.

Spannend blijft het. Nuis is er in elk geval van verlost. Hij greep de voor hem enige mogelijkheid aan en kon zo een lange periode van kommer en kwel van fysieke aard, qua uitslagen en pechgevalletjes (corona, ontstoken hartzakje, valpartij op de training etc.) weergaloos besluiten. “Ik had een perfect voorbeeld in Ireen”, zo begon hij met hetzelfde enthousiasme aan interview 45 toen alle rechtenhouders en cameraploegen zijn steevast ronkende teksten hadden opgezogen. “Trouwens, ook wat ze me maandag zei na een vervelende, laatste training, deed me goed. ‘Hé gozer, wat maak je je nou druk? Je rijdt zo goed. Hup, armpjes op de rug en beuken maar’. Dan denk je misschien: wat stellen die woorden nou voor. Maar ja, ze komen wel uit de mond van Ireen Wüst, hè. Dat is wat anders dan wanneer een willekeurig iemand dat vertelt. Ik had er in elk geval wat aan, net zoals aan de ongelooflijke sfeer die onze ploeg kenmerkt…”

Nuis maakte zelf het bruggetje naar de ietwat merkwaardige sprint die hij inzette toen de slotrit wederom tot krabbelaarsscores hadden geleid en er goud op hem wachtte. Hij sprong op van de veiligheidskussens naast de baan waarop hij zittend in zijn eentje de ontknoping had afgewacht en stak het ijs over, zijn vuist gebald opstekend naar de mensen hoog boven hem. “Ik moest het effe vieren met de ploeg. Michelle (de Jong), Ireen, Hein (Otterspeer) en Femke (Kok) zaten op de tribune, die wilde ik bedanken voor de steun. Reggeborgh is zo’n fijn team. En we leveren hè: twee dagen, twee keer goud!”

Kijk voor het laatste nieuws, de uitslagen, de meeschrijflijsten en de programma's van de Olympische Spelen hier


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan