Tickets
Shop
Nieuws 02 dec 2022

Annie Sarrat: de analyserende ogen van TeamNL

Ze is klein, maar fijn, en vooral goed. Of beter, een kei als shorttrackcoach. Laat Annie Sarrat (44) maar schuiven in de staf die Nederlands beste rijd(st)ers omringt en nóg beter maakt dan ze al zijn. De Canadese kent na 28 jaar in het vak het klappen van de zweep wel…, en ook de concurrentie!

Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Tien medailles lagen er op een rijtje te blinken, na afloop van de eerste twee World Cups van deze winter. “Ik denk dat we de komende weekends in Almaty (9-11 en 16-18 december, red.) dezelfde oogst kunnen halen, en dan bedoel ik het aantal prijzen. We deden het individueel heel goed in Montréal en Salt Lake City, maar in de relays zaten onze zwakke plekken. Daar hebben we de voorbije periode dan ook veel naar gekeken en aan gewerkt. Tien in Kazachstan, het is te doen, mits we op de aflossing ook scoren…”

Best gedurfd, zo’n voorspelling, wetend dat in een sport als shorttrack geen enkele medaille zomaar van het ijs kan worden geraapt. Annie Sarrat, pas sinds deze zomer toegevoegd als assistent-coach van de Nationale Shorttrack Selectie (NTS) maar nu al door iedereen op handen gedragen, zou de uitspraak nooit hebben gedaan om met wat bravoure te strooien. Als ze zoiets zegt, is er eerst een gedegen analyse gemaakt van de krachtsverhoudingen, van mogelijk- en onmogelijkheden. Want dat is een van de dingen waar de moeder van twee zonen in uitblinkt: het ontleden van shorttrackers.

Feest in Noord-Amerika, na de verrassende wereldbekerzege voor Jens van 't Wout. Annie kan haar geluk niet op. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Eindeloos video’s terugkijken, trainingen volgen, acties zien. “Ik sta langs de baan veel op mijn laptop te tikken. Alles wat ik opmerk, noteer ik. Ik analyseer veel, en niet alleen onze eigen rijders. Het is zo belangrijk te weten wat de concurrentie kan. Wat is hun kracht en wat zijn de zwakke punten, die wij weer moeten benutten. Ja, het is ook veel avond- en nachtwerk op dit gebied, wanneer ik me op de videobeelden stort”, vertelt de in Laval (voorstad van Montréal) geboren en opgegroeide Sarrat.

Ze haalt een mooi voorbeeld aan. “Ik ben veel bezig geweest met de Korean trap (valkuil, red.)”, zegt ze, inzoomend op de tactiek van de Koreaanse vrouwen onder aanvoering van de grote ster Choi Minjeong. “We weten hoe ze racet, dat ze zich achterin ophoudt en tegen het einde naar voren schiet. Ondertussen bepaalt een landgenote van haar het tempo op kop, afhankelijk waar Choi zit. Tijdens de World Cup in Salt Lake City heb ik er veel over gesproken met Suzanne (Schulting, red.). Op voorhand kunnen zeggen wat er zou gebeuren, zodat ze ervan op de hoogte was, want ze reed veel tegen twee of soms drie Koreaanse meiden tegelijk in een race. Het hielp haar, ze wist wist wat haar stond te doen.” Het resulteerde in een fantastische overwinning.

Veel praten met de atleten is een belangrijk bestanddeel in de coaching van Annie. Hier in gesprek met Xandra Velzeboer. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Sarrat weet dat het steeds momentopnames zijn. Dat de scene van shorttrack voortdurend in ontwikkeling is en blijft. Neem een post-olympisch seizoen als dit, wat zij een grote uitdaging noemt. “Nationale ploegen wisselen enorm van samenstelling. Er stoppen oudgedienden, er sluiten nieuwe rijders aan. Bij de Chinezen is dat goed zichtbaar: er waren in de eerste World Cups slechts drie atleten die meededen aan de wereldbeker van vorig jaar. De rest is vervangen, tien in het huidige team schaatsten nooit een World Cup, dus heb ik nog geen data. ik ben daarom ontelbaar vaak de video’s van de wedstrijden in Noord-Amerika terug gaan kijken, zodat ik voor Almaty de meeste data op orde heb.”

Beijing werd een olympische hel, en dat als debuut
De afgelopen twee seizoenen waren niet de leukste voor Annie Sarrat. De Canadese werd, als bewezen expert in het opleiden en door-ontwikkelen van talenten, door de Franse bond in 2020 binnengehaald om bondscoach te worden, maar nooit kreeg ze het gevoel dat ze een belangrijke schakel was binnen de organisatie. Sterker nog, nu durft ze te stellen dat er een spelletje is gespeeld met haar.

“Ik was ingehuurd om de olympische ploeg te leiden in Beijing. Het rare was echter dat ik geen direct contact mocht hebben met de technisch directeur, dat ik geen nieuws hoorde of via emails op de hoogte werd gehouden. Alles liep via mijn assistent. Maandenlang heb ik moeten werken zonder dat er een contract was. Ik verbleef dus eigenlijk illegaal in Frankrijk. Dat zorgde voor veel frustratie en irritatie. Plus: het kostte me veel energie die ik liever in mijn atleten had willen steken. Het was een zware, heel zware tijd”, biecht ze op. “Al was ik er wel in geslaagd de nationale selectie naar een hoog niveau te brengen, gereed voor de Winterspelen van Beijing
.

Annie Sarrat doceert, Friso Emons luistert. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB


Het eind van haar ‘avontuur’ draaide evenwel uit op een regelrechte nachtmerrie. “Drie weken voor vertrek kreeg ik te horen dat de materiaalman niet mee mocht. Weet tien dagen later werd me verteld dat er voor mij geen plaats was in het atletendorp, maar wel voor mijn  assistent-coach. Het team was helemaal van slag, want wat moesten ze nu? Het werd nóg erder. Toen we op het vliegveld van Beijing arriveerden, testte ik positief op corona, net als Sébastian Lepape, de routinier in de ploeg. Vervolgens heb ik twintig van de 26 dagen dat ik in China was, in isolatie gezeten. Het was verschrikkelijk de eerste dagen. Normaal zou je binnen twee uur naar een coronahotel worden overgebracht. Bij mij duurde het twaalf uur waarin ik geen eten kreeg.”

De dagen erna bleef de verzorging onvoldoende. Met twee keer eten per dag en hooguit vijfhonderd milliliter water moest ze zich redden. “Ik heb huilend de teammanager van de Franse ploeg gebeld om m’n beklag te doen. Na vijf dagen was ik anderhalve dag vrij, toen werd ik opnieuw opgesloten. Dat patroon herhaalde zich naderhand. Het toernooi van de shorttrackers werd een mislukking. In de tussentijd had ik al besloten dat ik wat anders zou gaan doen. Er kwamen al twee aanbiedingen in november, maar die hield ik toen nog af, omdat ik ergens nog een idee had dat de situatie zou verbeteren. Dat bleek niet het geval naarmate de Spelen dichterbij kwamen. Nederland deed me tenslotte ook een heel goed aanbod, en ik kan zeggen dat ik heel gelukkig ben dat ik nu hier zit. Hopelijk krijg ik een nieuwe, betere kans om de Winterspelen mee te maken.”

Een ander gegeven wat de materie complexer maakt is de drang van de shorttrackers hun tactisch arsenaal uit te breiden. “Dat typeert met name de grootsten in de sport, ze willen kunnen variëren in hun strijdwijze. Bij de broers Liu is het bekend welke opzet ze hebben als ze de race achter in the pack (het pelotonnetje op het ijs, red.) beginnen. Dat verandert niet elk jaar, omdat ze er een vast patroon op nahouden. Zij zijn goed, maar niet zo verrassend.
Er zijn ook landen die juist heel hard inzetten op variatie. Korea probeert het meer en meer, en China idem dito. Tot corona kwam, reden ze de Chinezen altijd hetzelfde. Nu komen ze van achteruit, rijden ze in the pack of zelfs vooraan. Je weet niet precies hoe ze het zullen benaderen, want ze zijn onvoorspelbaarder geworden.”

Overleg met Suzanne Schulting. | Foto : Dennis Kruijswijk -KNSB

Nederland zelf ook, uiteraard. Lachend: “Wie in het buitenland kende Teun Boer, of Kay Huisman? De rest heeft hen nooit eerder zien rijden. Teun kwam naar Montréal en won meteen zijn eerste medaille. De eerste twee World Cups waren een goede wake-up call voor de tegenstanders, al zaten wij toen natuurlijk ook nog niet aan onze piek. Er is veel gewijzigd in het team, met een bijna compleet nieuwe staf, dat vraagt tijd om aan te passen, om te analyseren. Weet je, het is pas een nieuwe start voor ons. Wij worden nog veel beter!”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan