Tickets
Shop
Nieuws 06 okt 2021

Maurizio Margaglio: Italiaans ijsdans-temperament tussen de koele Finse kikkers

Ze zullen nog moeten trainen als spoorarbeiders die het eindpunt van de rails niet zien aan de horizon. IJsdansen is bijna marathonschaatsen: je moet een onmogelijk lange adem hebben om succesvol te zijn. Hun coach Maurizio Margaglio hoopt dat Chelsea Verhaegh en Sherim van Geffen volhouden. “Zij kunnen zorgen dat de toekomst van deze discipline er beter zal uitzien in Nederland”, meent de Italiaan die in 2002 brons veroverde op de Winterspelen en met zijn partner Barbara Fusar Poli de beste van Europa en de wereld werd in 2001.

Foto : Martin de Jong

Vijf of zes jaar slijpen, schaven, proberen en durven gaan er wel aan vooraf, wil een ijsdanskoppel internationaal doorbreken en scores laten noteren die medaillewaardig zijn. “Het zou geweldig zijn als Chelsea en Sherim dat niveau ooit bereiken”, zegt de nog een maand 46-jarige coach tijdens een bliksembezoek aan Nederland. Op doorreis uit Zuid-Duitsland, waar hij verschillende duo’s begeleidde bij de Nebelhorn Trophy, is de vermaarde ijsartiest van weleer (1991-2006) ‘even’ langsgewipt in Thialf voor een korte workshop met Hollandse talenten. ’s Morgens theorie bijspijkeren, na de lunch het ijs op om tips & tricks te leren : het is een buitenkansje voor het groepje meisjes dat een drie dagen durend programma krijgt aangeboden. Nog voor het donker is, zal Margaglio alweer onderweg zijn naar zijn thuisbasis Helsinki.

In de Finse hoofdstad werkt hij al tien jaar als de man die ijsdansen serieus wortel laat schieten. Net als in de huidige Nederlandse situatie was deze sport een allesbehalve populaire discipline aan de overkant van de Finse Golf. De voorzitter van de Finse bond, voormalig ijsdanseres Susanna Rahkamo, kwam in contact met Margaglio en wist hem over te halen zijn coachwerkzaamheden voort te zetten in Scandinavië. Met een gezelschap van zeven paren uit vijf verschillende Europese landen – onder wie Verhaegh en Van Geffen – geldt hij intussen als een gerenommeerd bolwerk in de wereld van het kunstrijden.

Toppers zijn de Finse Juulia Turkkila en haar partner Matthias Versluis (Nederlandse vader) die net als Verhaegh en Van Geffen zaterdag en zondag meedoen aan de Finlandia Trophy in het nabijgelegen Espoo. “Dat wordt nog wat”, voorspelt de Milanees eerlijk, doelend op de Oranje-klanten. “De Nebelhorn Trophy was al van behoorlijk niveau, hier zijn sommige van de beste Europese teams van de partij. Maakt niet uit”, zo stapt hij onmiddellijk heen over de vraag wat we mogen verwachten. “Het is belangrijker dat ze erbij zijn, omdat we steeds moeten laten zien dat Nederland ook bestaat in het ijsdansen. Deelnemen betekent anderen inspireren.”

Maurizio Margaglio toont zijn nog altijd aanwezige skills aan de Nederlandse talenten. | Foto : Martin de Jong

Wat de uitslag ook zal zijn, 21-jarige Chelsea en de acht jaar oudere Sherim kennen hun plek in het veld. Ze beseffen al even dat het pad naar de top niet ‘lijnrecht’ is zoals Margaglio hen blijft voorhouden. De twee leren snel. “Ik maakte een jaar of twee geleden kennis tijdens een seminar”, vertelt hij. “Ze waren nieuw, kwamen allebei uit het individuele kunstrijden en ze leken wel aliens op deze planeet, zich afvragend waarin ze waren beland.” De begeleidende lach zwakt wat af, terwijl hij verdergaat. “Volstrekt logisch, want wat konden ze weten van de discipline? Nederland had en heeft (nog) geen topcoaches of rijders; het laatste koppel dat meedeed aan WK’s, was volledig Canadees. Volgens mij zijn ze (Marianne van Bommel en Wayne Deweyert, red.) niet eens ooit op Schiphol geland.”

De aliens uit Nijmegen en Arnhem werden met hun neus op de feiten gedrukt. “Chelsea en Sherin hadden het geluk dat het niveau van het seminar enorm hoog was. Ze vonden het prachtig dacht ik, maar het duurde even voordat ze zich realiseerden hoeveel tijd, energie en werk erin zou gaan zitten om op het punt te komen waar de teams van dat seminar zaten. Het is te vergelijken met elke andere topsport. Je zit in het publiek en je ziet hoe de toppers het doen. Dat ziet er vanaf de tribunes simpel uit, zo natuurlijk hoe die paren over het ijs gingen, zo soepel. En dan denk je automatisch: dat wil ik ook. Totdat je het zelf probeert en merkt dat het helemaal niet lukt, omdat het talent vraagt en nog meer tijd en werk.”

Topoverleg: Maurizio Margaglio (r) in gesprek met de Spaanse topper van weleer, Javier Fernandez. | Foto : Martin de Jong

“In het geval van Chelsea en Sherim is er de voorbije jaren natuurlijk het een en ander gewijzigd – de Covid-periode buiten beschouwing gelaten want toen was het nauwelijks mogelijk te trainen. Ze begrijpen inmiddels veel beter wat de eisen zijn om mee te draaien in het internationale veld”, aldus Margaglio, die nog eens hamert op het belang van doorzettingsvermogen. “Zij kunnen meer jonge schaatsers aanzetten om ijsdansen te proberen. Dat vertel ik hun en de bond. Wees niet bang, zeg ik tegen de KNSB, laat de schaatsers meedoen zodat ze een voorbeeld zijn voor anderen. Ik ben ervan overtuigd dat er dan jonge rijders en rijdsters zullen opstaan, coaches aangemoedigd zullen worden en geïnteresseerd raken.”

De winst schuilt in een andere perceptie, doordat het ijsdansen wat minder in het hoekje zit. Margaglio opnieuw: “Individuele kunstrijders dachten drie jaar geleden misschien: ‘Ik kan geen meervoudige sprongen maken, ik stop er maar mee want zo kom ik toch niet verder’. Nu kunnen ze op het idee komen te gaan switchen naar ijsdansen. Zo is het ook gegaan in Finland. Daar reed tijdens de training iedereendoor elkaar heen op de baan, van kinderen tot volwassenen. Ik wist dat het zo nooit zou werken als het tot topsport zou moeten leiden. Ja, voor een schaatsschool was het prima, maar niet om het hoogste niveau aan te tikken. Onder die omstandigheden ben ik begonnen. Een paar jaar later konden er paren meedoen aan wedstrijden, en niet lang erna lukte het sommigen de finales te bereiken.”

Vertaald naar Verhaegh en Van Geffen? “Ze doen mee, hopelijk kruipen ze steeds dichter naar het moment dat ze doordringen tot de eindstrijd. Deze sport vraagt volwassenheid, techniek, precisie en repetitie…., ja, ook toewijding, Dit leer je niet in een paar weken. De top in het individuele kunstrijden kun je op je vijftiende halen, in ijsdansen begint het pas vanaf je 25e. Dat is een proces van jaren.”

Meer info over de Finlandia Trophy, waarbij ook Lindsay van Zundert actief zal zijn in het individuele programma voor vrouwen, en in het paarrijden het duo Niki Osipova/Dmitry Epstein, vind je hier

 


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan