Topsporters hebben over het algemeen een uitstekend geheugen. Wüst (35) kan wat dat betreft in de lange rij van heldere geesten aansluiten. Ze reed niet eerder zo rap als de 1.53,48 van vrijdag, in een rit tegen de uiteindelijke kampioene Antoinette de Jong (1.53,20). Terugzoekend in de archieven stuiten we op 1.53,30, een tijd die ze neerzette op de Olympic Oval van Calgary, een kleine twee weken later dan deze vrijdag (9 november 2013).

Natuurlijk, de Brabantse dook ook meer dan eens onder de grens van 1.53 (acht keer); niet een keer gebeurde dat in de contreien van oktober. En was dat het geval, dan deed ze dat op ’s werelds snelste baan in Salt Lake City (19 november 2013, 1.52,08).

Toen ze vrijdag via de trap onder de ijsbaan het middenterrein opstapte, schrok ze even van de toptijd die op dat moment op het scorebord viel af te lezen. Jutta Leerdam prijkte bovenaan met 1.53,64. “Zo, dacht ik, dat moeten wij dus ook doen. Dat het is gelukt, maakt me blij, maar het slaat eigenlijk nergens op. Kijk eens naar wat vrijwel iedereen heeft gereden: er is in de breedte ongelooflijk snel geschaatst. Als je aan redenen moet denken voor dit bijzondere beeld: eindelijk mocht er weer publiek zijn, iets dat voor mij heel zwaar telt. De omstandigheden waren uitstekend – de ijsmeesters hebben hun best gedaan, een dikke pluim voor die mensen – én we zitten aan het begin van een olympische winter. Maar”, zo herhaalde ze opnieuw, “wat een belachelijke tijden. Rijd je 1.53, pak je nog niet eens de titel. Want zo eerlijk moet ik zijn: Antoinette de Jong reed een geweldige wedstrijd.”

Die coryfee van de Jumbo-Visma formatie toonde zich minstens zo verrast door haar eigen prestatie. “Toen ik afgelopen seizoen bij de tweede World Cup in de bubbel 1.53,8 reed, was dat mijn beste tijd ooit in Thialf. Alleen, het probleem was dat het nog sneller moest. Op dit lekkere glij-ijs, waar je elke slag kon voelen hoe krachtig je kon afzetten, had ik gelukkig de rust om heel hard te schaatsen. Als je dan diep kunt blijven zitten, wordt het rammen op de goede manier.”