Wouter Olde Heuvel zat op dood spoor, dacht aan stoppen. Bij LottoNL-Jumbo hervond de 29-jarige schaatser het goede spoor richting de Spelen in 2018. En daarna? Dan wil hij met zijn Noorse vrouw en dochtertje vertrekken uit Nederland.

Met twintig schaatspakken in zijn bagage arriveerde Wouter Olde Heuvel zeven jaar geleden voor het eerst op het Noorse eiland Skjervøy. Dichtbij een van de meest noordelijke ijsbanen van Noorwegen is zijn vriendin Elin geboren en meteen na zijn eerste vakantie daar was het voor de Team LottoNL-schaatser al duidelijk dat hij zich ooit in Noorwegen zal vestigen. “Daar hebben Elin en ik het vaak over. Ik ben niet land gebonden en kan overal wel aarden. Als ik stop, ga ik verhuizen.”

Die twintig schaatspakken in zijn bagage hadden een duidelijk doel. “Het ging de laatste jaren steeds minder met de belangstelling voor het schaatsen en ik wilde graag helpen om daar wat aan te veranderen. Noorwegen was natuurlijk altijd het grote schaatsland naast Nederland, maar er komt daar steeds minder publiek merk ik als we er grote wedstrijden rijden. Ik wil graag helpen om daar het schaatsen weer populair te maken. Daarom heb ik bij Bert van der Tuuk die pakken laten maken. Die hangen nu in het clubhuis naast posters van grote schaatshelden.”

Wouter Olde Heuvel spreekt inmiddels goed Noors en voedt samen met zijn vrouw hun dochter van ruim één jaar tweetalig op. “Met Elin heb ik het vaak over verhuizen naar Noorwegen. Ik wil wel de Nederlandse nationaliteit houden, maar ik voel me daar altijd erg thuis. Alleen willen we wel in het zuiden van Noorwegen gaan wonen, daar is het klimaat wat milder."

"Verder is Elin voor mij naar Nederland gekomen en daarom vind ik het niet meer dan normaal dat we ooit samen teruggaan. Het lijkt mij leuk om in Noorwegen met de schaatsjeugd te gaan werken. Daarnaast ben ik ook goed bevriend met de huidige generatie toppers, met Håvard Bøkko en Sverre Lunde Pedersen. Als ik in Hamar ben, dan zoek ik ze altijd op.”

Sportcultuur

Tot en met de Olympische Winterspelen in het Zuid-Koreaanse Pyeongchang gaat Olde Heuvel in ieder geval door in Nederland. Daarna ligt voor hem alles open.

Het is niet alleen de liefde die Wouter Olde Heuvel naar Noorwegen trekt, maar ook de sportcultuur in het land van de fjorden. “Iedereen is daar met sport bezig. Als je bij ons klein bent, dan leer je fietsen. In Noorwegen gaan ze meteen op de latten: langlaufen en skiën. Dat is de cultuur daar.”

De overgang van de TVM schaatsploeg naar Team LottoNL-Jumbo is voor hem goed uitgepakt. In de geoliede machine van Jac Orie draaide hij een prima seizoen met podiumplaatsen in het wereldbekercircuit en een tweede plaats op de NK Allround, waar hij ook nog eens de 1500 meter won. 

“Ik ben samen met Sven Kramer en Douwe de Vries vorig jaar naar Jac Orie gegaan. Dat heeft perfect uitgepakt. Ik zat al een paar jaar op een dood spoor, ben lang geblesseerd geweest en het lukte maar niet om op niveau terug te komen. De ommekeer kwam afgelopen seizoen. Ik heb heel anders getraind. Meer in de zomer bijvoorbeeld. Daarom ging het zo goed in het begin van het seizoen in de World Cups. Helaas werd ik ziek en ging het seizoen als een nachtkaars uit.”

Olde Heuvel geeft in het gesprek in de lobby van het Chiemgauer Hof hotel in Inzell aan dat hij moeilijke jaren achter de rug heeft gehad. Sterker nog: hij dacht geregeld aan stoppen als er weer eens een blessure een seizoen verziekte. “Er waren gelukkig altijd weer mensen als krachttrainer Jim McCarty in de buurt om me duidelijk te maken dat stoppen geen optie was."

Redding

Uiteindelijk is de overgang naar Jac Orie voor Olde Heuvel de redding van zijn carrière geweest. “Jac is voor mij de ideale trainer. Hij doet me geloven dat ik meer kan dan wat ik laat zien. Ik sta er nu heel goed voor. Het schaatsen gaat goed, de eerste trainingswedstrijdjes gingen goed en dat hoop ik door te trekken. Kramer en Jorrit Bergsma zijn op de vijf en tien kilometer een klasse apart."

"Ik kijk niet zozeer naar de tien kilometer, maar wel naar de 1500 en 5000 meter. Ik moet gewoon een stap op de vijf kilometer zetten om de aansluiting te maken en voor een podiumplaats op EK en WK te kunnen gaan. Jongens als Sven en Jorrit rijden altijd tussen 6 minuut 10 en de 6.15 en daar zal ik ook moeten komen. Nu blijf ik vaak hangen op 6.17 of 6.18.”

Hij wil dus sowieso door tot de Spelen in 2018, maar Wouter Olde Heuvel geeft aan dat hij het als vader van een dochter van veertien maanden wel steeds moeilijker vindt om van huis te gaan. “Dat is wel een ding. Ik mis toch heel veel in de ontwikkeling van ons kind. Dan is van huis gaan steeds moeilijker. Gelukkig hebben we tegenwoordig Skype, dat is in ieder geval iets.”