Vraag Rutger ter Laak (31) naar de dag waarop zijn schaatscarrière abrupt in de pauzestand belandde, en de man uit Heino hoeft niet lang na te denken. ,,December 2008, op de dertiende om precies te zijn’’, klinkt het onmiddellijk. Die dag, op de Amsterdamse Jaap Edenbaan, ging het ineens en verschrikkelijk mis voor Ter Laak, die in de kussens belandde en zijn enkel brak. Maar uiteindelijk bleek dat niet de enige tegenslag voor de schaatser van de Vlasman-ploeg. In de maanden daarna ging het eveneens mis, maar dan op een andere manier.
Ter Laak werd direct na zijn val geopereerd in Amsterdam. Maar dat, bleek later, ging niet goed. ,,Bij de operatie is het bot niet goed gezet.’’ Daar kwam hij pas veel later achter, toen hij dacht weer aan zijn herstel te kunnen werken. Er volgde nog een operatie, bij een andere arts, in juni. ,,Dat is gelukkig wel goed gegaan en vanaf dat moment heb ik weer aan schaatsen kunnen denken. Er was me wel gezegd dat ik dat misschien nooit meer zou kunnen, maar gelukkig is dat niet uitgekomen.’’
In de afgelopen winter keerde Ter Laak terug op het ijs, maar nooit in de rol die hij voor ogen had, nooit in de vorm die hij etaleerde voor zijn val. Kon ook niet, zegt hij. ,,Ik had toch nog behoorlijk wat schroeven, moeren en plaatjes in mijn enkel. Daar had ik simpelweg te veel last van om echt heel lekker te kunnen schaatsen.’’ Bij de wedstrijden op buitenlands natuurijs hakte hij de knoop door. ,,Ik heb de specialist gebeld en gezegd dat ik zo snel mogelijk geopereerd wilde worden. Uiteindelijk is dat gebeurd op 23 maart. Al het ijzerwerk is eruit gegaan, en dat voelde echt als een bevrijding. Ik kon vrijwel meteen alles weer, alsof de handboeien van mijn polsen waren gehaald.’’
Ter Laak richtte onmiddellijk het vizier naar voren. Natuurlijk moest hij even rustig aandoen na de ingreep, en vroegen daarna andere zaken zijn aandacht. ,,Maar ik heb toevallig gisteren alweer een paar uurtjes op de fiets gezeten. Echt lekker.’’ Over zijn doelstelling laat Ter Laak geen twijfel. ,,Dat is voor mij heel duidelijk. Ik wil weer terug naar de vorm die ik had in de periode van mijn val. Ik voelde me toen zo goed, reed ook zó lekker. Ik weet dat ik dat kan, en dat wil ik weer terug. Daar ga ik deze zomer ook keihard aan werken. Ik heb al heel goed in mijn hoofd hoe ik de weg terug naar die topvorm moet realiseren.’’
Dat kan nu hij ook naast het schaatsen weer in rustiger vaarwater zit. Ter Laak betrok onlangs een nieuwe woning in Heino en wisselde ook van werkgever. Hij is nu werkzaam voor Hunter, de fabrikant van sportkleding. Daar wordt hij herenigd met Jeroen de Vries, een paar jaar geleden nog zijn ploeggenoot toen De Vries uitkwam voor Jorritsma Bouw en Ter Laak reed voor de opleidingsploeg Jorcom. ,,Het heeft altijd geklikt met Jeroen en het is erg leuk dat we nu kunnen samenwerken. Bovendien vind ik het geweldig ook in mijn werk bezig te kunnen zijn met sport en sporters.’’
Eigenlijk heeft Rutger ter Laak nu nog slechts één probleem, maar dat is wel van aanzienlijk formaat. Hij moet na het afhaken van Vlasman als sponsor op zoek naar een nieuwe ploeg. ,,En dat is in deze tijd zeker niet makkelijk. Ja, er zijn rijders zat die nog niet voorzien zijn. Maar er zijn bitter weinig nieuwe sponsors. Ik hoop echt dat het lukt, anders moet ik volgende winter maar de B-rijders gaan pesten.’’
Ter Laak is realistisch, stelt geen eisen of voorkeuren. ,,Ik wil gewoon weer heel hard werken voor een ander. Dat heb ik altijd gedaan en daar ben ik ook goed in. Ik hoop echt dat ik daar op het hoogste niveau de kans weer voor krijg.’’
Stoppen is hoe dan ook geen optie, daarin is Ter Laak duidelijk. ,,Nee, niet op deze manier. Niet door zo’n stomme val. Ze hebben in het afgelopen jaar al eens tegen me gezegd dat ik waarschijnlijk nooit meer zou schaatsen, maar dat is me ook gelukt. Dan pieker ik er niet over nu te stoppen. Er zit voldoende in mijn lijf, dat heb ik al eens bewezen, en dat wil ik graag weer doen.’’