"Haar prestaties zeggen niks over de schaatssport, maar meer over Pechstein zelf", zegt oud-schaatser Rintje Ritsma. "Ze bewijst dat als je gewoon fit blijft en blijft trainen tot je 42e, je wel door kan gaan met schaatsen op dit niveau. Zeker op de lange afstanden. Als je ouder wordt, wordt het lichaam toch wat strammer en daalt de explosiviteit, maar op de lange afstanden heb je daar niet zoveel last van."

"Mensen vergelijken het vaak met hun eigen lichaam", weet Ritsma, die gedurende zijn carrière zes olympische medailles veroverde (twee keer zilver, viermaal brons). "Die zeggen dan dat je fit blijft tot je dertigste, maar zij zitten met een zak chips en een pot bier op de bank. Dat moet je niet doen als je fit wilt blijven."

"Je kunt ook geen sabbatical nemen van een paar jaar en dan het weer oppakken, dat zie je aan Erben Wennemars. Het is ook gewoon een mentaal spelletje. Je moet het steeds maar weer opbrengen om te gaan trainen", aldus de Fries.

"Dat is ook de grote kracht van Pechstein, dat ze mentaal heel sterk is", ziet Ritsma, die kansen ziet voor Pechtstein op de Olympische Spelen. "Ze kan op de belangrijke momenten nog steeds ontzettend diep gaan. Daarom denk ik dat ze in Sotsji een goede kans maakt op goud op de drie en vijf kilometer."

Oud-schaatser en commentator Martin Hersman verwacht niet dat de prestaties van Pechstein op lange termijn uniek zijn. "Ik denk dat je het meer gaat zien, het is een trend dat sporters langer doorgaan. In 2006 was Bob de Jong nog de jongste, nu is hij de oudste. En niet alleen in het schaatsen gaat men langer door, ook in het wielrennen en in het turnen."

"De faciliteiten zijn beter geworden", ziet Hersman. "Vroeger verdiende je met schaatsen geen knaak, tegenwoordig is dat veel beter. Daardoor is de drempel om te stoppen en je te richten op een maatschappelijke carrière veel groter geworden."

"Het is ook moeilijk afscheid nemen van het leventje, daar raken sporters verslaafd aan", weet Hersman. "Ik zou zeggen: als je nog kan winnen, dan moet je gewoon door blijven gaan. En Pechstein kan nog steeds winnen, dat bewees ze laatst nog met haar winst op de drie kilometer in Calgary."

"Ik vind het onwijs knap wat ze presteert. Ze strijdt natuurlijk niet alleen voor de winst, maar ook tegen het CAS, dat haar eerder twee jaar geschorst heeft. Daarnaast vindt ze de sport nog hartstikke leuk. Ik denk dat ze nog best goud kan winnen in Sotsji, vooral nu Martina Sablikova geblesseerd is. Op de vijf kilometer geef ik Pechstein de meeste kans."

Ook Jochem Uytdehaage, in 2002 olympisch kampioen op de vijf en tien kilometer, heeft respect voor de manier waarop Pechstein haar sport beoefent. "Ik vind het vooral heel knap wat Pechstein presteert. Ze is er een paar jaar uit geweest, maar ik denk dat dat helemaal niet slecht voor haar is geweest. Ze heeft haar lichaam rust kunnen geven. Je hoeft ook niet heel hard te trainen om heel hard te kunnen schaatsen. Met de kennis van nu had ik langer door kunnen schaatsen."

"Je moet gewoon heel goed voor je lichaam zorgen en weten wat je nodig hebt. Als je gewoon goed kan schaatsen en je blijft fysiek goed, dan kun je heel lang doorgaan. Dat bewijst niet alleen Pechstein, maar ook bijvoorbeeld Bob de Jong. En Rintje Ritsma is ook heel lang doorgegaan."

Toch ziet Uytdehaage weinig ontwikkeling bij Pechstein. "Je moet ook kijken naar de tijden die nu gereden worden. De records bij de vrouwen op de lange afstanden staan al een heel lange tijd. Dan kun je je afvragen of Pechstein nog steeds zo goed is, of dat de rest niet dichter in de buurt is gekomen. Ze wint nog wel, maar is niet harder gaan schaatsen. Haar persoonlijk record op de drie kilometer staat al zeven jaar, dat van de vijf kilometer zelfs elf jaar."

"Als Pechstein in het voorseizoen kan winnen, dan kan ze dat ook in Sotsji", blikt Uytdehaage vooruit op de Spelen. "Alleen weet ik niet of zij al aan haar top zit en hoe haar concurrenten ervoor staan. Misschien groeien zij nog wel. Maar dat ze meedoet om de prijzen is zeker."