De Amerikaanse schaatsers konden zich geen moment mengen in de strijd. Bij de heren wisten talenten als Trevor Marsicano (zwaar overtraind) en Brian Hansen (blessure) zich niet eens te plaatsen. En omdat Shani Davis het allrounden heeft afgezworen, moest Jonathan Kuck het in z’n eentje doen. Maar ook hij lijkt in zijn ontwikkeling stil te staan. Bij de dames geldt hetzelfde voor Jilleanne Rookard en Maria Lamb. De laatste werd roemloos laatste.
Hoe anders was dat veertien jaar geleden, toen Kirstin Holum tijdens de Olympische Spelen in Nagano zesde en zevende werd op respectievelijk de 3000 en 5000 meter. Met haar zeventien lentes werd ze door de Amerikaanse media bestempeld als een wonderkind, voor wie in de 21ste eeuw een grote schaatstoekomst in het verschiet lag.
Kon ook haast niet anders met een moeder – Diane Holum – die in 1972 zelf olympisch schaatsgoud veroverde en acht jaar later als coach Eric Heiden in Lake Placid naar eeuwige roem liet schaatsen. De Golden Wonder Boy won alle schaatsafstanden.
Ondanks haar liefde voor de schaatssport bleek een andere roeping groter voor Kirstin Holum. Twee jaar eerder had moeder Diane, een fervent katholiek, al een bedevaart van haar dochter naar het Maria-heiligdom in Fatima, Portugal, betaald. "Die roeping was zo sterk, dat het na Nagano tijd was een ander pad in het leven op te gaan", zei Kirstin Holum, alias zuster Catherine, jaren later.
In plaats van voortzetting van haar veelbelovende schaatscarrière sloot de jonge Holum zich aan bij de Zusters Franciscanessen van de Vernieuwing, een orde opgericht in New York in 1988, een geloof waarvan de missie is om te werken met de armen en daklozen en evangelisatie.
Als zuster Catherine ging ze samen met haar collega-nonnen in New York de straten van de Bronx op om te werken met de meest kansarme kinderen van de Big Apple. Werkzaamheden en opofferingen die Holum een diepgeworteld gevoel van voldoening gaven. Voldoening die schaatsen haar nooit had geboden.
In het najaar van 2009 werd zuster Catherine samen met drie andere zusters naar Leeds in Engeland gestuurd, om daar te werken met de armen, de jeugd en om te evangeliseren. In de stilte van klooster St. Joseph’s kleedt Holum zich dagelijks in een grijs habijt. Ze draagt een zwarte sluier over haar hoofd. Om haar middel een koord met daarin drie knopen, de evangelische raden van armoede, kuishuid en gehoorzaamheid. Televisie, internet en andere luxe, dat hebben de Franciscaanse nonnen niet.
“Natuurlijk had ik door kunnen gaan met schaatsen”, laat zuster Catherine weten, “maar ik ben zo dankbaar dat de Heer me leidde naar de plek waar ik nu ben. Ik heb ook nooit spijt gehad van mijn besluit.”
Als ze jeugd toespreekt, maakt Holum er geen geheim van dat ze ooit als schaatsster meedeed aan de Winterspelen. Meestal levert dat verwonderde reacties op. “Maar ze zien dan dat er een echt persoon voor hen staan en niet alleen een non. En dat iedereen een religieuze roeping kan volgen, welke achtergrond of welk leven je ook leidt.”
Volgt ze het schaatsen nog wel eens? “Ik lees er over”, zegt ze. “Vooral in de jaren als er Winterspelen zijn.”
De schaatsbestuurders in de VS zullen nog wel eens met pijn in het hart terugdenken dat hun wonderkind op schaatsen besloot non te worden.
Huub Snoep is hoofdredacteur van schaatsen.nl