Laurine, hoe gaat het met je?
“Hartstikke goed. Na achttien jaar topsport ben ik vorig jaar definitief gestopt. In november 2023 ben ik bevallen van een zoontje, Zen. Ik heb nog geprobeerd om terug te keren, maar je moet er toch weer heel veel voor opofferen. Ik vind het gaaf dat steeds meer vrouwen moederschap en topsport combineren. Maar voor mij werkte het niet, ik wilde liever meer thuis zijn, tijd maken voor mijn zoontje en niet meer constant rekening houden met topsport. Ik werk drie dagen per week bij het belastingadviesbureau en dat bevalt prima.”

Hoe blik je terug op je sportloopbaan?
“In achttien jaar heb ik twee mooie carrières gehad: eerst het schaatsen, daarna het baanwielrennen. Schaatsen was mijn jeugdliefde. Hoogtepunt in die sport was mijn bronzen olympische medaille in Vancouver. Bij het wielrennen moest ik alles weer opnieuw ontdekken. Het was gaaf om in twee takken van sport een World Cup-wedstrijd te winnen en heel bijzonder om als wielrenner het keirin-circuit in Japan mee te mogen maken. Ik heb twee keer meegedaan aan de Winterspelen en twee keer aan de Zomerspelen, dat was prachtig. Ik wist dat Tokio vermoedelijk mijn laatste olympische deelname zou worden, want wij (met haar vriend, wielrenner Matthijs Büchli, red.) wilden daarna graag een kindje.”

Het hoogtepunt op ijs: olympisch brons, wat ze hier viert met de zilveren Annette Gerritsen. | Foto: Soenar Chamid

Het leek abrupt voorbij te zijn na je ernstige val op de Spelen in Tokio. Is dat goed gekomen?
“Zeker. Het was heftig, wist ik meteen toen ik bijkwam in het ziekenhuis in Tokio. Het jaar na de Spelen heb ik alles op alles gezet om weer terug te komen. Dat is gelukt, ik heb dat jaar nog goed gepresteerd. Daarna werd ik gelukkig zwanger. Ik was blij dat ik mijn loopbaan niet hoefde af te sluiten met die val, maar het belangrijkst is natuurlijk dat ik er geen blijvende schade aan heb overgehouden.”

Heb je je draai gevonden na de topsport?
“Ik ben het nieuwe leven nog aan het uitvinden, heb best even moeten zoeken naar wat nou precies wilde. Ik heb fiscaal recht gestudeerd en een master in International Sports Law gedaan. Ik heb gekozen voor een baan in het fiscaal recht, maar wel bij een bureau dat veel in de sportwereld doet. Een mooie combinatie, waardoor ik ook binding houd met de sport, waar mijn liefde ligt.”

Van schaatsster naar baanwielrenster en inmiddels fiscaal adviseur. | Foto: Sander Chamid

Met welke onderwerpen ga je mee aan de slag?
“Sport is al langere tijd onderdeel van onze werkzaamheden op kantoor en in de voetbalwereld zijn we heel actief. Als ‘tax junior’ krijg ik de kans om onze werkzaamheden in de sport verder uit te breiden. We kijken naar wat we tegenkomen in onze praktijk en daar schrijf ik ook columns over. In mijn eerste column op SportknowhowXL ga ik in op zzp’ers in de sport en schijnzelfstandigheid. Belangrijk, niet alleen voor maaltijdbezorgers of taxichauffeurs, maar ook voor sportverenigingen, sportbonden en mensen die zij bijvoorbeeld inhuren als trainer, coach of fysio.”

De praktijk blijkt best ingewikkeld. Wie daar meer over wil weten, verwijzen we naar je column. Wat is je belangrijkste advies?
“Dat klopt, je hebt een groot grijs gebied. De Belastingdienst toetst holistisch of sprake is van een dienstverband of werk als zelfstandig ondernemer. Maar dat kan echt van geval tot geval verschillen. Mijn belangrijkste boodschap is dan ook: loop je afspraken goed na, doe een toets en laat je eventueel adviseren. Maar zorg vooral dat je het goed geregeld hebt als je een zelfstandige inhuurt, anders loop je vooral als sportvereniging of -bond een flink financieel risico. Als de Belastingdienst concludeert dat sprake is van een verkapt dienstverband, kan dat grote financiële gevolgen hebben.”