Otter doelt daarmee naast de verschillende verrassende prestaties vooral ook op het WK in eigen land. Hij maakte dat al drie keer eerder mee: in 1985 en 1990 als shorttracker en in 1996 als trainer van de Amerikaanse ploeg, en nu dus als hoofd van de Nederlandse delegatie. “De stappen die de wedstrijdorganisatie heeft gemaakt zijn grandioos, ze hebben er een echte show van gemaakt. Als schaatsliefhebber vond ik het prachtig om te zien dat er zoveel verschillende winnaars waren, maar als coach zie ik toch liever alle medailles naar mijn eigen schaatsers gaan.”

 In totaal werden dat er 'maar' vier: op de 500 meter ging Sjinkie Knegt er met de wereldtitel vandoor en hij pakte ook zilver in het overall klassement. Suzanne Schulting veroverde het brons op de 1000 meter en de herenploeg sloot het WK af met goud op de relay. De Nederlandse ploeg kreeg echter ook wat teleurstellingen te verwerken, met de vrouwenaflossing als dieptepunt. Waar de oranjetrein topfavoriet was, zagen zij hun droom na een val van Jorien ter Mors uiteen spatten.

Altijd voor goud
“We gaan altijd voor goud”, legt Otter uit. “Suzanne zou de race afsluiten, dus Jorien moest haar op de ideale positie afduwen. Dan kan Suzanne daarna twee rondes lang blokken." Die ideale positie bevindt zich helemaal vooraan, terwijl Ter Mors zich tijdens haar beurt nog achter een Chinese collega bevond. Een inhaalpoging volgde daarom, maar daarbij gleed ze onderuit.

“Risico’s horen erbij. Het is natuurlijk sneu, maar dat is onze sport”, relativeert hij. “Als we voor zilver hadden gereden was dit misschien niet gebeurd, en misschien waren we daar voor nu ook wel heel blij mee geweest. Maar dan denk je morgen; waarom zijn we er niet langsgegaan terwijl het wel kon.”

“Succes en falen liggen dicht bij elkaar”, vervolgt Otter, die de teleurstelling over de damesfinale snel naast zich neer moest leggen. De mannen kwamen direct daarna namelijk het ijs op voor hun medaillestrijd. “Mijn energie was helemaal verdwenen, maar het is oneerlijk om bij de mannen met een saai gezicht te gaan staan. Dat kan ik niet maken, want in deze setting gaan ze misschien nooit meer rijden.”

Foto: Tim Buitenhuis

 
Kroonjuweel
De heren toverden gelukkig weer een lach op het gezicht van hun coach; Knegt snelde na een prachtige strijd met ruime voorsprong op de finishlijn af en zette al halverwege de laatste ronde zijn gejuich in. Op de beeldschermen langs de baan had hij namelijk zelf ook kunnen zien hoever de nummer twee achterlag. “Er zit wel een vertraging van zo’n twee seconden in die beelden, dus daar moeten ze wel een beetje mee oppassen”, lacht Otter. “Maar dit is natuurlijk prachtig, de relay is het kroonjuweel van deze dag.”

Natuurlijk bleven er tijdens het toernooi in Rotterdam ook kansen liggen en werd de zo begeerde overall wereldtitel niet gewonnen. “Natuurlijk zijn er dingen misgegaan, maar als je daarop blijft focussen heb je wel een heel slecht leven”, grapt Otter. “Je verliest sowieso meer dan je wint, dus je kunt maar beter je zegeningen tellen.” Een cijfer voor dit toernooi? “Drie van mijn vier doelstellingen zijn behaald, dus een 7,5! Van mij krijgt iedereen twee thumbs up!”