Voordat in de winter van 2014/2015 het tijdperk Niki Wories aanbrak, was Manouk Gijsman (28) in 2010 de laatste Nederlandse kunstschaatsster die op het WK uitkwam. Zij nam op haar beurt vijf jaar na het laatste WK van Karen Venhuizen deel aan de mondiale titelstrijd. "Zo, is het alweer elf jaar geleden", zegt Gijsman lachend aan de telefoon. "Ik kan mij niet alles meer herinneren, maar ik weet nog wel hoe de ijsbaan in Turijn eruit zag en hoe de wedstrijd verliep. Het was hartstikke gaaf dat ik op het WK stond." In 2009, 2010 en 2012 nam de Zuid-Hollandse deel aan het EK en ze stond drie keer op het WK Junioren. "Ik zag de schaatsers uit andere landen vaker op wedstrijden, maar om iedereen bij elkaar te hebben op het WK was wel bijzonder."

Een jaar eerder was Gijsman – in haar ogen onterecht – niet naar het WK gestuurd. "Daar was ik best wel boos over, want ik weet zeker dat ik mij dan had gekwalificeerd voor de Olympische Spelen." Van een concurrentiestrijd onder de Nederlandse kunstrijdsters, zoals nu, was op dat moment geen sprake. Gijsman was de enige die op WK-niveau zat. "Maar het was wel een strijd met mezelf, want ik vond het best moeilijk om onder druk te presteren", vertelt ze. "Ik was altijd zenuwachtig, bang dat ik het niet goed zou doen en mensen zou teleurstellen." Op het WK in Turijn haalde ze de finale en werd vierentwintigste in het klassement. "Mijn doel was om door te gaan naar de lange kür en dat lukte."

"Ik kijk de beelden af en toe nog wel terug. Soms komt het ter sprake dat ik vroeger aan kunstschaatsen deed en dan vragen mensen of ik een filmpje heb", vertelt Gijsman. "Op YouTube staat de video van mijn korte kür op het WK, die laat ik dan vaak zien. Dat was de beste korte kür uit mijn leven, dus dat vind ik wel leuk om terug te kijken. Wat mij het meeste is bijgebleven? Ik was al naar het EK geweest en had verschillende Grands Prix gedaan, dus wat dat betreft was het wel dezelfde sfeer. Maar wat ik gaaf vond, was dat er toeschouwers van over de hele wereld kwamen. Er is ook een paar keer om mijn handtekening gevraagd, dat is wel heel grappig om eens mee te maken. Het was een groot stadion waar ik schaatste, dat zal ik mij altijd herinneren."

Na Gijsman duurde het 'slechts' vijf jaar voordat opnieuw een Nederlandse kunstrijdster aan het WK deelnam. IJsdanspaar Marianne van Bommel en Wayne Deweyert moesten maar liefst 37 jaar wachten. Van 1981 tot en met 1984 stonden zij vier jaar op rij op de wereldkampioenschappen en zij krijgen met Chelsea Verhaegh (20) en Sherim van Geffen (27) een opvolger. Het ontstaan van dit nieuwe duo werd van dichtbij meegemaakt door Marie-Louise Gijtenbeek. Samen met haar broer Xander werd zij van 2000 tot en met 2006 Nederlands kampioen ijsdansen. Na hun carrière probeerde Marie-Louise, samen met toenmalige coach Peter Moormann, het ijsdansen weer nieuw leven in te blazen en daar kwam twee jaar geleden het koppel Verhaegh/Van Geffen uit voort. 

Verhaal vertellen
Marie-Louise en Xander waren solorijders en werden eind jaren '90 van de vorige eeuw door Moormann gevraagd om het ijsdansen te proberen. "Ik vind alle takken van het kunstschaatsen mooi, maar met ijsdansen zit je in een verhaal. Wij hebben een keer rock 'n' roll als kür gehad, dat is fantastisch om te doen", verklaart Marie-Louise haar enthousiasme voor de discipline. "Als je solo rijdt, kun je ook een verhaal vertellen", verduidelijkt Xander. "Maar het feit dat je ijsdansen samen doet, maakt het voor mij leuker dan solorijden." Aan ambitie was er geen gebrek, maar een EK of WK hebben ze nooit gereden. Internationale wedstrijden en ook trainen in het buitenland deden ze wel veelvuldig. "Als we ergens trainden, hielpen andere paren ons als ze zagen dat iets niet liep", zegt Marie-Louise. "Op het moment dat je een wedstrijd rijdt, wil je zo goed mogelijk zijn en is niemand jouw vriend. Maar daarbuiten voelde het vertrouwd."

Door een knieblessure van Marie-Louise kwam er noodgedwongen een einde aan hun sportieve loopbaan. Maar het kunstrijden zeiden ze geen gedag. Beiden zijn trainers en ze werden gevraagd om zich te bekwamen als ISU-official. "Sterker nog: bij andere wedstrijden hielp ik al mee in het jurypanel, terwijl wij zelf ook nog wedstrijden reden", vertelt Xander. Door de komst van het nieuwe jurysysteem (van 6.0 naar het huidige IJS) waren er meer mensen nodig. Marie-Louise is technical specialist en roept tijdens een kür welk element moet worden uitgevoerd en de levels, vervolgens velt de jury een waardeoordeel. Xander is data operator, hij zorgt ervoor dat alles in het computersysteem komt en video's goed te zien zijn.

In 1995 werd er, net als dit seizoen, sportgeschiedenis geschreven, maar dan op het EK Kunstrijden. "Dat EK in Dortmund was toen heel bijzonder", herinnert Alcuin Schulten (48) zich nog. "Voor het eerst in de historie was Nederland op alle disciplines vertegenwoordigd." Marcus Deen (solo mannen), Monique van der Velden (solo vrouwen), Jeltje en Alcuin Schulten (paarrijden) en Anita Chaudharti en Hans 't Hart (ijsdansen) hielden de eer hoog. Vorig seizoen traden Daria Danilova (18) en Michel Tsiba (23) in de voetsporen van broer en zus Schulten en stond er na 24 jaar weer een paar op het EK. Nu zorgen Danilova en Tsiba zelf voor een unicum door als eerste Nederlandse paar op een WK te starten.

Studie
Voor Schulten voelt zijn kunstschaatscarrière als een eeuwigheid geleden. Maar het Europees kampioenschap van 1995 staat hem nog wel bij. "We gingen dus met een grote delegatie voor zo'n klein landje. Dat was erg leuk. Er waren zes schaatsers, vier trainers en een of twee Nederlandse juryleden. We hadden een grote tafel om aan te eten. De sfeer was erg goed, dat kan ik mij nog herinneren." Alcuin was als solorijder in 1990 zowel naar het EK als WK geweest en in 1992 nogmaals naar het EK uitgezonden. Zus Jeltje stond in 1989 op het EK. "Andere solorijders werden beter, maar het schaatsen was nog niet klaar met ons. We kwamen in aanraking met paarrijden in Amerika tijdens trainingsstages. Paarrijden was een heel leuke uitdaging."

"Voor ons niveau ging het EK best goed", vertelt Schulten. "Maar in het internationale veld deden we helemaal niet mee. Daar moet je ook niet over nadenken, gewoon lekker schaatsen." Met slechts zestien paren mocht iedereen door naar de lange kür. "We zijn trots laatste geworden", lacht hij. Op het EK in 1996 eindigde het paar als vijftiende van de zeventien. In diezelfde periode waren Alcuin en Jeltje ook druk met het afronden van hun studies Tandheelkunde en Geneeskunde. "Je neemt de sport uiteraard serieus, maar je bent ook bezig met je carrière. Het waren twee aparte levens." In de zomer van 1996 studeerde Alcuin af en vertrok hij naar Amerika om zich te specialiseren. "Daar heb ik van alles gedaan: professioneel geschaatst in shows, les gegeven op de universiteit en daar ook gewerkt als tandarts. Nederland was ver weg."

Opkomst
Van de opkomst van WK-ganger Lindsay van Zundert (16) heeft Gijsman niets meegekregen. Na haar schaatscarrière maakte de destijds 19-jarige Gijsman haar studie af en vier jaar geleden opende ze een koffie- en lunchzaak in Zeist. "Toen ik net gestopt was, deden er nog mensen mee die ik kende uit het internationale circuit. Maar er komen steeds meer nieuwe mensen bij en de elementen worden ook anders en moeilijker. Op een gegeven moment weet je niet meer wat iedereen moet kunnen en hoe alles zit met levels, passenseries en pirouettes", legt ze uit. "Wij sprongen wel drievoudig-dubbel, maar nu is het heel normaal om een triple-triple combinatie te doen. Er is veel veranderd, wat ook logisch is. Vijftig jaar geleden was het fantastisch als je een enkel Axel deed. In mijn tijd moest je een dubbel Axel kunnen en nu springen ze een triple Axel."

Ook Schulten volgt het kunstschaatsen allang niet meer. In 2002 keerde hij terug naar Nederland en ging de Rotterdammer aan de slag als orthodontist. Inmiddels heeft hij een eigen praktijk in zijn geboortestad. "Vorig jaar heb ik ook niets meegekregen van het feit dat er voor het eerst weer een Nederlandse paar op het EK stond", zegt Schulten. "Voor dit gesprek ben ik eens gaan kijken wie er nou schaatsen. Er zijn zelfs twee Nederlandse paren, dat is wel leuk." Rachel en Dmitry Epstein, uit Den Haag, kende Schulten nog wel van naam. Nu rijdt Dmitry met Nika Osipova. In de strijd om het WK-ticket moest het nieuwe paar hun meerdere erkennen in Danilova en Tsiba. "In onze tijd was er nog helemaal geen concurrentie. Ik wens het paar alle succes en hoop dat ze het goed doen."

Hoewel Marie-Louise en Xander Gijtenbeek niet in het technisch jurypanel zitten op het WK in Stockholm willen ze alsnog weinig kwijt over Verhaegh en Van Geffen. "Het is wel leuk als een paar uit jouw land ergens naartoe mag. Ik hoop dat ze er goed doorheen komen en een mooie ervaring opdoen", zegt Marie-Louise. Regerend wereldkampioen Gabriella Papadakis/Guillaume Cizeron is afwezig in Zweden. "Je weet nooit wat er gebeurt, maar het is niet de verwachting dat Chelsea en Sherim wereldkampioen gaan worden. Zij hebben mij wel positief verrast met hun snelle ontwikkeling, zeker in deze moeilijke tijd. Met ijsdansen, nog meer als in de andere disciplines, moet je vaker gezien worden voordat je verder kan komen." Xander vult aan: "Chelsea en Sherim zullen hier vooral veel van leren en dit meenemen om nog beter te worden."

De WK Kunstrijden in Stockholm beginnen op woensdag 24 maart vanaf 10.00 uur. Het programma, uitslagen en meer informatie vind je hier.