Het regende ontsnappogingen in Warmenhuizen, waar het kwik boven de 25 graden uitkwam. Het goedgevulde peloton was gretig, want veel rijders wisten dat ze kans maakten op de nationale titel. Maar op het rondje van 1700 meter lukte het geen enkele groep een serieuze voorsprong te pakken, omdat steeds de kleuren van meerdere ploegen voorin vertegenwoordigd waren.
Pas drie rondes voor het einde weekte een trio zich echt los van het peloton: de gebroeders De Boer en Evert Hoolwerf. Tjerk en Hylke hoopten weg te blijven en samen op het podium te eindigen, maar Hoolwerf werkte daar niet aan mee. “Ons plan vooraf was duidelijk: we wilden sprinten. Met Bart (Hoolwerf) en Jorian (ten Cate) hadden we twee van de snelsten van het peloton. Doordat ik meesprong met Tjerk en Hylke, hield ik de controle voorin”, legt Evert Hoolwerf de tactiek uit.
“Tjerk riep nog dat ik mee moest draaien, ik antwoordde dat het niet mocht omdat de hele ploeg op kop van het peloton zat”, vervolgt Hoolwerf. “Als ik zelf nog wat wilde, moest ik demarreren. Voor mijn ploeg was ik toch niet meer van waarde als we werden teruggepakt. Met de wind in mijn rug werd het nog een keer alles of niets.”
“Zonde dat het voor ons niet goed uitpakte”, vertelt Tjerk de Boer, die uiteindelijk als veertiende eindigde, voor broer Hylke (zeventiende). “Het werd spannend of we weg konden blijven. Het enige wat we konden doen was vol doorrijden. Helaas pakte het voor ons niet goed uit. Evert was zo goed. Hylke en ik zijn ook niet echte skeeleraars. Qua coördinatie en snelheid komen we tekort. Daarom kunnen we er ook niet te lang van balen.”
Achter hem remden zijn ploeggenoten het peloton iets af, waardoor de sprinters extra werk moesten verrichten om nog in de buurt te komen van Hoolwerf. Op de streep had de 30-jarige rijder slechts anderhalve seconde over. Net voldoende om zijn eerste skeelertitel te pakken bij de senioren. Na goud in 2013 en 2014 bij de junioren A was het zijn derde marathontitel in totaal.
Bovendien bewees Hoolwerf dat ook zonder wielen van fabrikant TLTF koersen gewonnen kunnen worden. “Het zit soms tussen de oren”, oordeelt hij. “Als je de wielen naast elkaar legt, kan er verschil inzitten, maar dat hangt ook van de rijder af. Mijn wielen zijn prima - zolang ze maar niet vierkant zijn”, voegt hij lachend toe.
Hoolwerf werd op het podium vergezeld door twee Haasjes. Christian werd derde, het zilver was voor Ronald. “Ja, jammer. Hier kwamen we niet voor”, vertelt Ronald. “We reden een goede koers, maar het was lastig tegen het sterke blok van Reggeborgh. Zij waren met z’n zessen, wij met drie. Vooral Christian en ik moesten veel werk verzetten. We hebben geen fouten gemaakt in de sprint en reden echt hard. Alleen Evert zat er nog voor. Chapeau voor hem, want hij hield het hoge tempo lang vol. Die twee podiumplaatsen zijn dan mooi, maar we kwamen voor meer. Ach, het triggert mij om nog meer uit mezelf te halen.”
Tot slot roemt Haasjes de organisatie, want het was de eerste keer dat de rijders over het asfalt van Warmenhuizen vlogen. “Het was een mooie sloopkoers op een geweldige locatie met heel veel publiek. Dus credits naar de organisatie. Qua entourage was dit het mooiste NK in jaren.”