De winter van 1890-1891 viel al begin december in en staat in de geschiedenisboeken als één van de langste en strengste, met regelmatig temperaturen van -16 graden. Er werden ijsdikten gemeten van 50 cm. en zelfs de zee was de eerste 1500 meter uit de kust veranderd in een ijsvlakte.Enige ‘gegoede burgers’ uit Lisse – dat niet zo ver achter de duinen ligt - probeerden in die winter van de nood een deugd te maken door een ijsclub op te richten waarbij het hoofddoel was: werkverschaffing voor de grote groep werklozen die de gemeente in die jaren telde. Ze werden ‘zonder werk zijnde daggelders´ genoemd.
Het mes sneed aan twee kanten: er zouden ijsbanen worden aangelegd voor de gehele Lissesche bevolking en deze mannen konden toch iets verdienen. Want dat werk moest wel betaald worden. Niet door de gemeente, maar door onder meer twee huisartsen uit het dorp. Zij maakten dan ook meteen deel uit van het eerste bestuur van de ijsclub.Op 20 januari 1891 werd door tien mannen een begin gemaakt met de aanleg van die eerste ijsbaan, vanaf de Gracht over de Rijnsloot en het Mallegat tot aan de Leidschevaart. Ze kregen hiervoor 12,5 cent per uur, dat – met acht uur werken – dus kon leiden tot een inkomen van 1 gulden per persoon per dag.
De contributie mocht trouwens ook niet meer zijn dan 1 gulden per jaar per persoon, want schaatsen moest voor iedereen betaalbaar zijn. Het lijken inderdaad ver vooroorlogse prijzen, maar wat dat betreft is er in Lisse nog niet zo heel veel veranderd: een junior lid (tot en met 15 jaar) betaalt anno 2012 slechts 1 euro per seizoen, een senior 4 euro. Voorwaarde voor een kind om lid te worden is wel dat er in dat gezin al een volwassene lid moet zijn. En wie vergeet zich aan te melden kan altijd nog lid worden tijdens de ijsperiode aan de kassa bij de baan. Al is het dan wel twee keer zo duur. Maar dan nog…
Als het wil vriezen is men bij de club dag en nacht in touw om een mooie ijsvloer en een gezellige entourage aan te bieden aan de inwoners van Lisse die daar in grote getalen gebruik van maken. Soms moet eerst de nodige sneeuw van het ijs worden geschoven, maar daarvoor heeft de club inmiddels zelf sneeuwschuivers. Vrijwilligers doen de rest.
En er kan al vrij snel geschaatst worden op de landijsbaan. Sinds 1973 houdt de club het aantal ijsdagen bij en dat levert leuke gegevens op. De langste ijsperiode sinds dat jaar was in de winter van 1978/1979 toen de club 31 ijsdagen had (verdeeld over vier periodes). In het jaar 1993 kon de baan al open op 23 november, het vroegst ooit. En zat Nederland sinds 1997 op sommige plaatsen tien jaar zonder natuurijs, in Lisse is een periode zonder ijsdagen nooit langer dan vier winters geweest.
In de zomer worden baan én het clubhuis onderhouden. Vele zaterdagen en doordeweekse avonden wordt er gras gemaaid, gesnoeid, geschilderd enz. Verder zijn er geen activiteiten. Tenminste, niet aan schaatsen gerelateerde. Wel heel andere dingen.
Sinds 2002 doen leden mee met het Bloemencorso van de Bollenstreek. Als ´stekersvereniging´ maken ze een praalwagen die meerijdt in de stoet. Die eerste keer was meteen een succes, want de wagen, met als thema ´Kermis een kunst´, werd beoordeeld met een vierde prijs. Sindsdien is het een jaarlijks terugkerend, gezellig evenement voor de clubleden en er worden nog steeds prijzen gewonnen: in 2011 was hun praalwagen ´Wicked´ opnieuw vierde.
En voor volgend jaar staat het maken van de corsowagen alweer prominent op de kalender van de ijsclub: in maart wordt begonnen met het ´kartonnen´ op 17 en 18 april is het bloemen steken. In september volgt dan nog het ‘pistoolschieten’ in het clubhuis, een onderdeel van de plaatselijke najaarsfeesten. En daarna… begint de schaatskoorts alweer toe te slaan!
Naam club: Lissesche IJsclub
Gevestigd in: Lisse (Zuid Holland)
Bestaat sinds: 13 januari 1891
Aantal leden: we hebben heel veel gezinsleden
Bijzondere leden: Onze Ereleden: Cor Zuiderduin, Ton Nuij, Gerard Verdegaal, Henk Vreeburg, Jan Langeveld, Nic Mieloo, Bertus Randsdorp, Arie Wesselo en Egbert van ’t Oever.
Topper in de gelederen: Egbert van ’t Oever. In 1947 kwam Egbert in Lisse wonen en werd onmiddellijk lid van de club. Al gauw werd duidelijk dat hij een groot schaatstalent was en dat uitte zich in 1954 toen hij in Zwolle Nederlands kampioen werd. Het bestuur was uiteraard in z'n nopjes met deze prestatie en pronkte trots met hem. Omdat Egbert veel voor de schaatssport deed en uiteraard omdat hij Nederlands kampioen werd, werd Egbert beloond met het erelidmaatschap van de Lissesche IJsclub.
Accommodatie: 333 meter natuur-ijsbaan met lichtinstallatie, feestverlichting, muziek en clubgebouw aan de Randmeerstraat 73 in Lisse.
Website: www.lissescheijsclub.nl
Emailadres: Info@Lissescheijsclub.nl
Clubblad:
Verenigingsmotto: ijspret is een puur Hollands vermaak.
Feestelijkheden: we doen elk jaar mee met het bloemencorso, staan elke zomer op de Curiosamarkt én helpen met de organisatie van de najaarsfeesten. Het honderdjarig bestaan was natuurlijk ook een geweldig feest – al is het al een tijdje terug. De club werd destijds onderscheiden met de Koninklijke Erepenning (want ze is één van de oudste verenigingen in de Bollenstreek).
We willen in de toekomst graag: veel strenge winters.
Wij zijn de leukste ijsclub, omdat: het hele dorp in de (strenge) winter kan genieten van schaatsen op de ijsbaan.
Tot slot: onze ‘Gouden Tip’ voor andere verenigingen: zorg voor leuke activiteiten door het jaar heen zodat de leden het clubgevoel blijven houde.