Patrick Chan, drievoudig en regerend wereldkampioen, zou dus opgelucht kunnen ademhalen. Hij won dit seizoen de Grand Prix in Canada en die in Frankrijk, dus met de vorm lijkt het wel goed te zitten. Maar de druk die de Canadees moet voelen is enorm.
Maar liefst veertien keer werd een Canadese man wereldkampioen, nog nooit won een Canadese man olympisch goud. Niet Donald Jackson of Don McPherson. Niet Brian Orser, Kurt Browning, Elvis Stojko of Jeffrey Buttle. Maar juist díe Brian Orser, de Canadees die in Calgary (1988) als regerend wereldkampioen het olympisch goud níet wist binnen te slepen, werd recentelijk door de Canadese bond gevraagd Patrick Chan te adviseren hoe hij om moet gaan met de druk van een regerend wereldkampioen op de Olympische Spelen.
Mocht dat nog niet vreemd genoeg zijn, als klap op de vuurpijl traint Orser twee van de grootste concurrenten van Chan: de Spanjaard Javier Fernandez, derde op het WK, en de Japanner Hanyu, vierde op het WK. Wie dat bedacht heeft? Vast onder het mom van keep your friends close and your enemies closer.
Maar Chan heeft niet alleen de statistieken tegen. Ook de concurrentie in het mannenveld is moordend. Niet alleen weet hij dat de Japanners loeren op een kans, ook Denis Ten (zilver op het WK) en de eerder genoemde Spanjaard zijn op voorhand niet de mindere.
En dan is er nog de onzichtbare concurrentie. Zowel de olympisch kampioen van 2006, Evgeni Plushenko (RUS), als de regerend olympisch kampioen, Evan Lysacek (USA), doen hun uiterste best ook in Sotsji aan de start te staan. En deze twee mannen hebben in het verleden wel bewezen op het moment suprême over stalen zenuwen te beschikken.
Vooralsnog lijkt de Canadees echter onbevangen richting Sotsji te werken want in oktober liet hij nog optekenen dat de druk die hij nu voelt slechts een fractie is van de druk die hij in de aanloop naar de Spelen in eigen land in 2010 voelde.
"Sotsji is anders. Ik ga de wedstrijd in als drievoudig wereldkampioen en je creëert die verwachtingen zelf. Je hoort al het gepraat: 'Is dit het jaar dat hij het niet bij elkaar weet te houden en dat hij wordt onttroond of is dit het jaar dat hij overwint, een statement maakt en zegt: 'ja, ik verdien het om wereldkampioen en olympisch kampioen te zijn'.' We trainen iedere dag om een automatische piloot te genereren. En om die automatische piloot te initiëren, moet je weten dat dit niet het einde van de wereld is."
Hij heeft vast de woorden van zijn landgenoot David Pelletier goed in zijn oren geknoopt, die ook zijn steentje bijdraagt aan de mentale voorbereiding van de Canadese olympiërs: "Hoe je het ook wendt of keert, op maandagmorgen is er altijd de was om te doen, of je nu een gouden medaille hebt of niet."
Maar daar dachten hij en zijn partner bij de uitreiking van de medailles in Salt Lake City heel anders over gezien de beteuterde en betraande gezichten: het werd zilver maar ze vonden dat ze gewonnen hadden. Een juryschandaal zorgde een dag later alsnog voor de gouden medaille, al moesten ze die delen met de Russen.
Dat thuisvoordeel zullen de Noord-Amerikanen in Sotsji niet hebben en resultaten uit het verleden geven aan dat het voor een Noord-Amerikaan een loodzware opgave is om in Europa of Azië olympisch goud te winnen.
Gelukkig is statistiek maar statistiek, hebben we nu een jurysysteem dat Patrick Chan goed gezind is gezien het laatste WK, en is hij nauwelijks te onderscheiden van rijders met een Aziatische nationaliteit. Er is goede hoop dat de vloek definitief ten einde is en dat Patrick Chan vrolijk als regerend wereldkampioen ook olympisch kampioen gaat worden in Sotsji.
Karen Venhuizen is oud-kunstrijdster en tegenwoordig disciplinemanager kunstrijden bij de KNSB.