Dansacademie, pretpakket, denk je op het eerste gezicht misschien wel. Maar niets is minder waar. Ze maken lange dagen en alleen in het weekend blijft er tijd over om huiswerk te maken.

Moeten ze dan dansjes instuderen? Nee, ze hebben serieuze vakken zoals psychologie, voedingsleer, anatomie en fysiologie. Overdag volgen ze die vakken en besteden daarnaast uiteraard vele uren aan zelf dansen, in alle verschillende stijlen.

Als je de opleiding voltooid hebt, kun je ergens aan de slag als danser of als docent. Waarschijnlijk zal het grootste deel eerst voornamelijk dansen en zich later gaan toeleggen op het docentschap, want dansen kun je weliswaar je hele leven, maar niet op topniveau.

De meeste lezers voelen de vergelijking waarschijnlijk al wel aankomen. Geldt hetzelfde niet voor topsport? Zien we niet heel veel oude topschaatsers later terug als trainers? En dan rijst bij mij de vraag: waarom is er wel een academie om topdanser te worden met een mogelijkheid om later les te geven, en is er geen academie om topsporter te worden met diezelfde vervolgstap?

In de Oostbloklanden was het vroeger heel gewoon, zaten topsporters uit verschillende sporten bij elkaar in de klas om geschoold te worden in het leven als topsporter en om later een goede coach te worden. Logisch. Veel kennis die je als coach nodig hebt, kun je ook heel goed zelf toepassen in je actieve topsportcarrière. Een win-win situatie die nu en in de toekomst gouden medailles kan opleveren!

Nederland heeft de ambitie om bij de beste tien sportlanden van de wereld te behoren. Maar een opleiding tot topsporter in de ruimste zin van het woord, is er eigenlijk niet. Er zijn wel topsportacademies, maar daar volg je een ‘gewone’ opleiding naast je topsport. Willen we professionaliseren, dan is er op dit gebied nog veel winst te behalen.

Voor het kunstrijden komt een studie wat aan de late kant als je kijkt naar de ontwikkeling die al op jonge leeftijd gemaakt moet worden, maar ook daar kunnen we een voorbeeld nemen aan de dansacademie. Al vanaf de basisschoolleeftijd bieden zij een vooropleiding aan, naast de trainingen die ze volgen bij de eigen dansschool, zodat de kinderen langzaam toegroeien naar de ‘echte’ academie.

Vrijdagmiddag en –avond en zaterdag de hele dag, trainen ze alsof hun toekomst ervan afhangt. Want ze willen maar één ding: topdanser worden.

Karen Venhuizen is oud-kunstrijdster en disciplinemanager kunstrijden bij de KNSB.