Na het zilver op de sprint en het brons op de kilometer in Salt Lake City was het bij de tweede internationale stop in Montreal voor Knegt meteen raak op de 1500 meter. De inwoner van Bantega legde in Canada beslag op brons. “Op elke afstand een medaille, dat is lekker. Voor een toernooi moet je goed zijn op alle drie de afstanden. Maar goed, tot het WK duurt nog lang”, aldus Knegt.
“Drie uit drie, dat heeft bij de mannen hier niemand anders gedaan”, reageerde Otter opgetogen op de prestatie van zijn pupil. “Er is maar een klein select groepje wat dat kan.”
Moeilijk te winnen
In de finale van de schaatsmijl trof de Nederlander zaterdag drie Zuid-Koreanen, daarop moest hij zijn tactiek aanpassen. “Deze was heel lastig te winnen”, stelde Knegt. “Als er rijders uit verschillende landen staan, dan is er meer mogelijk. Die Koreanen gaan altijd met zijn drieën schaatsen. Er offert zich eentje voor de anderen op.”
De winnaar van olympisch brons was al vroeg in de race voorin te vinden. “Ik heb zelf de snelheid erin gebracht, wilde niet afwachten.” Toch zakte hij terug naar plaats vijf, met een sterke passeeractie buitenom schoof hij eerst op naar plek vier om daarna op de streep het brons veilig te stellen. “Semen Elistratov stond helemaal geparkeerd, dat was ideaal.”
Wapen
Knegt is in de shorttrackwereld inmiddels berucht als het om finishen gaat. Te weten dat hij op de streep over zo’n wapen kan beschikken, geeft de flyer extra vertrouwen. En aan zijn scherpte werkt hij continu, ook in de wedstrijden. “Elke kans die ik krijg grijp ik aan om het te oefenen”, legt Knegt uit. “Met die finish scoort hij altijd punten. Negen van de tien keer trekt hij aan het langste eind”, zegt Otter.
De uitdaging ligt voor Knegt de komende wedstrijden, te beginnen bij morgen, in het doortrekken van zijn constante niveau. “Hij schaatst hier drie keer top drie. Hij ís wereldtop en moet dit gaan vasthouden. Al heb ik zeker het idee dat er nog rek op zit”, stelt Otter.
Aard van het beestje
Individueel goud in het mondiale veld pakte Knegt nog nooit. Wil hij ook geregeld wedstrijden gaan winnen, dan zal hij op een andere manier moeten gaan schaatsen verwacht zijn coach. “Sjinkie is altijd een jager geweest. Dat is de aard van het beestje, perfect voor maximaal de tweede plaats. Als je meer wilt moet je meer initiatief nemen. Hij is er niet eentje die zo’n 1500 meter van kop af trekt.”
“Sjinkie is één van de smaakmakers van deze sport. Op zulke types moeten we zuinig zijn. Ook voor de niet-schaatslanden zijn deze jongens heel attractief om naar te kijken. Zijn manier van schaatsen maakt anderen nerveus. Hij kan vanuit alle hoeken en gaten passeren. Je weet nooit waar hij zit. Geforceerde fouten kan Sjinkie heel makkelijk bij anderen opleggen. Die kwaliteit heeft niet iedereen.”
