Tickets
Shop
Inlineskaten 11 mei 2024

Wessel Schilders heeft weer verkering met oude liefde

Zes of zeven jaar geleden alweer gooide hij zijn skeelers in de hoek. Geen tijd meer vanwege de studie, of beter: geen zin meer in de sport op wieltjes. Met Wessel Schilders’ inline-carrière – als hij al daarvan droomde – was het rap gedaan. Andere prioriteiten. Hem zagen ze niet meer terug. Dacht hij.

Foto : Neeke Smit

Het was buiten de liefhebber pur sang gerekend die kennelijk al die tijd in hem huisde. Want wie reed er de voorbije dagen heel verdienstelijk mee op het Daikin NK Inline Baan & Weg, met nog altijd dezelfde wieltjes als destijds, maar met zoveel meer lol in het spelletje dan hij misschien wel ooit had beleefd? Wessel Schilders. 32 jaar intussen, bijna afgestudeerd aan de Technische Universiteit van Delft, afgetraind tot en met, zonder veel ritme of wedstrijdkilometers, en fanatiek als de hel.

“Heerlijk om die kerel hier zomaar weer te zien opduiken. Het tekent de echte de liefhebber”, merkte Frank Fiers op, de oud-bondscoach van Nederland en ooit de laatste trainer van de Noord-Hollander, tijdens de slotdag van het toernooi. “Als de anderen niet oppassen”, liet hij erop volgen, terwijl de halve finale van het onderdeel one lap op punt van beginnen stond, “staat Wessel dadelijk in de finale. Dat zou wat zijn….”

Wesssel Schilders (links) in de halve finale van de one lap, waarin hij zal sneuvelen tegen onder anderen Rémon Kwant (tweede van links) en Jelmar Hempenius (tweede van rechts). | Foto : Neeke Smit

Het gebeurde niet op de Skeelerpiste Rotterdam, de genereuze gastheer van de nationale titelstrijd. Rémon Kwant en Jelmar Hempenius, mannen voor wie rondjes rijden en het lichaam afbeulen de hoofdbestanddelen zijn van hun dagbesteding, vlogen net wat sneller over het asfalt dan vrijetijdsskater Schilders. Einde oefening voor hem, maar het deerde niet. Uitslagen waren van ondergeschikt belang. “Om beter te worden, moet ik meer wedstrijden rijden, denk ik. Het ontbreekt me aan ervaring”, klonk het realistisch. Vijfde in de eindstand was nog zo slecht niet voor een knaap die min of meer toevallig weer verkering had gekregen met zijn oude liefde.

En dat gevoel – jeuken noemde hij het – maakte Schilders ontzettend blij. Al in de winter, merkte hij dat. Blokkend op de leerstof van de werktuigbouwkundige opleiding die hij volgde, had hij langzamerhand het idee dat alle jaren van leren wat afwisseling kon gebruiken. Denkend aan de periode waarin hij schaatste en skeelerde bij de nationale trainingsgroep in Heerenveen, besloot hij zich aan te sluiten bij de studentenvereniging van de TU. Met enige regelmaat trok Schilders naar De Uithof in Den Haag om te glijden, en op het parcours van SV Rotterdam te rijden. Het bezorgde hem plezier. Niets meer, niets minder. Het lichaam kwam weer in beweging, daar ging het om.

Na het bericht dat de piste onder de rook van luchthaven Zestienhoven voorzien zou worden van een nieuwe coating, kon hij de loekroep niet langer weerstaan. “Ik was begonnen aan het afronden van mijn master, door middel van een scriptie. Er ontstond meer vrijheid in het indelen van mijn tijd, in combinatie met een baan voor twee dagen per week. Met zo’n skeelerbaan in de buurt werd het plotseling een stuk aantrekkelijker die skeelers vaker aan te trekken”, aldus Schilders.

En wat schetste zijn verbazing? Het liep. Het rolde. Het was geweldig. Heel anders dan zeven jaar terug, toen hij verwoed en uiteindelijk vergeefs trachtte aan te haken bij het niveau van de betere rijders en rijdsters die in Heerenveen samen trainden onder Desly Hill en naderhand Frank Fiers. “Ik wist niet wat er aan de hand was, maar het ging slecht”, herinnerde hij zich. Inlinen werd niet zo leuk meer. Ik probeerde van alles, niets lukte. Inlinen was mijn eerste passie. Helaas herkende ik dat niet meer. Bovendien moest ik m’n studie afmaken. Ik nam afscheid, met pijn in m’n hart.”

Duel vanuit de lucht in de kwartfinale: links Wessel, rechts de latere winnaar van het nummer, Rick Schipper. | Foto : Neeke Smit

Net buiten de Maastad, onder het frequent gedonder van vertrekkende vliegtuigen, transformeerde Schilders afgelopen winter opnieuw tot skeeleraar. Eerst trainde hij een keer per week. “Toen dacht ik: ik kan wel een beetje meer gaan fietsen, zodat ik in de zomer een paar wedstrijden kan rijden. Dat trainen moest in de sportschool omdat mijn racefiets kapot was. Verder ging ik extra vroeg naar mijn werk, zodat ik ’s middags nog een uurtje op de skeelers kon staan op een klein asfaltbaantje van driehonderd meter in Nootdorp, voordat het donker werd.”

De wedstrijden in de aanloop bleven beperkt tot de landelijke competities in Heerenveen en Rijssen, de enige voorbereiding op dit NK. Vergeleken bij het overgrote deel van het rennersveld dat over de grens actief was geweest en zich via trainingskampen op het seizoen had voorbereid, vielen de prestaties dus alleszins mee. Ja, het smaakte naar meer, na die drie dagen op zijn thuiscircuit. “Er kan veel verbeterd worden hoor. Mijn bochten waren nooit mijn sterkste punt, maar ze zijn nog minder geworden. Ten opzichte van de andere rijders verlies ik daar veel, qua snelheid. Ach, dat is logisch wanneer je zo lang hebt meegedaan. Waar het toe zal leiden? Ik weet het niet. Het was de intentie om fanatieker te sporten. Dat is gelukt. Mooi hè.”

Zijn uitslagen op het NK: afvalkoers: 22e, 1000 meter: 9e, 200 meter: 14e, puntenkoers baan: 22e, 500 meter: te laat aangemeld, one lap: 5e, puntenkoers weg: 19e.


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan