Tickets
Shop
Nieuws 14 apr 2024

Jelmar Hempenius wil 'allround' sprinter worden: 'Dat is passen en meten'

Jelmar Hempenius is aan zijn stand verplicht de korte nummers op de landelijke baanwedstrijden op zijn naam te schrijven. Met het voornemen om ook op langere nummers te schitteren, moet hij waken voor de balans. De wedstrijd in Rijssen vertelde hem dan ook: “Met de inhoud zit het goed, de topsnelheid is er nog niet helemaal.”

Foto : Neeke Smit

Hempenius maakte er de afgelopen maanden geen geheim van. Hij wil niet bekend staan als de man die alleen de 100 en de 200 meter beheerst, ook al nestelde hij zich op die afstanden de afgelopen seizoenen in de Europese top. Nee, de sympathieke Burgumer wil daarnaast schitteren op de one lap en de 500 meter. In eerste instantie op nationaal niveau, wie weet wat er verder mogelijk is. Het is koorddansen voor Hempenius en zijn coach Bianca Roosenboom. “Daar lopen we nu tegenaan, het is passen en meten”, is hij realistisch. Beter worden op de langere afstanden en tegelijkertijd niets inleveren op de nummers die hij zo beheerst. “De inhoud is goed, maar de topsnelheid is nog niet wat het moet zijn. De start kan beter, technisch is er ruimte om beter te worden.”

Tijdens de tweede landelijke baanwedstrijd in Rijssen schreef hij de 200 meter op zijn naam, weliswaar met een kleine marge van drie honderdsten op Glenn Nijenhuis. “Als ik naar mezelf kijk en de tijd die ik reed, kan het sneller. Ik was blij en verrast dat het genoeg was voor de winst, dat goede gevoel neem ik mee. De marge was klein, maar het vooruitzicht dat er genoeg ruimte voor verbetering is, geeft vertrouwen.” Daarnaast reed Hempenius in Rijssen de 1000 meter. Niet direct het nummer waar hij zich op zal toeleggen, maar de trainingen van de voorbije winter hebben hem wat dat betreft geen windeieren gelegd. “Ging niet eens zo beroerd”, klinkt het nuchter. “Niet mijn afstand, maar het gaat makkelijker. Zo’n wedstrijd kan ik op een andere manier aanvliegen.”

Foto : Neeke Smit

Dat het allemaal nog beter moet richting de belangrijke piekmomenten van dit seizoen, is voor Hempenius geen verrassing. Hij begon zijn seizoen verleden week tijdens de Europa Cup in Lagos. Het Europese wedstrijdcircuit kan dit jaar rekenen op sterke deelnemersvelden, maar de uitslagen enigszins overzichtelijk publiceren is kennelijk te veel gevraagd. “Wat mij betreft hoef je die uitslagen ook niet heel erg uit te pluizen”, reageert Hempenius. “Denderend was het niet. Ik ben vroeg gegaan om een trainingsblokje te draaien met drie wedstrijddagen, maar heel goed ging het niet. Op dat hoge niveau instappen viel tegen. Het was mijn eerste wedstrijd, ik had geen idee waar ik stond. Dat helpt mij om het in perspectief te plaatsen, de aansluiting krijgen richting de wedstrijden die er echt om gaan is zeker mogelijk. Er moet wat gebeuren, dat was mijn voornaamste conclusie.”

Tijd om te bouwen richting de belangrijkste momenten is er voldoende, het is immers nog vroeg in het seizoen. Maar de vernieuwde kalender vraagt sporters ook om vroeg te pieken met het Daikin NK Baan/Weg al vroeg in mei. “Dat komt zeker vroeg, Bianca is al lang druk bezig om de periodisering op orde te krijgen. Ik ben al twee keer op trainingskamp geweest, ben al vroeg begonnen met racen. In verhouding ligt het piekmoment voor het NK vroeg om me te kwalificeren voor het EK, dat is wel een puzzel geweest.”

In tegenstelling tot andere jaren was de tweede landelijke baanwedstrijd in Rijssen goed bezet met heel aardige startvelden van de kadetten tot de senioren. Op het hoogste niveau was de 200 meter bij de vrouwen een prooi voor Lataesha Narain. Op de 1000 meter gaf Sofia Schilder andermaal haar visitekaartje af door te winnen, bij de mannen pakte Teun de Wit op die afstand de zege. In de afvalkoers voldeden Patricia Koot en Jorian ten Cate aan de verwachtingen, zij ging er met de winst vandoor.


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan