Meer deelnemers, meer publiciteit vanuit de organiserende instanties, meer verschillende onderdelen, een betere samenwerking tussen de inline sectie en het marathonschaatsen; dan zou het niveau zomaar omhoog kunnen schieten. Het zijn opmerkingen uit de mond van Marcel Scheperkamp disciplinemanager Inlineskaten van de KNSB. "En waarom zouden we er geen internationaal tintje aan geven? Als we de mooie verhalen in het buitenland kunnen wegzetten, en zo buitenlandse schaatsers interesseren, dan creëer je een supertraining richting de winter", meent Scheperkamp, die ook meteen een pas op de plaats maakt door te zeggen dat hij al blij is dat het allemaal is doorgegaan. "Door twee jaar corona is er niets mogelijk geweest. Toch blijkt nu dat de kalender zo vol is dat het een hoop werk was een evenement als de Vierdaagse in te passen. Er volgt nog een evaluatie waarbij we ongetwijfeld weer ideeën opdoen voor later. Ik vind in elk geval dat deze wedstrijdserie een goede aanvulling is gebleken."
"Daarom voor herhaling vatbaar", is het oordeel van Henk Veltkamp, bestuurslid van het sectiebestuur Inlineskaten. "Ik had meer deelnemers verwacht, maar ben erg positief over de rol van de organisatoren. Je moet ergens beginnen, en dat hebben we gedaan. Natuurlijk zijn er tal van verbeteringen te bedenken. Bijvoorbeeld het onder de aandacht brengen van het evenement. Dat kan zoveel schelen." Net als Scheperkamp wijst hij op de overvolle kalender. "Sommigen vonden het niet fijn om vier dagen te rijden, wetend dat volgende week NK's staan te wachten. Wat dat betreft was het misschien niet de beste periode. Ik ving verder op bij de vrouwen dat de belasting nogal groot was. Ik geloof dan ook dat een Driedaagse in de toekomst het maximaal haalbare is. Trouwens, dan is het nog steeds een prachtevenement."
Manon Hekman-Kamminga sluit zich er ogenblikkelijk bij aan. De ploegleidster van A6.nl is een liefhebber van het meerdaagse-concept. "Het strijden om het klassement is heel gaaf. Je hebt vier verschillende koersen en in potentie komen er dan steeds andere rijders bovendrijven." De geplande tijdrit als openingsetappe - die dit jaar vanwege het uitblijven van een vergunning werd geskipt - zou ze een mooie toevoeging vinden. "Misschien dat je dan een klassement op basis van tijd kan maken, zoals bij de Tour de France. Op die manier kun je tijdens de tijdrit op de eerste dag een voorsprong pakken, waardoor het heel spannend kan worden in het klassement. De rijders moeten vervolgens berekenend gaan koersen," zo voorziet ze.
"Nou, van mij mag een individuele race tegen de klok wegblijven", reageert Luc ter Haar, de nummer vier in het eindklassement van de Vierdaagse voor de mannen. "Ik was blij dat het onderdeel werd geschrapt, want daar zag ik pas tegenop. Alleen rijden is niets voor me, ik heb tegenstanders om me heen nodig om hard te skeeleren. Deze vier dagen waren heerlijk. Dat ritme kennen de marathonjongens van de Trachitol Vierdaagse. Zwaar? Ik hoor er niemand over. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Het verschil naarmate de wedstrijd vordert, gaat 'm zitten in de geleverde trainingsarbeid, de energie die je erin wilt stoppen."
Ook Maaike Verweij, ploeggenote van winnares Elisa Dul, kijkt content terug op de serie die in Heerde begon en in Staphorst finishte. "Zo'n Vierdaagse heeft wel iets. Elke wedstrijd wordt zwaarder en iedereen raakt vermoeider. De sterkste skeeleraars komen bovendrijven." Wel oordeelt ze dat het het gevecht in het klassement boeiender zou zijn wanneer de rijders elke dag verplicht zijn te starten, zoals bij het marathonschaatsen het geval is. "Iedereen vier dagen schaatsen, dat format zou ik aanhouden. Waarschijnlijk was de organisatie bang om deelnemers te verliezen, als deze regel zou hebben gegolden. Er ontbrak al een hoop junioren, omdat die bang waren dat ze door de Vierdaagse niet fris aan de start zouden staan van de NK's eind deze week."
Merel Bosma van team BDM-BTZ genoot van het toernooi. "Ik had niet verwacht dat ik skeeleren zo leuk vond. Drieënhalve marathon in vier dagen is prima te doen." De marathonschaatsster, die de wedstrijden vooral gebruikte als training, deed twee keer mee om de dagwinst. Wel vond ze het jammer dat er zo weinig volledige ploegen aan de start stonden. "Er was slechts een paar teams dat de koers maakte. Met meer ploegen, bijvoorbeeld vanuit de marathon, kun je de wedstrijd harder maken. Je hebt altijd aanvallers nodig."
