De junior die traint onder Peter Kolder bij KNSB Talent Team Noord moet het hebben van de middellange afstanden. “Het is voor mij van belang dat ik zo weinig mogelijk tijd verlies op de 500 meter. Op de 1500 meter is de concurrentie groot, dus daar zal ik waarschijnlijk niet veel winst pakken. Het verschil moet ik maken op de drie en de vijf kilometer.”
Wierda was opgelucht toen hij hoorde dat de NK in Groningen doorgingen. “Vorig jaar werd het toernooi afgelast vanwege de coronamaatregelen. Het jaar daarvoor moest ik zelf verstek laten gaan. Ik had Pfeiffer. Als het nu wederom gecanceld zou worden, had ik drie jaar op rij geen allroundtoernooi gereden. Dat zou gek zijn. Allrounden is een grote ambitie van me.”
De boerenzoon uit Birdaard woont op kamers in Heerenveen en beleeft een topseizoen. “In oktober mocht ik naar China om deel te nemen aan de International Speed Skating Competition in Beijing. Vervolgens had ik me geplaatst voor de Daikin NK Afstanden. Daar reed ik bijna drie seconden van mijn persoonlijk record af op de 1500 meter (van 1.49.0 naar 1.46.3 red.). Via de Residentie Cup plaatste ik me voor de Junior World Cups in Inzell. Ik was sterk op de drie kilometer en met de ploegenachtervolging reed ik samen met Tim Prins en Joep Wennemars een nieuw Nederlands record (3.50,82 red).
Het kan niet altijd kaviaar zijn. Dat geldt ook voor de 19-jarige Fries. “Het OKT was eigenlijk de eerste slechte wedstrijd van dit seizoen voor mij. Ik reed de 1.500 meter en had mijn snelste opening ooit. Ik wilde te graag, waardoor ik vergat technisch te blijven rijden en in de juiste houding te blijven zitten. Daar moet ik het van hebben. Ik was te hebberig. Dan maak je geen snelheid en kost het veel energie. Ik ging volledig op een hoop met twee seconden verval als resultaat. Voor mijn doen is dat veel. Die goede tijd van de Daikin NK Afstanden zat in mijn hoofd. Ik wilde het zo graag nog een keer rijden. Dan gaat het fout. Nu weet ik in ieder geval dat het dit weekend niet zo moet. Normaal gesproken kan ik me redelijk cool houden voor wedstrijden. Ik heb niet veel zenuwen. Ik doe mijn ding en trek me weinig aan van wat de rest doet. Daar ligt mijn kracht.”
Naast het schaatsen studeert hij werktuigbouwkunde aan het NHL Stenden in Leeuwarden. Al staat dat nu op een laag pitje. “Vorig jaar liep het schaatsen niet. Daardoor stak ik iets meer tijd in mijn studie. Ik heb mijn propedeuse in een keer gehaald. Dit jaar gaat het heel goed met schaatsen, dus heeft dat nu mijn prioriteit. Toch wil ik de sport met mijn studie blijven combineren. Van jongs af aan had ik interesse in techniek. Klussen en zelf dingen maken. Ik wilde weten hoe de machines in onze schuur in elkaar zaten. Mijn studie haalt de druk van het schaatsen af. Stel, ik zou mij volledig op de sport storten en het gaat niet goed? Dan zou ik me een mislukkeling voelen. Ook met het oog op de toekomst vind ik het belangrijk om een papiertje te hebben.”
De student werktuigbouwkunde steekt als schaatser vast extra tijd in zijn materiaal. Of toch niet? “Aan de ene kant wel, maar aan de andere kant heb ik geleerd dat het niet alles is. Tot vorig jaar reed ik op Maple-schaatsen. Ik heb er misschien maar één keer aan gesleuteld. Vervolgens ging Maple failliet en ben ik overgestapt naar Viking. Eerst ging het prima, maar op een bepaald moment liep het niet meer. Er ontstond in mijn hoofd: het ligt vast aan het materiaal, want op mijn Maple-schaatsen ging het altijd goed. Ik ging constant sleutelen en gaf mijn schaatsen de schuld, terwijl het aan mezelf lag. Ik deed technisch iets niet goed.”
De tweedejaars A-junior heeft zin in het NK dit weekend en voelt zich thuis op Kardinge. “Mijn ouders schaatsten vroeger ook. Zij waren lid van Tjas, de Groninger Studenten Schaatsvereniging. Als gezin bleven we terugkeren. Één keer in de week schaatsten we met elkaar op de Groningse ijsbaan. Samen met een paar bekenden van mijn ouders uit die tijd. Ik heb hier dus veel geschaatst. Deze baan ligt mij wel.”
Wierda is geen showman, maar wel ambitieus. “Ik sta niet graag in the picture en ben niet van de praatjes. Ik laat op het ijs wel zien of ik de beste ben. Mijn doel is om het NK Allround te winnen. Daar ga ik alles aan doen om dat te laten gebeuren. Daarna wil ik het WK rijden in Innsbruck. Ik kan zeggen dat ik daar ook graag win, maar ik heb geen flauw idee hoe de internationale concurrentie is. Ik heb nog nooit een toernooi op een buitenbaan gereden. Bovendien wordt er in Innsbruck een 500, 1.000, 1.500 en een vijf kilometer verreden. Dat is voor mij minder gunstig. Tegelijkertijd zie ik voordelen op een buitenbaan. De sprinters kunnen mogelijk minder verschil pakken op de korte afstanden. Ik ben vrij licht. Van slecht ijs heb ik weinig last. Ik glijd eroverheen. Zware sprinters zakken erin weg. Ook vang ik niet veel wind, want ik ben vrij klein.”
Er volgt een kleine stilte. Alsof Wierda het al helemaal voor zich ziet. Meteen is hij zich bewust van de realiteit en laat zich niet verder meenemen in deze – toch wel – mooie gedachten. Nuchter vervolgt hij: “Eerst dit weekend goed door zien te komen. Daarna zien we wel verder.”
Meer informatie over de NK-junioren A is hier te vinden.
Deze wedstrijd wordt mede mogelijk gemaakt door de gemeente Groningen
